We denken nogal makkelijk: 'Ach, een half graadje meer of minder. We passen ons wel aan'. Maar de wiskunde is gruwelijk simpel.
Met ieder vat olie dat we extra oppompen, verkleinen we de kans om de opwarming van de aarde tot 1,5 graad te beperken. Het betekent het einde van de koraalriffen en de dood van miljoenen mensen, vooral in streken die amper broeikasgassen uitstoten. 'Die 1,5 graad is een vorm van klimaatrechtvaardigheid'.
'Na de publicatie van het derde deel van het zesde IPCC-rapport (Intergovernmental Panel on Climate Change) nam de secretaris-generaal van de Verenigde Naties, Antonio Guterres, geen blad voor de mond. Hij noemde het rapport een inventaris van menselijk leed en wees op de torenhoge verantwoordelijkheid van falende regeringen en het morele bankroet van de fossiele industrie. 'Investeren in nieuwe fossiel infrastructuur is morele en economische waanzin', zei hij. 'Klimaatactivisten worden soms afgeschilderd als gevaarlijke radicalen, maar de echt gevaarlijke radicalen zijn de landen die hun productie van fossiele brandstoffen doen stijgen.'
Onderzoek van de Britse krant The Guardian toonde aan dat alle olie en gas producerende landen plannen hebben om de komende jaren meer olie en gas op te pompen. Ook al druist dit in tegen de waarschuwingen van experts en wetenschappers die rapport na rapport berekenden dat om onder 1,5 graad opwarming te blijven, de helft van gekende olie- en gasreserves onder de grond moet blijven en 80% van de steenkoolvoorraad.
Maar in een wereld waarin iedere bijkomende hoeveelheid broeikasgas meer schade veroorzaakt en zowel menselijk als niet-menselijk leven in gevaar brengt, blijven fossiele brandstoffen ongeziene geldmachines. Het Saoedische staatsbedrijf Saudi Aramco sloot het eerste kwartaal van 2022 af met een megawinst van 39,5 miljard dollar, een verhoging van 82% tegenover het vorige jaar. De oliegigant voerde de productie op tot 10,2 miljoen vaten olie per dag, en plant minstens tot september een gestage productiestijging.
'Onze verslaving aan fossiele brandstoffen betekent onze dood', zei Guterres ook.
In 2018 toonde een speciaal rapport van het IPCC aan dat om onder 1,5 graad te blijven, we de uitstoot globaal tegen 2030 moeten halveren en tot nul brengen in 2050.
Dat betekent niet dat als we die 1,5 graad overschrijden, de wereld reddeloos verloren is. Er zijn geen deadlines of magische grenzen. Het is wel zo dat met ieder deeltje CO₂meer in de atmosfeer, met iedere fractie van een graad meer, grotere delen van de aarde minder bewoonbaar worden.
'2 graden, 1,5 graad, het zijn allemaal menselijke constructies, gebaseerd op wetenschappelijke bevindingen', legt Katharine Hayhoe uit via Zoom. Ze is een Canadese klimaatwetenschapster die in Texas woont en van wie eind mei Hoop voor de aarde verscheen. 'Het zijn geen absolute grenswaarden. De wereld vergaat niet als we ze overschrijden. Hij verandert wel drastisch. Hoe meer CO₂, hoe meer opwarming, hoe groter het risico. En omgekeerd.'
Zelf onderzocht Hayhoe de impact van temperatuurstijgingen van 1,5, 2 en 3 graden op de maïsteelt in Iowa en de watervoorziening in haar eigen staat Texas. 'In het kort komt het erop neer dat we ons kunnen aanpassen aan 1,5 graad, dat 2 graden een uitdaging vormt en dat bij 3 graden niets nog hetzelfde is. Het is een systeemveranderende temperatuurstoename. Objectief is er maar een veilige waarde. Dat is de temperatuur die we de voorbije tienduizenden jaren tijdens het Holoceen hadden.'
