Een gedwongen besparing werd door de VRT-vakbonden omgebogen in iets positiefs: vrijwillige individuele arbeidsherverdeling. Dit ging niet zonder slag of stoot maar kan bij een eerste evaluatie succesvol genoemd worden. Wat betekent zo’n syndicaal resultaat nu in het kader van collectieve arbeidsduurvermindering? En welke lessen kunnen we uit deze casus trekken voor de brede sociale strijd?
MINDER BUDGET: MINDER JOBS OF MINDER WERKEN?
De VRT is een buitenbeentje onder de openbare bedrijven. Twee derde van haar budget komt uit overheidsdotatie, een derde uit eigen middelen. De Beheersovereenkomst legt de opdracht vast. Eind 2015 onderhandelden directie en overheid zo’n Beheersovereenkomst voor de periode 2016-2020. Tussen het aantreden van de regering-Bourgeois en het afsluiten van de Beheersovereenkomst hebben personeel en vakbonden talrijke acties gevoerd om de omroep te verdedigen. Onze acties waren succesvol. Toch zorgden de ideologie om openbare diensten zo veel mogelijk af te bouwen en de drang van grote private mediagroepen om een groter deel van de mediakoek binnen te rijven voor drie serieuze restricties:
- De dotatie is 10% lager dan vroeger; en het is verboden meer middelen uit de reclamemarkt te halen.
- Het personeelsbudget mag jaarlijks maximaal 43,25% van het totale budget bedragen.
- De VRT moet tegen 2020 minimaal 18,25% van het totale budget in de private audiovisuele markt spenderen, waardoor er minder geld is voor eigen productie.
Deze restricties staan in schril contrast met het brede media-aanbod dat de VRT moet leveren en met de operationele autonomie. Ze zorgen voor een serieuze daling van het beschikbare arbeidsvolume op de VRT. De directie wou - conform de heersende manier van bedrijfsvoering - dit oplossen met vermindering van het aantal arbeidsplaatsen door pensionering, privatisering en ontslagen. Op die manier zouden tot 350 banen op een goeie 2.200 verdwijnen.
Gedurende heel het jaar 2016 onderhandelden vakbonden en directie over een sociale invulling van de Beheersovereenkomst. ACOD-VRT zette van bij het begin in op arbeidsduurvermindering of - hier toepasselijker - arbeidsherverdeling. Het beschikbare werk herverdelen zorgt er niet alleen voor dat het financiële plaatje klopt, maar ook dat de werknemers een betere verhouding werk en privé hebben, dat de VRT beschikt over meer personeelsleden in drukke periodes, dat de knowhow van alle medewerkers in huis blijft én dat jonge talenten kansen krijgen ter vervanging van gepensioneerde collega’s.
Bij wijze van voorbeeld gaan we dieper in op een van de belangrijkste maatregelen voor arbeidsherverdeling: het vrijwillig inwisselen van de eindejaarspremie voor extra dagen vakantie.
22 DAGEN EXTRA VAKANTIE VOOR ÉÉN (DERTIENDE) MAANDLOON
Vanaf nu hebben de VRT-collega’s de keuze om hun eindejaarspremie (de ‘dertiende maand’ in de volksmond) om te zetten in 22 dagen extra vakantie voor het komende jaar. Wie geen volledige dertiende maand heeft, door deeltijds te werken of omdat ze statutair benoemd zijn, of wie liever minder dagen extra vakantie heeft, kan ook intekenen voor minder dagen - telkens aan de kostprijs van 1/22e van een maandloon per dag extra vakantie. 55-plussers en mensen met lage lonen krijgen een korting van ongeveer 10%: voor hen kost een extra dag 1/25e van een maandloon.
Dit is een systeem dat wiskundig gezien in het voordeel van de werknemer is: voor 1/14e van een jaarloon (je hebt 12 maanden loon, een eindejaarspremie en dubbel vakantiegeld) krijg je 1/10e van de te presteren dagen vrij (22 dagen op ongeveer 220 te werken dagen). Bovendien gaat het hier om vrij te kiezen extra dagen jaarlijks verlof, in tegenstelling tot wie bijvoorbeeld 20% loopbaanonderbreking neemt en een vaste vrije dag per week moet kiezen.
