Zoals de Derde Weg zich inschreef in de liberale dominantie, zoekt de 'Vierde Weg' het nu binnen een nationalistisch protectionisme.
Het is niet makkelijk nog socialist te zijn dezer dagen. Veertig jaren neoliberalisme hebben aardig huisgehouden in de mentaliteit van de mensen. 'Het sociaal zijn bepaalt het bewustzijn', zei Marx al. De samenleving is veranderd: de grootindustrie is vervangen door het kernbedrijf met onderaannemers, de arbeid is flexibel geworden, glijdende uren, andere statuten, levenslange loopbanen uit de tijd, geen volledige tewerkstelling, wel langdurige werkloosheid, stijgende armoede, het nieuwe concept 'jobloss growth', duale samenleving. En het Vlaamse woonideaal zorgt voor een suburbane nevelstad. Kortom: de werkende klasse is door elkaar geschud.
En zo ook het bewustzijn, de mentaliteit. Mensen definiëren zich nu minder vanuit hun positie in de economie, maar meer via consumptiepatroon en levensstijl. Individualisering is de norm. Jongeren blijven ook langer thuis, verlengde adolescentie. Familie en vrienden zijn de groep. Niche identiteiten de norm. Die atomisering van het samenleven leidt tot een groter isolement, tot meer narcisme en egocentrisme, meer stress en uiteindelijk tot burn-out en ander geestelijk onvermogen. We zijn allemaal neoliberaal geworden, schrijft Paul Verhaeghe in De neoliberale waanzin. Flexibel, efficiënt en gestoord (2012). Er is te veel 'ikkigheid', zegt Dirk De Wachter. Norbert De Batselier had in de jaren 1990 al last van het ik-tijdperk.
Socialisering is nochtans de kern van de socialistische gedachte. En steeds meer uitdagingen vragen opnieuw om collectieve oplossingen. Vandaag stoot het neoliberalisme op zijn grenzen. Onze totaal scheefgegroeide relatie met de natuur levert een planetaire klimaatuitdaging op, de drastische afname van biodiversiteit, pesticiden in de bodem en plastic in de oceaan, een voedselcrisis. De versnelde privatisering van de economie leidde tot grotere sociale ongelijkheid, structurele armoede, dictatuur van het geld, banken en investeringsfondsen. Snelle verstedelijking met veel migratie maakt de samenleving multicultureel, terwijl de politiek en de instellingen steeds meer naar monocultuur neigen. Inclusie in woorden, maar dominantie van de middenklasse.
Een nieuw samenlevingsmodel is nodig met meer deeleconomie, kortere ketens, herverdeling, betere sociale voorzieningen, openbare diensten en commons.
Eén en ander vraagt om een echte reset van het systeem, om een herdenken van de basisstructuren. Kortom, om een nieuw samenlevingsmodel dat steunt op meer deeleconomie, kortere ketens, inkomensherverdeling, betere sociale voorzieningen, openbare diensten en commons. Een programma dat in het verlengde zou kunnen liggen van wat de socialistische arbeidersbeweging altijd al in zich heeft gedragen. Een socialisme 2.0.
Maar tussen droom en daad, zei Willem Ellschot al, zit een 'grand écart'. Dagdagelijks politiek bestuur surft nu op de mainstream, op de tijdsgeest, en vooral op peilingen. Hoe enkele procenten te winnen? Met wie coalities aangaan? Welke accenten scoren goed? En vooral: waar zijn er posten te bekleden? Het lijkt altijd beter dan niets, maar het blijft hoe dan ook vasthangen in de bestaande structuren, logica's en systemen.
Net daar is het ontspoord. Niet alleen de locomotief ligt in de gracht. De sporen zelf moeten worden heraangelegd. Tarieven en uurregeling moeten worden herzien. Die ontsporing wordt miskend, onderschat of verzwegen. In de 19e eeuw ontstond de georganiseerde arbeidersbeweging tegenover het industriële kapitalisme. Vanaf het begin van 20e eeuw ging de discussie over tactiek en strategie, niet over de noodzaak zelf de economie in sociale handen te nemen, wel over de manier om er te geraken. Reformisme of revolutie, verkiezingen of klassenstrijd, massabeweging of militante partij. Tot de Tweede Wereldoorlog bleef de horizon een andere, socialistische samenleving.
Het compromis is voorbij. Het patronaat wil zich niet langer binden aan een sociale overlegeconomie.
Doelen werden anders toen het communisme tot stalinisme was verworden en daartegenover (en misschien net daardoor) in West-Europa de sociaaldemocratische welvaartsstaat in een compromis met de burgerij uit de bus kwam. Maar dat (fordistisch) model steunde op enkele voor kapitalisten onhoudbare premisses: voortdurende groei, geen recessie, algemene tewerkstelling, gemengde economie met voortdurend sociaal overleg, inkomensherverdeling, arbeidstijdverkorting, openbare diensten. Vandaar: instabiel en tijdelijk. The Golden Sixties. Les Trentes Glorieuses. Net dat compromis is door de neoliberale zwenking tenietgedaan. Het is voorbij. Het patronaat wil zich niet langer binden aan een sociale overlegeconomie. Rentabiliteit van het kapitaal mag niet sociaal aan banden worden gelegd. De concurrentiecapaciteit is de norm. Privatisering, liberalisering, flexibilisering! Alles gericht op verhoging van de arbeidsproductiviteit aan de laagste kost. Ziedaar de sociaaleconomische politiek van de laatste veertig jaar.