De cijfers zijn geen grenspalen. Ze zijn het resultaat van onderhandelingen. Tussen wat politiek haalbaar lijkt en wat aardwetenschappelijk noodzakelijk is. Tussen wat we bereid zijn op te geven en wat we willen redden. Het koraalrif legt daarbij de duimen tegenover de werkgelegenheid; driekwart van de insectensoorten offeren we op om het behoud van het menselijke welvaartsniveau te verzekeren.
ZELFMOORDPACT
'De hoeveelheid CO₂ (in ppm) stabiliseren in de atmosfeer om gevaarlijke menselijke inmenging in het klimaatsysteem te vermijden.'
Dat was het oorspronkelijke opzet van het allereerste, internationale verdrag over klimaatverandering. In 1992, op de Earth Summit in Rio de Janeiro onderschreven 197 landen deze ambitie zoals geformuleerd in de United Nations Framework Convention on Climate Change (UNFCC).
Vijftig landen ratificeerden uiteindelijk het verdrag.
Maar wanneer is menselijke inmenging gevaarlijk?
Terwijl wetenschappers binnen het IPCC modellen van ijsverlies, zeespiegelstijging, toenemende droogte, hevigere orkanen en andere wijzigende weerpatronen zo nauwkeurig mogelijk probeerden te krijgen, deden regeringsleiders er zeventien jaar over om finaal een cijfer te kleven op wat men als gevaarlijke inmenging beschouwde.
2 graden. Op de klimaattop in Kopenhagen in 2009, COP15, schoven de Verenigde Staten en Europa dat cijfer als best denkbare compromis naar voor. Landen uit het Globale Zuiden reageerden iets minder enthousiast. De Sudanees Lumumba Di-Aping was de hoofdonderhandelaar voor de G77, een coalitie van 134 ontwikkelingslanden. 'We zijn gevraagd een zelfmoordpact te ondertekenen', luidde zijn commentaar. 'Het is bijzonder jammer', voegde hij eraan toe, 'dat we na vijfhonderd jaar interactie met het Westen nog steeds beschouwd worden als wegwerpmensen.'
Omdat onder ander de eilandstaten in de Stille Oceaan hun recht op leven opeisten, schoof de rode lijn in het Klimaatakkoord van Parijs op van 2 naar 'ruim onder de 2 graden, met een voorkeur voor 1,5 graad.' Voor de laag gelegen atols was het het verschil tussen blijven of onder de waterlijn verdwijnen. Verder was het zicht nog wat troebel op de glijdende gevarenzone tussen 2 graden en 1,5 graad. Het IPCC kreeg de opdracht alle beschikbare kennis te verzamelen in een overkoepelend, bijzonder rapport.
Bij de voorstelling van het 1,5 graden rapport in 2018 vatte de Franse klimaatwetenschapster en hoofdauteur Valerie Masson-Delmotte de bevindingen in vier zinnen samen.
'Iedere halve graad telt.
Ieder jaar telt.
Iedere actie telt.
Iedere keuze telt.'
In februari 2020 ontving Masson-Delmotte voor haar klimaatonderzoek, maar ook voor haar inspanningen om de wetenschap te ontleden en bij de mensen te brengen een eredoctoraat aan de Leuvense Universiteit. Ze gaf een lezing voor een overvolle zaal waarin ze de bevindingen uit het 1,5 graad rapport punt voor punt ontrafelde.
'We hebben de neiging kleine schommelingen en getallen te minimaliseren. We denken nogal makkelijk: 'Ach, een half graadje meer of minder. We passen ons wel aan.' Dat is op veel manieren problematisch. Als je impliciet aanvaardt dat een opwarming van 2 graden niet al te dramatisch is, dan mis je niet alleen de kans om 1,7 graden na te streven, je ondermijnt ook iedere vorm van klimaatrechtvaardigheid. Arme landen betalen de prijs van onze laksheid. Daarom is het belangrijk te begrijpen waarover het gaat en wat het betekent om schijnbaar kleine hoeveelheden broeikasgassen aan het klimaatsysteem toe te voegen', vertelde ze.
