Abonneer Log in

Waarover socialisten een standpunt zouden moeten hebben.

Samenleving & Politiek, Jaargang 18, 2011, nr. 4 (april), pagina 64 tot 69

De sp.a rijdt een bijzonder onopgemerkte rit doorheen de regeringsonderhandelingen, of hoe men dit proces inmiddels ook mag noemen. Er is nochtans meer dan genoeg aan de hand, en er zijn gelegenheden te over waarop socialisten betekenisvolle interventies zouden kunnen maken. In wat volgt beschrijf ik er twee: reageren op de uiterst merkwaardige definitie van solidariteit van De Wever en consoorten, en het uitdragen van een alternatief voor de dominantie van de homo economicus. Maar ruimer gesteld: waar staat de sp.a nu eigenlijk in dit spel?

DE LODEN STILTE

Ik ben niet de enige die van oordeel is dat de sp.a een bijzonder onopgemerkte rit rijdt doorheen de regeringsonderhandelingen. Vele commentatoren hebben al gewezen op het gebrek aan herkenbare inbreng en profiel vanwege de partij in de gesprekken die ertoe doen, op het hoge grijze-muis gehalte van de onderhandelaars en op het feit dat de sp.a op geen enkel punt gewicht in de schaal lijkt te werpen. De partij glijdt onopgemerkt mee met deze onderhandelingen die er geen zijn; ze participeert zonder profiel aan dit proces dat de geschiedenis ingaat als de meest beschamende politieke kermis aller tijden en aller landen, de meest indrukwekkende show van politiek onvermogen en politieke onkunde ooit door een generatie politici vertoond.

De doortocht van Johan Vande Lanotte, fel bejubeld naderhand, illustreerde dit alles en was geen succes voor de partij. Die fase zorgde niet voor herkenbare linkse of sociaaldemocratische accenten, want als onderhandelaar stond Vande Lanotte boven de partijen en hij legde zich neer bij het inhoudelijke leiderschap van de N-VA en de PS. Naar Vlaamse socialistische standpunten in deze onderhandelingen hebben we al 300 dagen het raden.

DE BETEKENIS VAN SOLIDARITEIT

Gedurende de hele loop van de onderhandelingen hanteren De Wever, Bracke en consoorten een wel uiterst merkwaardige definitie van solidariteit - één van de kernbegrippen uit het socialistische arsenaal en een thema waarvan men zou verwachten dat socialisten er met luide en overtuigende stem op reageren.

Reeds van in de verkiezingsstrijd hanteerde de N-VA het beeld van de ‘twee democratieën’. België, zo luidt het, is geen democratie meer maar bestaat uit twee afzonderlijke democratieën die elk een andere consensus vertolken en dus in een andere richting drijven. Vlaanderen is rechts, Wallonië is links. Vlaanderen wil meer voor zichzelf rijden, terwijl Wallonië de Belgische solidariteitsmechanismen in stand wil houden - uit eigenbelang, zo stelt N-VA, want Vlaanderen is een netto donor aan Wallonië. Dit zijn de aloude en bekende ‘transfers’ tussen de deelstaten in dit land.

Welnu, zegt De Wever, solidariteit hangt volledig samen met democratie, en vermits we twee democratieën hebben, hebben we ook twee systemen van solidariteit: een Vlaams en een Waals. Van Belgische solidariteit is eigenlijk geen sprake meer. Ze bestaat enkel bij de gratie van de Vlaamse goodwill om Wallonië verder te blijven subsidiëren. Die goodwill, zo luidt het keer op keer, wordt steeds dunner en wordt steeds meer op de proef gesteld want de Walen blijven zich verzetten tegen de gerechtvaardigde eisen van de Vlamingen.

Ik heb nauwelijks ernstige kritiek gehoord op dit standpunt. Dat zowel het begrip democratie hier verkracht wordt - het wordt gelijkgesteld met kiesomschrijvingen en toevallige electorale conjuncturen - als het begrip solidariteit, lijkt de anderen te ontgaan. Wat solidariteit betreft, de N-VA stelt solidariteit volledig gelijk aan liefdadigheid. Solidariteit, dat zijn sommen die we in een ruimhartige bui geven aan de minder bedeelden. Die giften zijn voorwaardelijk: als we de bedelaar met onze aalmoes een drankwinkel zien binnenlopen dan zullen we de volgende keer niets meer geven. Ze zijn ook voorwaardelijk in de zin van conjunctureel: wanneer ik zelf geen geld op overschot heb, dan zal ik geen aalmoezen geven. Liefdadigheid is immers iets wat enkel kosten oplevert, geen baten.