ARBEIDSHERVERDELING ALS INZET VAN DE SYNDICALE STRIJD
Het systeem van arbeidsherverdeling op de VRT is er niet vanzelf gekomen en ook niet als oplossing van de werkgever voor de problemen waarmee die werd geconfronteerd. Het is het resultaat van sociale strijd door vorming, sensibilisering, actie en onderhandeling.
Kenmerkend voor het sociale klimaat in 2014-2015 waren syndicale acties rond de toekomst van de VRT en tegen de besparingen van de regering: harde acties zoals staking en bezetting van de uitzendregie, zachtere acties met Hart boven Hard, en inhoudelijke tussenkomsten zoals op de Mediacommissie van het Vlaams Parlement. Eind 2015 breidden die uit naar een brede personeelsopstand die de werkgever verplichtte naar het personeel en zijn vertegenwoordigers te luisteren.
Ook tijdens de onderhandelingen werd de strijd op het terrein gevoerd: een bevraging tijdens de onderhandelingen maakte duidelijk dat de plannen voor vrijwillige individuele arbeidsduurvermindering levensvatbaar waren én zorgde er voor dat de collega’s al voor het afsluiten van het akkoord over de mogelijkheden hadden nagedacht.
De directie had in oorsprong veel bezwaren. Ze voorspelde grote problemen met de planning, vreesde voor onderbezetting en zag de besparingskant van de herverdeling niet in. Eén voor één hebben we die bezwaren weerlegd. Maar het mag niet verwonderen dat werkgevers in het algemeen niet neigen naar arbeidsherverdeling - zelfs als het hen niets kost. Jaren van disciplinering van de werkenden op het vlak van arbeidsritme en -ethos kunnen verloren gaan als die meer vrije tijd krijgen. Arbeidsherverdeling is ook een stap naar een kleinere werkloosheidsgraad die de concurrentie tussen werknemers vermindert en de lonen doet stijgen. Daarbovenop biedt het de werknemers de kans om in te gaan tegen de hyperflexibiliteit op het vlak van arbeidstijden en precaire contracten.
IS DE VRIJWILLIGE ARBEIDSHERVERDELING EEN SUCCES OP DE VRT?
Tijdens de onderhandelingen van het Sociaal Plan liquideerde de Vlaamse regering voor de zoveelste keer een sociale maatregel: voor Vlaamse overheidsmedewerkers stopte met ingang van september de loopbaanonderbreking in het algemeen stelsel (‘zonder motief’) en het stelsel eindeloopbaan. Heel veel mensen deden alsnog hun rechten op loopbaanonderbreking gelden. Op de VRT resulteerde dit in een vermindering van de beschikbare arbeid van 40 voltijdse equivalenten. Dit is natuurlijk maar een tijdelijke, maar ook een individuele vrijwillige vorm van arbeidsduurvermindering.
Daarbovenop kozen de collega’s eind 2016 massaal voor de ‘22 extra verlofdagen’. Doordat honderden collega’s hier op intekenden werden 6.000 dagen opgehaald met het systeem van het inleveren van de eindejaarspremie en andere vormen. Dit komt overeen met het redden van 25 voltijdse equivalenten in 2017.
Om de volledige rekening van het Sociaal Plan te laten kloppen, rekenen we op 75 voltijdse equivalenten tegen 2020. Dit is zeker een realistisch doel, gezien de 25 dit jaar en de 40 in loopbaanonderbreking die bij terugkomst zeker nog gedeeltelijk naar de arbeidsherverdeling zullen overstappen.
KORTER WERKEN WORDT HET NIEUWE NORMAAL
De sociaaleconomische actualiteit dwingt ons na te denken over een nieuwe arbeidsorganisatie: robotisering en automatisatie hebben nu ook gevolgen voor jobs in de dienstensector. In de banken- en verzekeringssector kiezen bedrijven voor massale ontslagen om zeker de dividenden niet in gevaar te brengen. We kunnen hier als kritische burgers en organisaties op twee manieren mee omgaan: ons verzetten tegen de vooruitgang of pleiten voor een technologische vooruitgang ten dienste van de mens.