'Bij 1 graad extra houdt de atmosfeer 7,5% meer vocht vast.' Het gevolg ondervinden we nu al in een wereld die iets meer dan een graad is opgewarmd. Orkanen zijn heviger, droge periodes strekken zich over weken en maanden uit, bosbranden zetten de toendra in lichterlaaie, en als het regent, is dat met een soms desastreuze hevigheid.
'Met iedere halve graad neemt het aantal hete dagen scherp toe', ging ze verder.
Niet alleen rollen hittegolven bijna jaarlijks over ons heen, ze zijn ook dodelijk.
Met iedere halve graad neemt het aantal hete dagen scherp toe.
In de statistieken van oversterfte in 2020 tekende zich tussen de twee duidelijke heuvels van Covid-19 in de lente en het najaar een opmerkelijke bult af in de zomer. Een hittegolf van twaalf dagen veroorzaakte vijftienhonderd extra doden. Terwijl we massaal binnenbleven om doden door Covid-19 te vermijden, leken we de mensen die de hitte niet overleefden te bekijken als onvermijdelijk. Ze kwamen alvast niet zo opvallend en veelvuldig in het nieuws. Net zoals nu. Al weken hikt de temperatuur in Pakistan en India tegen de vijftig graden aan. Mensen sterven omdat het te heet is voor hun lichamen om nog af te koelen.
OMSLAGPUNTEN
Tussen CO₂ en temperatuurstijging bestaat een berekenbare, lineaire relatie. 'Afhankelijk van de grootte van onze uitstoot, kruipen we trager of sneller langs de lijn van de temperatuurstijging omhoog', legt Wim Thiery uit, klimaatwetenschapper aan de VUB. 'Als we niets uitstoten, dan blijven we op hetzelfde punt hangen. Pas als we actief CO₂ uit de lucht halen, kunnen we langs diezelfde lijn dalen.'
Anders gezegd: de klimaatverandering die we in gang hebben gezet, kunnen we enkel afremmen door de uitstoot naar nul te brengen. Willen we terug naar hoe het was, dan moeten we wat we in de atmosfeer gedumpt hebben ook weer opruimen.
'Minstens zo belangrijk', gaat Thiery verder. 'Is de ruimte onder de curve, de integraal. Dat is het koolstofbudget. Met de nodige wetenschappelijke onzekerheid kan je grofweg zeggen dat we globaal nog 420 miljard ton CO₂ kunnen uitstoten voor we de grens van 1,5 graad opwarming bereiken. Dat is tien keer de uitstoot van 2019.'
Globaal zitten we nu aan 1,1 graad opwarming. In bergstreken, boven land en in het Arctische gebied is het al meer. Als we de temperatuurstijging ongedaan willen maken, dan moeten we – zoals Thiery het formuleert – actief CO₂ uit de lucht halen. Door bossen opnieuw aan te planten of te laten opschieten, door veen- en moerasgebieden niet langer droog te leggen of door afzuiginstallaties te bouwen?
'Dat zijn de principes, ja', knikt Thiery. 'Opwarming is in theorie omkeerbaar. De gevolgen ervan zijn dat niet altijd. Neem bijvoorbeeld het fictieve scenario waarin het ons lukt die CO₂ massaal uit de lucht te halen, dan schakelen we ook de hittegolven, extreme regenval en hevigere orkanen terug. Maar een diersoort die uitsterft is voor altijd verdwenen. Een koraalrif dat verbleekt en verkruimelt, is voorgoed weg. De ijskap van Groenland die smelt, zal pas aangroeien als er een nieuwe ijstijd aanbreekt.'
Een diersoort die uitsterft is voor altijd verdwenen. Een koraalrif dat verbleekt en verkruimelt, is voorgoed weg.
'Op papier kan je allerlei pistes verzinnen. Een erg populaire is die van de 'overshooting'. We warmen een beetje meer op dan 1,5 en brengen daarna de temperatuur weer omlaag. Dat is een luchtkasteel. Denken dat je het klimaat wel even kan regelen of beheersen. Er bestaat onderzoek over, zelden reflecteren ze de hele complexiteit en fijngevoeligheid van het systeem. Uiteindelijk dienen die gedachte-experimenten slechts een doel: ze wekken de indruk dat we nog wat kunnen wachten.' Hij glimlacht. 'Ze zijn dus populair.'