Dit beeld van solidariteit is uiteraard een kernelement uit een neoliberaal register, waarin elke vorm van niet-economisch gemotiveerde uitgave (en die categorie is voor neoliberalen heel erg ruim) enkel mogelijk is op voluntaristische gronden, maar op geen enkele wijze een structureel gegeven mag zijn.

De hele welvaartstaat moet aldus afgebouwd worden als systeem dat automatismen bevat, en herleid worden tot een voluntaristisch complex van negotieerbare, contextgevoelige en selectieve daden.

Dit is niet zomaar een woordenspel, het is een definitie die de kern van een samenlevingsmodel uitmaakt. In de socialistische traditie staat solidariteit voor herverdeling. Het is een structureel mechanisme van herverdeling van ongelijk verdeelde middelen dat zowel economische finaliteiten heeft (mensen uit de armoede houden en ze als consument blijven activeren), als politiek-ideologische (de gelijkheidsgedachte en het rechtvaardigheidsbeginsel), en sociale en culturele doelen (het garanderen van opwaartse sociale mobiliteitstrajecten aan mensen uit niet-begoede klassen).

Binnen een herverdelingslogica is het vanzelfsprekend dat de ene meer ontvangt dan de andere - transfers zijn het wezen zelf van solidariteit. Het is vanzelfsprekend dat de bijdrage aan de gezondheidszorg van iemand die kerngezond is hoger is dan diens behoeften, en dat de kerngezonde mens daardoor ‘transfers’ naar zieke mensen aanstuurt wier bijdrage kleiner is dan hun behoeften. De kerngezonde mens verwacht dit eveneens terug in geval hij of zij zelf plots ernstig ziek zou vallen. Solidariteit is een systeem waarvan onevenwichten de kern, de noodzakelijke kern, vormen.

Dit alles, noteer, is materie voor een eerste kandidatuur in de pol-en-soc; het is een absoluut elementair beginsel van de wijze waarop onze samenleving georganiseerd is. Maar wanneer ik luister naar hoe dit begrip in onze media circuleert, dan stel ik vast dat heel veel mensen dit elementaire beginsel vergeten zijn en er de neoliberale visie op nahouden. Het is daardoor dat De Wevers absurditeiten als wijsheden klinken: niemand doet de moeite om die oude socialistische interpretatie van solidariteit in herinnering te brengen.

Daar is dringend behoefte aan, en de Vlaamse socialisten zouden dit gerust kunnen doen. Het zou het debat een heel andere wending kunnen geven, want de vraag of België mag voort bestaan wordt dan een vraag naar het samenlevingsmodel waarvoor we kiezen. Een rechts Vlaanderen is een Vlaanderen waarin solidariteit als systeem van herverdeling niet meer zal bestaan. Dit is de natte droom van VOKA, UNIZO en andere neoliberale drukkingsgroepen en denktanks. Het is eveneens de visie van mensen zoals David Cameron, met wie De Wever onlangs handjes mocht schudden. Welnu, in het Groot-Brittannië van Cameron zou Bart De Wever vandaag nooit meer in staat zijn een universitair diploma te behalen. De universiteiten krijgen daar immers nu een catastrofale subsidievermindering van 80% te slikken; om financieel te overleven moeten ze daarom de studiegelden verdriedubbelen en de toegang tot hoger onderwijs voorbehouden aan de kinderen van de begoeden. Ziedaar het neoliberale paradijs.

Dit zou men moeten weten, men zou moeten weten wat het standpunt van N-VA inhoudt en welke gevolgen het heeft. En socialisten zouden hiertegen moeten ageren. Ze hebben immers recht van spreken. Dit gaat over recepten uit hun eigen keuken.

DE HOMO ECONOMICUS

Een tweede punt, en een punt dat volledig aanleunt bij het vorige, is dit. Socialisten zouden een alternatief moeten uitdragen voor de enorme, en steeds toenemende, dominantie van een pure en platte economische logica in alle domeinen van de samenleving. Zowel in Europese documenten als in de standpunten van nagenoeg alle maatschappelijke actoren in dit land ziet men dat de mens nog slechts één doel blijkt te hebben: werken. Werken tegen om het even welke voorwaarden, voor eender welk salaris, en volledig onderworpen aan wat men de ‘wetten van de arbeidsmarkt’ noemt. Concreet: volledig onderworpen aan de logica en de prioriteiten van de werkgever.

Socialisten draaien al vele jaren mee in deze retoriek. Meer nog, met thema’s zoals de ‘actieve welvaartstaat’ hebben ze bij momenten het voortouw genomen in de absolute prioritisering van de arbeidsmarkt in de trajecten van mensen in onze samenleving. De economische crisis van 2008 en volgende jaren heeft ervoor gezorgd dat dit motief nu volkomen domineert en dat men nog nauwelijks enige kritiek erop verdraagt.

