Eind vorig jaar zaten bijna 392.000 mensen langer dan een jaar ziek thuis, zo berichtte het RIZIV onlangs. Dat is toename met 158.000, bijna 70%, op tien jaar tijd waardoor de kostprijs van hun uitkeringen is gestegen tot boven 5 miljard euro. Over diezelfde periode is het aantal werklozen gedaald met 195.000. Minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid, Maggie De Block (Open Vld), wil zieke werknemers die langdurig afwezig blijven én hun bedrijven responsabiliseren, door onder meer te beknibbelen op uitkeringen of bedrijven te beboeten. Maar dat nog meer druk op de ketel zetten perverse effecten heeft, moet de arts in de minister De Block toch weten?
COMMUNICERENDE VATEN
De overheid doet veel inspanningen om mensen (weer) aan het werk te krijgen. Vanuit het standpunt van de (geestelijke) gezondheid vinden wij activiteit en deelname aan het maatschappelijk leven ook zeer belangrijk. De maatregelen die genomen worden zijn echter almaar strenger, dwingender en dreigender. Het is een aanpak die schijnt te werken voor werklozen, tenminste toch om het aantal te doen dalen. Want heel wat werklozen lijken naar het ziekenfonds te zijn overgestapt. In 2013 is er bijvoorbeeld in de cijfers van het RIZIV een stijging van meer dan 8% van werklozen die in het statuut van arbeidsongeschiktheid zijn gekomen. Weerspiegelt dit misschien de veranderde aanpak naar oudere werklozen die opnieuw naar werk moesten zoeken en die de druk, de stress en de frustratie van overal afgewezen te worden niet meer aankonden?
Het aantal zieken is gestegen en hoeveel er van werkloosheid op leefloon zijn gekomen, is niet bekend. Overigens proberen de OCMW's ook hun aantal leefloontrekkers te verminderen, onder meer door ze aan te melden voor de erkenning als persoon met een handicap. Het aantal dossiers waar we op vraag van de OCMW's de medische gegevens voor een dergelijke aanvraag aanleveren, is sterk toegenomen. Zo komen deze werkloze leefloontrekkers in een andere statistiek van de sociale zekerheid terecht. En ja, ook het aantal mensen op invaliditeit neemt volgens de statistieken van de FOD exponentieel toe.
VAAK PSYCHISCHE AANDOENINGEN
Natuurlijk gaat het niet alleen over werklozen. De overheid lijkt vooral in te zetten op een snellere werkhervatting van zieke werknemers. Maar ter geruststelling: 'wie echt ziek is, wordt met rust gelaten!' Dat betekent dat de overheid ervan uitgaat dat veel patiënten nu ten onrechte ziek geschreven worden, dus eigenlijk niet ziek zijn. Zijn het dan komedianten, bedriegers, profiteurs? Vaak gaat het om psychiatrische problematiek. Intussen waarschuwt de Wereldgezondheidsorganisatie dat tegen 2030 depressie de meest voorkomende oorzaak van werkonbekwaamheid zal zijn. Allemaal bedriegers en profiteurs?
Het stigmatiserend effect van een dergelijk beleid is enorm. Nu al voelen alle patiënten die omwille van een burn-out, een depressie of een angststoornis niet kunnen werken zich gefrustreerd en beschaamd. De controles bij de medisch adviseur zijn stresserend en vaak vernederend, maar een noodzakelijk kwaad. Als dit nu ook nog moet gebeuren in een sfeer van verdachtmaking, zal het systeem hen juist zieker maken in plaats van ondersteunend te zijn. De meeste patiënten die om psychische redenen het werk niet aankunnen, zouden niet liever willen dan wel te kunnen gaan werken. Ze missen de voldoening en de erkenning die erbij hoort. Ze missen ook vaak de collega's en de klanten. Tenzij natuurlijk de werklast of de sfeer op het werk mee oorzaak was van hun decompensatie. Dan is elke confrontatie tien stappen achteruit in het herstelproces. En jammer genoeg is dat bij veel patiënten het geval.
FRAUDULEUZE PSYCHIATERS?
We hebben in België een goede communicatie tussen behandelende en controlerende artsen, gebaseerd op overleg en vertrouwen.Er bestaan nu reeds procedures om patiënten na een lange ziekteperiode progressief opnieuw aan het werk te laten gaan. De behandelende arts werkt hiervoor samen met de arbeidsgeneesheer en de adviserende geneesheer van het ziekenfonds. Dat systeem werkt, mits aangepast werk mogelijk is. Bij pesterijen of conflicten op het werk is er niet steeds een oplossing. Artsen en zeker psychiaters weten dat mensen soms een voldoende lange periode nodig hebben om ver van stress en beslommeringen te kunnen bekomen en herstellen, en dat anderzijds die periode ook niet te lang mag zijn omdat de drempel om terug te gaan anders te groot wordt. Dat is een aandachtpunt en gespreksonderwerp in elke behandeling.