Maar niet zonder risico. Onder de grafieken en curves in klimaatrapporten sluimeren als ontembare, moeilijk voorspelbare, maar dodelijke beesten de tipping points, de omslagpunten en de bijbehorende feedback loops, terugkoppelingen die elkaars effect versterken. Zo'n omslagpunt duw je niet zo maar even terug naar waar het zich bevond.
Wanneer is het exact te warm voor de Groenlandse ijskap? Hoe warm moet het oceaanwater zijn om de sokkel van zee-ijs uit te hollen waarop de punt van de tong van de gletsjers op Antarctica rust? Bij welke temperatuur is de verzuring van de oceanen dodelijk? Wanneer zet de verdroging van de regenwouden in? Wat is er nodig om de permafrost te ontdooien en wat is het effect van het methaan dat daarbij ontsnapt?
Er zijn natuurlijk prognoses en veronderstellingen. 'Men gaat ervan uit dat het ijs op Groenland voorgoed verloren is bij een opwarming van 2 graden. Maar het kan evengoed sneller gaan. Opnieuw: het is in ieders belang die omslagpunten te vermijden, want eens een ecosysteem kantelt, zet je een kettingreactie van gevolgen in gang die van de Aarde een heel andere, meer levensbedreigende plek maken.'
ZES GRADEN
Iedere graad telt. Ook omdat de stijging van de impact van iedere fractie van een opwarming niet lineair is. 'Het verschil in destructie wordt disproportioneel groter bij iedere temperatuurstijging', verduidelijkt Thiery. 'De halve graad opwarming van 1,5 naar 2 drijft de intensiteit van stormen, orkanen, neerslagpatronen, overstromingen en risico's op hittegolven meer op dan de halve graad tussen 1 en 1,5. Hoe warmer, hoe vernietigender.'
In Zes graden brengt de Britse journalist en klimaatactivist Mark Lynas zo nauwkeurig mogelijk de hyperbool van de impact in kaart. Graad per graad schetst hij wat dit voor de wereld betekent. In 2008 publiceerde hij een eerste versie van het boek; in 2020 gaf hij een bijgewerkte versie uit. Delen van de toekomst die hij in 2008 beschreef, zijn ondertussen werkelijkheid geworden. Kinderen geboren na 2012 hebben volgens een recent artikel in Nature Climate Change geen dag meegemaakt zonder dat de vingerafdrukken van klimaatverandering zich in weerfenomenen aftekenden. Soms minimaal en amper waarneembaar als de overstromingen op warme zomerdagen in Florida, soms indrukwekkend als orkanen die halve steden en hele eilanden verwoesten of overstromingen die steden in België en Duitsland deels vernielden.
'Ach, we passen ons wel aan aan een wereld van 3 graden', hoor ik wel vaker. Niet zelden zijn het economen die dat pretenderen. We bouwen zeewering, we ontwikkelen genetisch gemodificeerde gewassen die tegen droogte en verzilting kunnen, we zuigen de CO₂ gewoon uit de atmosfeer. Prima. Lees even hoofdstuk 3 over die wereld die 3 graden warmer is en bedenk dan of die schijnbaar simpele oplossingen zullen volstaan? Een wereld van 3 graden is een wereld waarin bepaalde delen eenvoudigweg onbewoonbaar worden voor de mens. Het is een wereld waarin de kans groot is dat het regenwoud als waterregulerend systeem stokt. Het is een wereld waarin de menselijke beschaving zoals we hem kennen in elkaar stuikt. Door natuurrampen, door voedseltekorten, door ziektes.'
Een wereld van 3 graden is een wereld waarin de menselijke beschaving zoals we hem kennen in elkaar stuikt.
