Als we de materialenvoetafdruk willen halveren tegen 2050, moeten we vier keer minder lepelen uit de natuur dan nu.
De Vlaamse materialenvoetafdruk – de hoeveelheid grondstoffen nodig om onze (over)consumptie te spijzen – bedraagt meer dan 29 ton per kop. Hiermee behoren we helaas tot de top in Europa, waar het gemiddelde op ongeveer de helft ligt. Onderzoek toont aan dat de maximale ecologische draagkracht van de aarde zich ergens tussen de 5 en 10 ton per capita bevindt. Grofweg moeten we dus op termijn vier keer minder lepelen uit de natuur dan nu. Dat kan enkel lukken als we minder producten veel langer gebruiken, en dus onder meer inzetten op het herstellen van producten.
Een langere levensduur van producten en meer herstel vereist wel het fundamenteel herdenken van de productieketens: een geschikt en duurzaam ontwerp van producten, toegang tot data en betaalbare wisselstukken, standaardisering van bepaalde onderdelen. Allemaal zaken waar producenten van consumptiegoederen niet bepaald wild van worden. Innovatiemythes liggen steevast klaar om lineair productivisme – kost wat kost – goed te praten.
Minipasjes in de goede richting, zoals een herstelscore voor elektrische producten, worden zo dus aan flarden gelobbyd op elk mogelijk beleidsniveau. Transformational change om overconsumptie aan te pakken, eerder deze week nog benadrukt door VN-klimaatpanel, ligt dus nog niet om de hoek.
EEN HALVE TABEL VAN MENDELJEV
Sommige sectoren kampen nochtans reeds met een bijzonder grimmige situatie wat betreft grondstoffen. Zo is 14% van de materiële voetafdruk (en 16% van de koolstofvoetafdruk) van Belgische huishoudens afkomstig van alleen elektrische producten. Trek die stoffige lades met oude krultangen, vergeelde tablets en 7 generaties iPhones dus maar eens open. Intussen zit er bijna een halve tabel van Mendeljev in onze smartphones, bijzonder mooi weergegeven door het National Museum of Scotland. Metalen en mineralen die allemaal gedolven moeten worden, met een enorme lokale impact op leefmilieu en plattelandsgemeenschappen. There is no such thing as green mining.
Om zich te verzekeren van de aanvoer – waarvan de vraag nog zal stijgen door de digitale en ecologische transitie – lanceerde de Europese Commissie recent de ‘Critical Raw Materials Act’. De bedoeling is om aanvoerketens van strategisch belangrijke grondstoffen te diversifiëren (en onze afhankelijkheid van China te counteren), naast het verhogen recyclage- én mijncapaciteit in Europa zelf. NIMBY pret gegarandeerd binnenkort. Opnieuw ligt de focus hier louter bij het afdekken van de supply van grondstoffen. Over het reduceren van de demand-side blijft het stil aan het Schumanplein in Brussel. Nochtans heeft de gemiddelde Europeaan 5 keer zoveel digitale toestellen in z’n schuif liggen als de gemiddelde persoon in het Globale Zuiden.
De gemiddelde Europeaan heeft 5 keer zoveel digitale toestellen in z’n schuif liggen als de gemiddelde persoon in het Globale Zuiden.
Al die digitale en andere elektronische tools hebben een bijkomende keerzijde: e-waste is één van de meest problematische en sterkst stijgende afvalstromen ter wereld, met dank aan de digitalisering en vroegtijdige (of geplande?) veroudering van toestellen. Volgens het Rekenhof – zij kunnen het weten – jaagt de mensheid er elk jaar het equivalent van 125.000 Jumbo Jets aan e-waste door.
FIXIT
Gelukkig is er een bloeiend netwerk van herstellers en activisten die dit wegwerpmodel in vraag stellen. De Europese Right To Repair beweging voert – samen met ngo’s, professioneel herstellers en lokale repair cafés – campagne voor meer herstel en een langere levensduur van producten. In Vlaanderen werken Repair&Share en Kringwinkels samen aan een verhoogde herstellingsgraad van elektr(on)ische toestellen door sociaal en circulair ondernemerschap op lokaal niveau een boost te geven. Hefbomen om meer herstel te realiseren, zoals een herstelfonds of materalendatabanken, leest u hier.
Structureel blijft herstel echter veel te duur en te afhankelijk van de goodwill van producenten, die vooral veel en goedkoop willen blijven produceren. De beleidsagenda vordert hierdoor tergend traag, terwijl we intussen aan sneltempo blijven lepelen. Over het invoeren van een standaardlader voor gsm’s moest zo bijna 15 jaar worden gedelibereerd. Verplichtingen aan producenten om producten meer ecologisch te ontwerpen en herstel te bevorderen via ecodesign wetgeving zijn vaak too little, too late.
Een herstelscore voor elektrische apparaten – die toestellen rangschikt naargelang herstelbaarheid – is dan weer nuttig om mensen te sensibiliseren en wat marktdynamiek te genereren, maar anderzijds tekenend voor het nauwe consumentenperspectief van het huidige beleidsparadigma. Mensen nudgen richting meer duurzame keuzes op een markt die alle externaliteiten heeft ingeprijsd, klinkt goed maar werkt niet of te traag in de praktijk.
Mensen nudgen richting meer duurzame keuzes op een markt die alle externaliteiten heeft ingeprijsd, klinkt goed maar werkt niet of te traag in de praktijk.
CC42: PRAGMATISCH CENTRALISME
Gelet op de schaal van uitdaging – de Europese materialenvoetafdruk halveren tegen 2050 – moeten we misschien wat meer de bestaande productieverhoudingen (wie produceert wat en onder welke voorwaarden?) in vraag durven stellen. Laat ons daarom de inzet eens verhogen en eens kort kijken hoe er in het verleden op transformatieve wijze werd omgegaan met ernstige grondstofbeperkingen.
David Peck, professor circulair ontwerp en kritische materialen aan Delft University, ging hiervoor terug naar het Engeland van WO II, dat te kampen met een grondstoffenschaarste van gelijkaardige schaal: door de oorlog hadden was er een gebrek aan onder meer hout en katoen, essentiële grondstoffen om te voldoen aan de basisbehoeften van de bevolking.
Hierop installeerde de Britse regering meerdere zogenaamde CC41 utility schemes in verschillende sectoren, zoals textiel, meubel en zelfs locomotiefbouw. De productie gebeurde door private bedrijven, maar het design en de distributie van de producten werd zeer sterk centraal aangestuurd om zoveel mogelijk grondstoffenwinst te realiseren. Kledij en meubilair werd zo optimaal ontworpen voor duurzaamheid en herstelbaarheid. Dankzij deze drastische maatregelen werd het materiaalverbruik in sommige sectoren op enkele jaren gehalveerd.
Uiteraard zijn de context en de uitdagingen rond grondstoffen anno 2023 niet volledig te vergelijken. Maar af en toe eens denken aan het pragmatisch centralisme van CC4 komt misschien de broodnodige transformatieve verandering om het grondstoffenprobleem deftig aan te pakken, ten goede.
Abonneer je op Samenleving & Politiek
Het magazine verschijnt 10 keer per jaar; niet in juli en augustus.
Proefnummer? Factuur? Contacteer ons via
info@sampol.be
of op 09 267 35 31.
Het abonnementsgeld gaat jaarlijks automatisch van je rekening. Het abonnement kan je op elk moment opzeggen. Lees de
Algemene voorwaarden.
Je betaalt liever via overschrijving?
Abonneren kan ook uit het buitenland.
*Ontdek onze SamPol draagtas.