Als behandelende arts weten wij meestal ook wie al dan niet terug aan het werk kan. Natuurlijk is dat geen zwart-witverhaal. Soms is er enige twijfel en wordt in samenspraak met de patiënt gekeken wat hij/zij nodig heeft om weer duurzaam te kunnen starten. Eventueel wordt met de arbeidsgeneesheer en ook met de medische adviseur van het ziekenfonds afgesproken om een proefperiode in te lassen, zodat een herval nog binnen dezelfde ziekteperiode kan vallen.
De psychiaters kennen hun patiënten immers reeds maanden, soms jaren. Een adviserende arts leest het rapport van de behandelende arts, ziet de patiënt kort (5 à 10 minuten) en vertrouwt doorgaans op het verslag en de conclusie van de behandelende psychiater. Zo niet gaan ze met mekaar in overleg. Als ze het echt niet eens worden, kan een derde onpartijdige derde arts aangesteld worden. Dat is tot nu toe zelden nodig. Dat zal echter veranderen. De adviserende artsen krijgen nu immers de opdracht om diagnoses en prognoses in twijfel te trekken.
EEN SFEER VAN WANTROUWEN
Kunnen de adviserende artsen, die de patiënten nauwelijks kennen, de mate van werkbekwaamheid beter beoordelen? Zijn ze helderziende? Als zij niet meer kunnen/mogen betrouwen op de rapporten die de behandelende specialisten schrijven, waarop kunnen ze zich dan wel baseren? Gaan ze proberen de patiënten te betrappen op onjuistheden in hun verhaal? 'Je zegt dat je het huis niet uit durft, maar je bent nu toch hier!' Of gaan ze de psychiaters proberen te betrappen op inconsistenties in hun verslagen? 'U schrijft dat zijn toestand onveranderd is, maar u heeft wel de dosis antidepressiva en tranquillizers verminderd!'
Dus meer meningsverschillen, meer verantwoording en bijkomende verslagen door de behandelende psychiaters en meer aangestelde experten, die al gauw enkele honderden euro's kosten. Wie gaat dit betalen? Als de patiënt niet akkoord gaat met de conclusie van de expert, kan hij ook nog naar de arbeidsrechtbank. Opnieuw een grote kost: voor de patiënt én voor de maatschappij. Denkt de overheid dat die extra stress de patiënten sneller gaat genezen? Of hoopt ze dat de patiënten (en hun psychiaters) dat niet gaan opbrengen en het werk zullen hervatten om van alle ellende af te zijn? En als ze toch niet gaan werken, kunnen ze gesanctioneerd of ontslagen worden. Als ze onder het bestaansminimum komen, kunnen ze immers nog naar het OCMW!
DRUK OP DE WERKGEVERS
De werkgevers gaat minister Maggie De Block eveneens onder druk zetten. Ook dat zou contraproductief kunnen zijn. Zij zijn nu doorgaans wel bereid om samen met de arbeidsgeneesheer een oplossing te zoeken voor hun werknemers: een rustiger werkplek, zittend werk, glijdende werkuren, eventueel overplaatsing naar een andere dienst. Daar is een dreiging met boetes niet voor nodig. Overigens kan zo'n aanpassing op het werk ook negatieve gevolgen hebben voor de werknemer. De collega's vinden het vaak niet fair dat hij/zij de drukke uren aan het loket niet meer moet doen of betere uren krijgt. Zij vinden dat werk immers ook zwaar. Een uitzonderingspositie innemen in een team leidt geregeld tot openlijke of subtiele pesterijen.
Werkgevers zouden, om gans de rompslomp te vermijden, wel eens hun werknemers sneller kunnen ontslaan, zeker als deze onder druk van dit nieuwe systeem te vroeg het werk hervatten en na enkele weken opnieuw werkonbekwaam worden. Immers, houden ze het een maand vol dan moet de werkgever opnieuw de eerste ziekteperiode betalen.
Dat zou een bijkomend pervers effect van dit nieuwe besluit kunnen zijn. Welke vooruitziende werkgever gaat nog mensen in dienst nemen die in hun voorgeschiedenis een depressie, een verslaving of een andere psychische aandoening hebben doorgemaakt? Dat vormt een te groot risico.
IS IEDEREEN TER GOEDER TROUW?