Bijna werktuiglijk, alsof hij de bijsluiter van een opwarmende wereld voorleest, overloopt Lynas de hoofdpunten van iedere graad meer:
2 graden: regenwouden, koraalriffen en andere ecosystemen storten in. Meer Arctische permafrost ontdooit waardoor tientallen miljarden tonnen CO₂ en methaan vrijkomen waardoor de klimaatopwarming versnelt.
3 graden: de menselijke beschaving sputtert, waarbij het leed onrechtvaardig over de wereld verdeeld wordt.
4 graden: de ernstigste massa-extinctie sinds honderden miljoenen jaren. Het wordt te heet om te leven.
5 graden: verschillende terugkoppelingen versnellen de onleefbaarheid van de planeet.
6 graden: de Aarde lijkt steeds meer op haar zusterplaneet, Venus.
DE WISKUNDE IS GRUWELIJK SIMPEL
De wiskunde is gruwelijk simpel, aldus Lynas. We weten behoorlijk nauwkeurig tot welke temperatuurstijging een bepaald budget aan koolstofuitstoot zal leiden. We weten ook hoeveel uitstoot er in het huidige systeem al zit ingebouwd. Het is gewoon een kwestie van inventariseren en optellen.
'Om 1,5 graad te halen, moeten we hier en nu stoppen met de verkoop van wagens op fossiele brandstoffen, van stookolie- en gasketels en moeten alle fossiele centrales binnen de tien jaar stilgelegd worden.'
'Dat is de omvang van de taak. Die is ongezien in de menselijke geschiedenis. Fossiele brandstoffen zijn de ruggengraat van onze samenleving en nu moeten we ervoor zorgen dat we die samenleving overeind houden terwijl we die ruggengraat vervangen en we tegelijkertijd de bestaande energie-ongelijkheid opheffen. Het spoort niet India en Bangladesh te verbieden steenkool te verstoken als het Westen de eigen overconsumptie van energie niet terugschroeft.'
Zijn blik verhardt. 'Voor het vasthouden aan 1,5 graad pleit de besparing van een miljoen levens en van vele miljoenen ontheemden, voor het loslaten ervan de mogelijke besparing van een paar biljoen dollar. Is dat een lastige keuze?'
Het zou geen lastige keuze mogen zijn. Tot je alle huidige klimaatplannen van alle ondertekenaars van het Klimaatakkoord naast elkaar legt en daaruit afleidt dat ze het pad plaveien naar een wereld waar het 3 graden warmer is en onze vooruitgang een terugkeer is naar een wereld zoals hij drie miljoen jaar geleden was.
'Uitstel is geen optie willen we een leefbare toekomst garanderen. Voor de samenleving, voor de natuur, voor de economie. Het is goed om te weten wat we dreigen te verliezen', zegt Lynas. 'Maar het is ook goed om te weten dat we nog niet verloren zijn. We hebben nog niet alle fossiele brandstoffen opgepompt en verstookt. We kunnen beslissen om ze in de grond te laten. De enige keuze die we niet hebben is om achterover te leunen en te verwachten dat anderen het wel zullen regelen. Het is zo ver gekomen, dat er geen moment meer is waarop we zeggen: 'Dit is het. Ik geef het op.' Je kan dat een beangstigende gedachte vinden. Maar het omgekeerde is waar. We leven in een tijd waarin iedere actie voor het klimaat, voor natuurherstel de moeite waard is.'
Dit is een bijgewerkte en verkorte versie van het hoofdstuk 'Het is te laat!' uit 'Het is allemaal de schuld van de Chinezen' (epo, 2021)
Samenleving & Politiek, Jaargang 29, 2022, nr. 6 (juni), pagina 18 tot 23
Abonneer je op Samenleving & Politiek
Het magazine verschijnt 10 keer per jaar; niet in juli en augustus.
Proefnummer? Factuur? Contacteer ons via
info@sampol.be
of op 09 267 35 31.
Het abonnementsgeld gaat jaarlijks automatisch van je rekening. Het abonnement kan je op elk moment opzeggen. Lees de
Algemene voorwaarden.
Je betaalt liever via overschrijving?
Abonneren kan ook uit het buitenland.
*Ontdek onze SamPol draagtas.