Abonneer Log in

Vlaanderen, 50 jaar na de Club van Rome

  • Thomas Goorden - Activist in het PFAS-dossier en auteur van ‘Alles komt goed’ (epo, 2022)
  • 23 december 2022

Stikstof en chemicaliën, welkom bij de eerste échte grenzen van de groei. De pseudowetenschappelijke en semantische goochelshow krijgt u er gratis bij.

De voorbije week botste Vlaanderen niet één maar twee keer brutaal tegen 'grenzen aan de groei' aan. Het zat er al een tijdje aan te komen. Nu, ja, deze twee specifieke grenzen werden niet eens specifiek gemodelleerd in het bekende rapport van de Club van Rome (1972). Toch gaat het vandaag over precies het soort van overschrijdingen van de beschikbare 'milieuruimte' waar het in dit rapport en het boek Silent Spring, dat nog tien jaar ouder is, over ging. Geen hypothetische horrortoekomst meer, maar het harde heden.

GRENZEN GERUISLOOS OVERTREDEN

Het vreemdste aan dit soort grenzen is hoe geruisloos ze overtreden worden. Ze zijn meer zoals een grens ergens in het midden van een woestijn, je kan er als maatschappij zonder het zelfs te merken over gaan. Of liever, zonder dat het gemeld wordt. Ook al is het zonder enige twijfel twee keer gebeurd, toch kan het – blijkbaar – niet gezegd worden in populaire nieuwskanalen. Integendeel, als je erover leest zou je eerder denken dat er toch nog wel een beetje milieuruimte kan worden gevonden.

De oorzaak voor dat stilzwijgen hoeft niet ver gezocht te worden. Het opraken van milieuruimte werd historisch steevast gekoppeld aan een begrenzing van de economische groei. Dat idee, dat je niet ongestraft over grenzen kan gaan, is één van de zwaarste taboes in het milieudebat, zelfs bij milieuverenigingen. Ook al hoor je in wandelgangen wel eens een eenzame activist piepen dat het misschien toch écht niet kan, blijven groeien, wordt er bij vrijwel elke betrokken organisatie of politieke partij die er om geeft een zwachtel omgelegd. 'Transitie' heet dan de bezwering. Maar transitie klinkt al heel erg als toch die grenzen overgaan, niet?

Op z'n best wordt er codetaal gebruikt. Dan moeten we allemaal in een donut gaan leven, maar dat is eigenlijk nog steeds gewoon 'binnen de grenzen leven'. Erger nog, nu blijken er ook grenzen aan de binnenkant te zitten! Hoe het ook zij, onvermijdelijk doemt er een angstbeeld van schaarste op, het Bokrijk-dreigement, met dank aan ecomodernisten zoals Bjørn Lomborg. Ecomodernisme is in feite niet meer dan dan de ontkenning dat er werkelijke grenzen zijn aan groei. Het hoeft wellicht niet uitgelegd te worden waarom die filosofie – wensdroom eigenlijk – zo verleidelijk is en hapklaar materiaal voor populisten.

DE STIKSTOFGRENS

De eerste grens waar in alle stilte iets opmerkelijk rond gebeurde is de stikstofgrens, tegelijk ook een biodiversiteitsgrens. Maar wat hebben de twee eigenlijk met elkaar te maken? Echt goed uitgelegd wordt het zelden. Het draait allemaal rond zogenaamde 'habitattypes', een naam voor een samenhangend geheel van bodemtype, waterhuishouding, bepaalde plantensoorten, de insecten die daarbij horen, de vogels en andere dieren die daar dan weer bij horen, enzovoort. Denk bijvoorbeeld aan 'duinstruweel' (duinen met een heel specifieke struiksoort) of 'droge heide' zoals in Kalmthout.

Het hele punt is dat die habitattypes, die je ook als een soort van mini-biotoop kan bekijken, afhangen van heel specifieke factoren in de omgeving, waaronder hoe 'rijk' of 'arm' de grond is. Dat is op zich dan weer – grosso modo – codetaal voor hoeveel stikstof er aanwezig is in de grond. Voor elk van die habitattypes bestaat er een 'kritische depositiewaarde', dus de maximale hoeveelheid stikstof die er mag neerkomen zonder dat er problemen ontstaan. Want wat gebeurt er als er veel meer stikstof neerkomt in zo'n habitat dan het nodig heeft? Wel, dan wordt het habitatgebied in kwestie plots toegankelijk voor allerlei (planten)soorten die zoveel 'rijkdom' wél lusten. Langzaam maar zeker wordt het gebied ingepalmd met 'stikstof-lovers' zoals gras, brandnetels, bramen, enzovoort.