Wat heeft dat tot gevolg? Welnu, ik hoorde onlangs een vertegenwoordiger van een werkgeversorganisatie op de radio het volgende voorstellen. Men moet jonge mensen nu eindelijk maar eens wat duidelijker naar de juiste studiekeuze toeleiden. Er zijn immers nog veel te veel jongeren die ‘nutteloze’ opleidingen volgen: geschiedenis, moraalfilosofie, wijsbegeerte, pol-en-soc, fotografie, noem maar op. Dus, zegt deze meneer, moeten we die jongeren ten eerste goed en duidelijk voorlichten over de studies die ze willen volgen in relatie tot de arbeidsmarkt na de studies. Men moét kiezen voor opleidingen ‘met toekomst’. Die toekomst wordt weliswaar, eigenaardig genoeg, lineair afgeleid uit de stand van zaken in het heden waarvan men lijkt te vermoeden dat die eeuwig zal blijven bestaan, maar dat detail laten we even ter zijde.

En ten tweede, wie niet horen wil moet voelen. Jongeren die ondanks die duidelijke voorlichting toch nog voor ‘nutteloze’ studies kiezen moeten daar nadien de gevolgen van dragen: ofwel een strakke beperking van werkloosheidsuitkeringen in de tijd, ofwel - en liefst van al voor deze meneer - gewoon geen werkloosheidsuitkeringen meer voor zo’n onbenullen. Kiezen voor een opleiding geschiedenis of politieke en sociale wetenschappen wordt dus gezien als een vorm van werk-weigering. Wie de geschiedenis wil begrijpen, begaat een misdrijf tegen de arbeidsmarkt.

Bart de Wever - zelf historicus - heeft naar verluidt oren naar dit argument. Zijn vriend en ideologische soulmate Cameron eveneens. Zoals gezegd schrapt deze laatste 80% van de toelagen aan universiteiten en dit voor alle richtingen, met uitzondering van dié opleidingen die ‘toekomst’ hebben: wiskunde, technologie, informatica, wetenschappen, management. Ziezo, de keuze van de neoliberalen inzake onderwijs is volkomen duidelijk.

Ik kan deze redenering voorzien van een ellenlang en gedetailleerd kritisch commentaar die er geen spaander heel van laat. Dat hoeft hier allicht niet: dit soort redenering is kort samengevat niet enkel educatieve kletskoek en volkomen fout in de relatie die men legt tussen studies en arbeidsmarkt; ze getuigt daarenboven van een volledige verwerping van kennis als een ruim verdeeld goed in de samenleving - enkel bedrijven mogen genieten van de kennis van mensen - en is derhalve politiek verbijsterend destructief.

Kennis is net als solidariteit een aloud socialistisch thema. Socialisten hebben altijd geijverd voor een democratisering van kennis in de samenleving. Welnu, de standpunten van onze werkgevers-vertegenwoordiger hierboven kan men op dit ogenblik in even zoveel woorden lezen in allerhande invloedrijke EU-documenten. Men kan ze horen in de speeches van Sarkozy, Rutte, Cameron en vele anderen. Dirk Van Damme, gewezen kabinetschef van Frank Vandenbroucke, verdedigt ze thans met vuur in de cenakels van de OESO.

Deze standpunten zijn, met andere woorden, in korte tijd en met verbluffend gemak de dominante standpunten geworden. Onderwijs heeft nog slechts één doel meer: niet, zoals men zou kunnen opperen, verstandig, kritisch en geïnformeerd worden als mens, evenmin de broodnodige democratische en burgerschapswaarden verwerven, evenmin een mate van autonomie verwerven over de eigen situatie en het eigen leven, en dus evenmin de bevrijding en emancipatie van mensen. Neen, er is één doel, en dat doel is naadloze en onmiddellijk rendabele instap in de arbeidsmarkt. Dat is wat men thans als ‘efficiëntie’ begrijpt als het over onderwijs gaat.

Die logica, waarbij de hele samenleving wordt gemobiliseerd voor een Totalkrieg op de arbeidsmarkt, gaat volledig in tegen het socialistische mens- en maatschappijbeeld. Het reduceert de mens, in goede klassieke Marxistische termen, tot slaaf - slaaf van de arbeid, en slaaf van het salaris dat men ervoor krijgt. De samenleving wordt anti-democratisch en zal dat in een dergelijk klimaat ook wel blijven. Het aloude socialistische principe dat arbeid een middel is tot een doel - de menselijke bevrijding en emancipatie, de radicale democratie - is aan een afstofbeurt toe, en ook hier wacht ik vol ongeduld op tegengas vanuit die hoek.