De sociaaldemocratie in het defensief bleef die bedreigde welvaartstaat als maximumprogramma hanteren. Verloren gelopen in de Derde Weg (met als ondertitel bij Giddens 'Therenewal of Social Democracy'). Dat sociaalliberalisme steunde expliciet op het einde van de 'welfare consensus', de dood van het socialisme, het einde van de klassenstrijd, het diskrediet van het marxisme, zonder alternatief voor het kapitalisme. In een omstandige ideologische discussie – die zoals alle debatten in Vlaanderen onder de mat werd geveegd – bepleiten Blair, Giddens en hun stroming een expliciete breuk met de socialistische beweging. Vandaar dat zoveel sociaaldemocratische regeringen in de jaren 1990 het huidige liberale Europa zonder schroom zelf hebben vormgegeven en de nieuwe economische regels hebben onderschreven. Dat was de tijd van TINA, There Is No Alternative. Het ideologisch debat ingeruild voor het postpolitieke tijdperk. De Derde Weg richt zich vooral op de 'nieuwe middenklasse', het succesvolle deel van de arbeidersklasse: geschoold, flexibel, ondernemend en competitief. De verdeeldheid binnen de werkende klasse, de dualisering, is nu structureel. Ondanks jarenlang 'activeren' slaagt men er niet in de onderklasse economisch 'rendabel' te maken.
Overal zijn tekorten, wachtlijsten en crisissituaties. Zonder in de economie zelf in te grijpen, is dat systeem onhoudbaar.
Om vandaag de kapitalistische economie te ontplooien, moet dus ook sociale uitsluiting worden aanvaard. Die blijven opvangen via de welvaartsvoorzieningen wordt hoe langer hoe meer onmogelijk. Overal zijn tekorten, wachtlijsten en crisissituaties: huisvesting, onderwijs, ziekenzorg, justitie, woonzorgcentra, kinderopvang, kunsten, openbaar vervoer, geestelijke gezondheidszorg, overbevolkte gevangenissen, asielopvang, een lijst te lang om volledig op te sommen. Zonder in de economie zelf in te grijpen, is dat systeem onhoudbaar. De klimaatcrisis, de pandemie en de huidige energiecrisis hebben die diagnose alleen maar versterkt.
'De sociaaldemocratie is doodziek', stelt Vincent Scheltiens. Dat denkt ook Mark Elchardus die als gemeenschapsdenker is overgelopen naar het (inclusieve) nationalisme van Bart De Wever. Conner Rousseau lijkt die analyse wel te delen. Verkavelings-Vlaanderen, Familie, Thuis en FC De Kampioenen als 'Leitkultur'. En 'Molenbeek' als doembeeld. Zo blijft de keuze in 2024 beperkt tot neoliberaal globalisme of conservatief nationalisme.
Het socialisme inperken tot alleen een sociaal beleid van herverdeling leidt tot een coalitie onder de leiding van het nationalisme. Zoals de Derde Weg zich inschreef in de liberale dominantie, zoekt de 'Vierde Weg' het nu binnen een nationalistisch protectionisme. Ook in de zachte vorm zal dat gaan om 'onze eigen mensen eerst'. Is dat de horizon van de socialisten? De sociale vleugel worden van het Vlaams-nationalisme? Na het sociaalliberalisme, het sociaalnationalisme?
Is dat de horizon van de socialisten? De sociale vleugel worden van het Vlaams-nationalisme?
Noem het dan vooral geen 'socialisme', op risico in verwerpelijk vaarwater te komen. Zonder een eigen economisch model, zonder discussie over eigendomsverhoudingen, zonder structurele inkomensherverdeling, zonder een maatschappelijk alternatief, komt er geen Big Shift. Daar ligt een verschil tussen Vooruit en de PS. Vooruit onderwerpt zich aan de Vlaams-nationale hegemonie. PS-voorzitter Paul Magnette opent een discussie met Ecolo en PTB over 'ecosocialisme'. Het gemis aan grondig debat binnen de Vlaamse linkerzijde over een progressief alternatief is deel van het probleem. Zo blijft elke stroming een eigen sectaire koers varen. Zo blijft het initiatief en het mainstream gedachtengoed aan de rechterzijde.
Abonneer je op Samenleving & Politiek
Het magazine verschijnt 10 keer per jaar; niet in juli en augustus.
Proefnummer? Factuur? Contacteer ons via
info@sampol.be
of op 09 267 35 31.
Het abonnementsgeld gaat jaarlijks automatisch van je rekening. Het abonnement kan je op elk moment opzeggen. Lees de
Algemene voorwaarden.
Je betaalt liever via overschrijving?
Abonneren kan ook uit het buitenland.
*Ontdek onze SamPol draagtas.