Langzaam maar zeker worden natuurgebieden ingepalmd met 'stikstof-lovers' zoals gras, brandnetels, bramen, enzovoort.

Heel lang hoeft dat proces niet te duren voor er van de oorspronkelijk habitatsoorten en dus ook het hele habitattype niet veel meer overblijft. In talrijke natuurgebieden moeten de lokale vrijwilligers daardoor jaarlijks groteske stapels van dit soort 'indringers' verwijderen. In België wordt een onwaarschijnlijke 80% van alle habitattypes op die manier kunstmatig in leven gehouden, zoveel bevinden zich in een ongunstige staat, met nog eens 15% in een matig ongunstige staat. Daarmee bengelt België helemaal onderaan de Europese ranking. We zijn letterlijk het allerslechtste van de hele bende in het beschermen van de biodiversiteit. Voor vele habitats gaat het niet over een beetje overschrijding van de kritische depositiewaarde, enkele percenten, maar een meervoud.

Bij het eufimisme 'het bad zit vol' moet je bij stikstof dus eigenlijk een stel overwerkte vrijwilligers voorstellen die brandnetels zitten te trekken uit natuurgebieden in de (wan)hoop dat de aanwezige zeldzame soorten niet verdwijnen. Stapel daar nog wat onstopbare verharding en lage grondwaterstanden bovenop en je hebt de club van Rome niet nodig om te zien wat hier het eindpunt van is.

Maar waarom is er dan nog 'debat'? Wel, als je nuchter naar deze situatie kijkt, is het dilemma glashelder: ofwel moeten we onze ambities over het behouden van de biodiversiteit opbergen, ofwel moet de hoeveelheid jaarlijkse stikstofuitstoot zeer strikt dalen. Niet eens stagneren, dalen! Over een grens gesproken. Maar talloze nieuwe economische ontwikkelingen, van landbouw- en petrochemische uitbreidingen tot snelwegen, zorgen telkens voor nog meer stikstofuitstoot. Ja, zelfs als de 'best mogelijke technologie' wordt gebruikt. Voor die bijkomende stikstofuitstoot, zelfs al was het een spreekwoordelijke druppel, is er gewoon geen enkele milieuruimte zonder tegelijk allerlei bestaande uitstootvergunningen en snelwegen te schrappen.

Het klinkt allemaal niet bepaald als economische groei meer. En net die dissonantie, de totale incompatibiliteit met de eeuwige-groei-gedachte, zorgde het voorbije decennium steevast voor een bizar 'politiek compromis'. Onder Joke Schauvliege kon er altijd nog wat stikstof bij, als het 'slechts' 5% van de kritische depositiewaarde extra omvatte. Onder Zuhal Demir werd het wat subtieler aangepakt en werd dat zogezegd een drempel van 1%. Maar haha, niet echt, want de ondergrens werd op 300 gram stikstof per ha per jaar gelegd. De ironie wil dat die 'de minimis' regel van 300 gram voor het meest kwetsbare habitattype gewoon gelijk is aan die 5% van Schauvliege! Het is een bijzonder eenvoudige rekenoefening, maar zelfs dat is 'te complex' om op te merken in de stikstofverslaggeving. Die blijft compleet hangen in de lobbycratische strijd tussen Boerenbond en Essenscia over wie er nog het laatste beetje extra stikstof mag kappen in een overlopend bad.

De ironie wil dat die 'de minimis' regel van 300 gram van Zuhal Demir voor het meest kwetsbare habitattype gewoon gelijk is aan de 5% regel van Joke Schauvliege.

De ministeriële omzendbrief van minister Demir over deze ad hoc stikstofregeltjes tovert, behalve deze ridicule wiskundige goocheltruc, nog een tweede vorm van juridische magie uit de hoed. Die 300 gram extra stikstof per hectare kan – volgens de redenering en een aangesleepte Duitse studie – immers niet 'statistisch significant' gemeten worden. 'Aha,' riep de overbetaalde jurist die dit bedacht daarop, 'dat betekent dat er geen significant effect is bij deze maatregel. En dan mag het van Europa. Schaakmat, natuurfreaks!'.

Het leuke hier is dat Europese wetteksten in heel veel talen vertaald worden. Ironisch genoeg kan je daardoor gemakkelijk ontdekken dat in de Duitse versie van deze wet (92/43/EEG) niet het woordje 'signifikant' wordt gebruikt, nochtans correct Duits, maar 'erheblich', wat 'aanzienlijk' betekent. Het klinkt te kinderachtig voor woorden, maar het is gewoon zo dat het kabinet Demir moedwillig een semantische verwarring probeert te creëren tussen 'statistisch significant' en 'aanzienlijk' (qua effect), zoals het juridisch eigenlijk wordt bedoeld. Je moet je er maar mee bezighouden.