HET VERMELDEN WAARD

De twee punten hierboven zijn voor linkse mensen minstens het vermelden waard in de debatten die nu doorgaan onder de vlag van regeringsonderhandelingen. Het feit dat we ze niet vermeld horen, is onrustwekkend - het betekent hetzij dat niemand er een standpunt over heeft, wat ik niet geloof, hetzij dat men ze doelbewust in de luwte wil houden, weg van een breed maatschappelijk debat. In dat laatste scenario wil men ze ‘stoemelings’, als voetnoten of kleine lettertjes binnen een groter pakket van meer spectaculaire maatregelen, doorvoeren. De twee punten die ik hier aanhaal passen vanzelfsprekend in een ruimer geheel. De Wever heeft in het verleden herhaaldelijk gealludeerd op de ‘rechtse revolutie’ die hij zou voltrekken in Vlaanderen. In die revolutionaire beweging vormt Siegfried Bracke naar eigen zeggen de ‘linkse’ vleugel. Het gaat dus wel degelijk om rechts, om héél erg rechts. Synoniem van, zoals men weet, extreemrechts.

Links heeft zich de afgelopen twintig jaar vastgepind op een heel erg nauwe definitie van extreemrechts. Extreemrechts, dat was het racistische en ruige Vlaams Blok/Belang van Dewinter en Annemans. Wel, het is de hoogste tijd dat men het vizier bijstelt en zich realiseert dat er een ander extreemrechts is, een sociaaleconomisch extreemrechts dat onomwonden en zonder scrupules spreekt over een greep naar de totale macht. Een staatshervorming vormt hiervoor enkel een glijmiddel, want voor De Wever moet Vlaanderen niet alleen onafhankelijk zijn, maar ook rechts. Onafhankelijk en links, dat is voor De Wever onwenselijk. Beide dingen - de separatistische agenda en de extreemrechtse agenda - vormen in wezen één pakket, en noteer dat dit pakket een respectabele historische stamboom heeft. De Wever kent zijn klassiekers en weet dat de rechtse droom enkel kan worden verwezenlijkt wanneer de Vlaamse droom verwezenlijkt wordt. Want met de PS is het op ideologisch vlak om overduidelijke redenen moeilijk koeken eten.

Waar staat de sp.a nu in dit spel? Wel, zoals ik al zei bij de aaN-VAng van dit opstel, ik zie ze niet, en ik ben de enige niet. Wordt het niet de hoogste tijd dat de partij klare wijn schenkt over haar ideologische marsrichting? Uitspraken doet over de fundamentele kwesties die mee op het spel staan - kwesties die ons mensbeeld en ons samenlevingsmodel in de kern definiëren? Of is de partij zodanig ver afgedreven naar een ideologisch niemandsland dat ze als enige bestaanreden deelname aan de macht beoogt - eender welke macht, onder alle denkbare voorwaarden? Al die vragen houden mij al jaren bezig; ik neem aan dat ik ook op dit punt niet de enige ben.

Jan Blommaert
Hoogleraar Tilburg University en Directeur Babylon

Samenleving & Politiek, Jaargang 18, 2011, nr. 4 (april), pagina 64 tot 69

Abonneer je op Samenleving & Politiek

abo
 

SAMPOL ONLINE

40€/jaar

  • Je leest het magazine online
  • Je hebt toegang tot het enorme archief
MEEST GEKOZEN

SAMPOL COMPLEET

50€/jaar

  • Je ontvangt het magazine in de bus
  • Je leest het magazine online
  • Je hebt toegang tot het enorme archief
 

SAMPOL STEUN

100€/jaar

  • Je ontvangt het magazine in de bus
  • Je leest het magazine online
  • Je hebt toegang tot het enorme archief
  • Je krijgt een SamPol draagtas*
 

SAMPOL SPONSOR

500€/jaar

  • Je ontvangt het magazine in de bus
  • Je leest het magazine online
  • Je hebt toegang tot het enorme archief
  • Je krijgt een SamPol draagtas*

Het magazine verschijnt 10 keer per jaar; niet in juli en augustus.
Proefnummer? Factuur? Contacteer ons via info@sampol.be of op 09 267 35 31.
Het abonnementsgeld gaat jaarlijks automatisch van je rekening. Het abonnement kan je op elk moment opzeggen. Lees de Algemene voorwaarden.

Je betaalt liever via overschrijving?

Abonneren kan ook uit het buitenland.

*Ontdek onze SamPol draagtas.