Algemene arbeidsduurvermindering staat meer dan ooit op het voorplan. Automatisering zou ons leven moeten vergemakkelijken en meer tijd moeten vrijmaken voor andere activiteiten. De digitale revolutie, niet ten gunste van de bedrijven en hun aandeelhouders, maar ten gunste van de samenleving en de mensen. De arbeidsherverdeling op de VRT is hier een voorbode van.
Naarmate meer mensen deeltijds werken of kiezen voor een vorm van arbeidsherverdeling, zal in onze samenleving een ander denkkader ontstaan over arbeidsduur. Korter werken wordt het nieuwe normaal, een innovatieve manier van bedrijfsvoering die gelijke tred houdt met de digitale revolutie en een oplossing vormt voor de opgelegde besparingen en arbeidsvolumevermindering. Korter werken normaliseren, biedt ook een unieke kans in de strijd voor de gendergelijkheid: waar het tot nu toe vooral vrouwen waren die deeltijds werkten, zal arbeidsduurvermindering leiden tot meer gelijkheid. Korter werken is ook een belangrijk middel tegen de werkdruk en de burn-out, veroorzaakt door zowel nieuwe technologieën die sterk ingrijpen in de persoonlijkheid van de werknemer als door de keuzes van werkgevers om het personeel wat ‘efficiënter’ te laten werken.
STAP- OF STRUIKELSTEEN?
We moeten de vraag stellen of de vrijwillige arbeidsherverdeling een stap- of een struikelsteen is op de weg naar collectieve arbeidsduurvermindering met loonbehoud.
De beperkte vorm van vrijwillige arbeidsherverdeling, zoals op de VRT, is een orde kleiner dan een collectieve arbeidsduurvermindering met loonbehoud, zoals de 30-urenweek die terecht opgang maakt. Voor het realiseren van dergelijke grote doelen van de arbeidersbeweging is meer nodig dan een kleine slag op een klein werkveld. Het evalueren van de casus van de VRT leert ons echter een aantal belangrijke lessen:
1/ Een vrijwillige keuze van de medewerker wat voor hem het waardevolst is - tijd of geld - is weliswaar individueel, maar zorgt voor een collectieve, solidaire winst in het behoud van banen. Het succes van dit soort initiatieven toont tenminste aan dat heel wat werknemers snakken naar een andere arbeidsorganisatie.
2/ De situatie van de VRT met een door externe factoren beperkt budget is niet dezelfde als die bij grote werkgevers als ING of Caterpillar die miljarden winst maken en dus gerust de arbeidsduurvermindering met loonbehoud kunnen realiseren.
3/ Het verloop van idee tot realisatie, van krachtsverhoudingen opbouwen tot onderhandeld akkoord, toont aan dat ook grotere doelen moeten uitgaan van de strijd op het terrein en niet van de goodwill van werkgevers of andere machthebbers.
4/ De realisatie van dit soort akkoorden is hoopgevend. Vanuit onze eigen kracht kunnen we, niettegenstaande het huidige politieke klimaat, oplossingen bieden voor de problemen die op ons afkomen.
Wies Descheemaeker
Secretaris ACOD-VRT
de kortere werkweek - VRT - besparingen
Samenleving & Politiek, Jaargang 24, 2017, nr. 2 (februari), pagina 76 tot 79
DE KORTERE WERKWEEK
Abonneer je op Samenleving & Politiek
Het magazine verschijnt 10 keer per jaar; niet in juli en augustus.
Proefnummer? Factuur? Contacteer ons via
info@sampol.be
of op 09 267 35 31.
Het abonnementsgeld gaat jaarlijks automatisch van je rekening. Het abonnement kan je op elk moment opzeggen. Lees de
Algemene voorwaarden.
Je betaalt liever via overschrijving?
Abonneren kan ook uit het buitenland.
*Ontdek onze SamPol draagtas.