Uiteraard is elke maatregel die structureel bijkomende stikstofuitstoot toelaat in een situatie waar de grenzen al meermaals zijn overschreden 'aanzienlijk' of 'wezenlijk'. En net daar is de negatieve uitspraak van de Raad voor Vergunningsbetwistingen over de Broeklin vergunning zo fundamenteel. Niet omdat het zowel die 1% als de 'de minimis' regel van tafel veegt, maar omdat het een correct semantisch begrip van dat woordje 'significant' toont.

Het centje is daarover bij vele mensen nog steeds niet gevallen. Want deze uitspraak betekent in weze dat geen enkele beleidsregel die neerkomt op 'toch nog een beetje' over deze drempel kan raken. Die 'vergunningsstop' waar iedereen voor waarschuwde? Wel, we zijn er aangekomen, de grens aan de groei.

DE PFAS-GRENS

Alsof dat nog niet erg genoeg was, is in dezelfde week gebleken dat we ook voor PFAS los voorbij een grens zijn geknald. Daar moest de overheid, na anderhalf jaar koppige ontkenning en tussen de lijntje praten, zo maar eventjes toegeven dat bodemnormen in Vlaanderen niet meer kunnen gebaseerd worden op een 'veilige humaantoxicologische berekening'. De reden daarvoor is dat zulke berekening onder de gemiddelde vervuiling in Vlaanderen zou eindigen! Grondwater in Vlaanderen is letterlijk onveilig geworden om te drinken, op slechts enkele decennia tijd. Als men de bodemnormen op de toxicologisch correcte plek zou leggen, zou men zo goed als heel Vlaanderen mogen saneren. Schol, doe ze nog eens vol.

Grondwater in Vlaanderen is letterlijk onveilig geworden om te drinken, op slechts enkele decennia tijd.

Nu kunnen we ook daar nog pittige juridische discussies verwachten. Want als we al zover voorbij de veilige grenzen zijn gegaan, hoe kan er dan nog een 'betekenisvolle' lozingsvergunning afgeleverd worden voor PFAS? En toch gebruikt, zoals bij stikstof, de overheid een combinatie van wetenschappelijke en juridische, maar vooral cynische goocheltrucs om toch maar 'business as usual' te kunnen uitpersen. Hier een verouderde norm gebruiken, daar een pseudowetenschappelijke goocheltruc van VITO aanslepen, wat semantisch discussiëren over wat nu wel of geen 'PFAS' zijn, enzovoort. De enige vraag daarbij is of onze rechterlijke macht hierin zal meegaan of, zoals in het Broeklin arrest, zullen concluderen dat de grap nu wel lang genoeg geduurd heeft. Kiezen ze voor het juridische principe van de zorgplicht of laten ze het 'gewoon doorduwen' scenario toe waarin deze regio voor de komende honderden jaren met nog meer toxische 'forever chemicals' wordt opgezadeld? Laten we ook niet flauw doen, net zoals bij stikstof zullen de economische gevolgen van het afdwingen van een harde grens niet min zijn.

Abonneer je op Samenleving & Politiek

abo
 

SAMPOL ONLINE

40€/jaar

  • Je leest het magazine online
  • Je hebt toegang tot het enorme archief
MEEST GEKOZEN

SAMPOL COMPLEET

50€/jaar

  • Je ontvangt het magazine in de bus
  • Je leest het magazine online
  • Je hebt toegang tot het enorme archief
 

SAMPOL STEUN

100€/jaar

  • Je ontvangt het magazine in de bus
  • Je leest het magazine online
  • Je hebt toegang tot het enorme archief
  • Je krijgt een SamPol draagtas*
 

SAMPOL SPONSOR

500€/jaar

  • Je ontvangt het magazine in de bus
  • Je leest het magazine online
  • Je hebt toegang tot het enorme archief
  • Je krijgt een SamPol draagtas*

Het magazine verschijnt 10 keer per jaar; niet in juli en augustus.
Proefnummer? Factuur? Contacteer ons via info@sampol.be of op 09 267 35 31.
Het abonnementsgeld gaat jaarlijks automatisch van je rekening. Het abonnement kan je op elk moment opzeggen. Lees de Algemene voorwaarden.

Je betaalt liever via overschrijving?

Abonneren kan ook uit het buitenland.

*Ontdek onze SamPol draagtas.