Zijn er dan geen mensen die een ziekte-uitkering krijgen en eigenlijk zouden kunnen werken? Zijn er dan geen patiënten die ons manipuleren en platweg willen profiteren van het systeem? Ongetwijfeld wel en doorgaans filteren we die er zelf uit. Maar ook dat is geen zwart-witverhaal. Sommige patiënten overdrijven hun klachten uit vrees niet ernstig genomen te worden. Soms is dat gedrag een deel van de pathologie. Het percentage dat op een berekende manier simuleert om een uitkering te krijgen is zeer klein. Het zijn de gladde jongens (of meisjes) die handig gebruik maken van het systeem en ook aan deze nieuwe regelgeving zullen ontsnappen. Zij zullen door de adviserende arts juist niet op tegenstrijdigheden betrapt worden.Diegene die men probeert in het gareel te krijgen, zal men hiermee niet treffen. Wel de patiënten die niet assertief genoeg zijn, of te naïef, of te onzeker. Of de patiënten die juist door hun psychische decompensatie weinig zelfvertrouwen hebben en door hun cognitieve problemen minder adequaat reageren in het gesprek.
EEN ANDERE WERKPLEK PROBEREN?
Onder de psychische aandoeningen heeft burn-out veel aandacht gekregen. Het kan zelfs al in een groepsverzekering opgenomen worden. En iedereen kan er zich wel iets bij voorstellen, al wordt het niet altijd even ernstig genomen. Het idee dat gelanceerd werd om bij een ander bedrijf een tijdje een verwante functie te gaan uitoefenen, is een droombeeld dat patiënten zelf wel eens opperen. Om dan tot de conclusie te komen dat ze juist eerst weer gezond zouden moeten zijn vooraleer ze zich kunnen aanmelden bij een andere werkgever en zich kunnen aanpassen aan een nieuwe situatie. Als je doodmoe bent, je zelfvertrouwen op nul zit, je concentratie en geheugen gestoord is, ben je niet in staat tot dergelijke nieuwe ervaringen.
Laten we ook niet vergeten dat juist mensen met een groot verantwoordelijkheidsgevoel meer kans lopen om een burn-out te ontwikkelen. Ze willen alles zo goed mogelijk doen, negeren hun vermoeidheid en blijven doorwerken als ze ver over hun grenzen zitten. Een gezonde boodschap naar hen moet eenduidig zijn: 'Neem uw tijd om te herstellen'.
WE MAKEN DE ZIEKEN ZIEKER
Als de maatregelen alsmaar strenger worden en het effect ervan is dat er alsmaar meer zieken zijn, zou het dan niet evidenter zijn om ons af te vragen hoe dat komt? Zou de verhoging van de druk niet juist de zieken zieker maken en dus contraproductief werken? Zou het werk zelf niet mee de oorzaak kunnen zijn?
Recent onderzoek van het Centrum voor Sociologisch Onderzoek van de KU Leuven toont toch aan dat 76% van de Belgische werknemers een ongezonde job heeft die als medeoorzaak kan worden aangewezen van het ziek worden. Wat zichtbaar is in onze dagelijkse klinische praktijk, blijkt dus een veel voorkomend fenomeen te zijn. Het werk, dat een positief effect zou kunnen hebben op mensen qua zelfontplooiing en sociale contacten, dat een antwoord zou kunnen bieden op de psychologsche basisbehoeften zoals autonomie, verbondenheid en competentie, blijkt in 76% van de gevallen een bron te zijn van leegheid, frustratie, stress, uitputting en emotionele overbelasting.
Dit nieuwe regeringsbesluit van minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid, Maggie De Block, kan niet leiden tot duurzaam herstel van langdurig zieken. Het zal integendeel de stress verhogen en hen meer faalervaringen bezorgen waardoor ze angstiger, zieker en onzekerder worden. Het zal er ook toe leiden dat de psychiaters meer tijd moeten steken in verslagen en verantwoordingen en minder tijd kunnen besteden aan het behandelen van patiënten. Dat moet de arts in de minister De Block toch ook weten?
De maatregelen die de overheid neemt, gaan steeds in dezelfde richting. En alhoewel ze niet het gewenste resultaat opleveren en er juist meer en meer mensen uitvallen, worden dezelfde maatregelen in telkens verscherpte vorm opnieuw gepresenteerd. Wie zei ook weer dat steeds hetzelfde doen en een verschillend resultaat verwachten een vorm van waanzin is?
Samenleving & Politiek, Jaargang 24, 2017, nr. 5 (mei), pagina 63 tot 67
HET SCHADUWKABINET
Abonneer je op Samenleving & Politiek
Het magazine verschijnt 10 keer per jaar; niet in juli en augustus.
Proefnummer? Factuur? Contacteer ons via
info@sampol.be
of op 09 267 35 31.
Het abonnementsgeld gaat jaarlijks automatisch van je rekening. Het abonnement kan je op elk moment opzeggen. Lees de
Algemene voorwaarden.
Je betaalt liever via overschrijving?
Abonneren kan ook uit het buitenland.
*Ontdek onze SamPol draagtas.