Abonneer Log in

Voor een platformeconomie zonder private platformbedrijven

  • Tim Christiaens - Politiek filosoof en docent aan Tilburg University
  • 31 januari 2023

Pleidooi voor een tegenbeweging van durfsocialisme: overheden kunnen investeren in ethische alternatieven, zoals platformcoöperatieven of publieke non-profits.

Begin deze maand vroeg de Nederlandse tak van het schoonmaakplatform Helpling het faillissement aan. Het oorspronkelijk Duitse bedrijf had een platform ontwikkeld dat zelfstandige schoonmakers digitaal verbindt met potentiële klanten. Het kopieerde daarmee het bedrijfsmodel van Uber of Deliveroo, die ook zogezegd zelfstandige kluswerkers in contact brengen met consumenten via een app. De Nederlandse vakbond FNV had een rechtszaak tegen Helpling aangespannen om het werknemersstatuut af te dwingen voor de schoonmakers. Op 21 september 2021 besliste de rechter dat de schoonmakers noch werknemers noch zelfstandigen zijn, maar uitzendkrachten. Ook voor ons Belgen is dit soort uitspraken relevant, want hier voeren we dezelfde discussie via de rechtbanken. Sommige autoriteiten in België classificeren kluswerkers als werknemers, andere als zelfstandige. Het statuut als uitzendkracht gaf schoonmakers alleszins extra rechten, zoals een doorbetaling van het loon bij ziekte en een transitievergoeding bij ontslag. Maar dat kon Helpling niet betalen en vandaar het bankroet.

Helpling teerde op investeringen van zogenaamde ‘durfkapitalisten’ als Rocket Internet en Unilever Ventures.

Het bedrijf was al van in het begin verlieslatend. Het teerde op investeringen van zogenaamde ‘durfkapitalisten’ als Rocket Internet en Unilever Ventures. Dit zijn bedrijven die enorme sommen geld investeren in startende internetbedrijven in de hoop dat sommigen uitgroeien tot de nieuwe Google of Amazon. Maar op een bepaald moment moet er toch perspectief op winst komen. Arbeiders deftig betalen, past niet in dat plaatje. Ook Deliveroo verliet Nederland vorig jaar na een uitspraak die koeriers herclassificeerde als werknemers. En Uber ondervindt gelijkaardige problemen in verschillende landen. Ook deze bedrijven zijn niet winstgevend maar afhankelijk van investeerders, wat hen kwetsbaar maakt voor rechters die de loonkosten opdrijven. De financiële afgrond dreigt voor grote delen van de platformsector.

De Nederlandse vakbond, het FNV, ziet het faillissement van Helpling als een overwinning. Het FNV wil respect voor de bestaande arbeidswetgeving afdwingen. Als platformbedrijven de bestaande sociale rechten van werknemers niet kunnen betalen, dan horen ze niet thuis op de Nederlandse arbeidsmarkt. De vakbond betreurt weliswaar dat schoonmakers nu hun job verliezen, maar jobcreatie mag niet ten koste gaan van degelijke lonen en sociale bescherming. De platformexpert Martijn Arets is minder enthousiast. Hij vindt de redenering van het FNV nogal zuur. Het failliet van Helpling levert immers niet automatisch betere banen op voor de momenteel werkloze schoonmakers. Die gaan niet zomaar naar een ander, beter schoonmaakbedrijf. Ze worden de zwarte markt in geduwd, waar ze minder beschermd zijn en nog lagere lonen ontvangen.

Beide standpunten hebben een punt. Enerzijds mogen wij niet machteloos toekijken terwijl platformbedrijven een race to the bottom organiseren met juridisch en financieel geknoei. Uber is bijvoorbeeld berucht om strategische verliezen te boeken om zo klassieke taxibedrijven uit de markt te prijzen. Eenmaal de taxibedrijven weggeconcurreerd zijn, kan Uber gebruik maken van haar nieuwverworven monopoliepositie om de lonen naar beneden te drijven. Collateral damage in dat proces zijn de goed beschermde banen van taxichauffeurs. Eenmaal de taxibedrijven verdwenen zijn, werken die bij Uber als schijnzelfstandigen aan slechtere voorwaarden. Anderzijds heeft Arets gelijk dat de arbeidsmarkt niet mals is voor het profiel van de gemiddelde platformwerker. Die is vaak kortgeschoold, heeft een migratieachtergrond en/of slechte ervaringen met werken voor een baas. Voor hen is het alternatief voor platformwerk niet een goed beschermde baan elders, maar helemaal geen baan of een minstens even slechte.

Moeten we dan platformbedrijven wegreguleren om goede jobs te beschermen – ten koste van mensen aan de onderkant van de arbeidsmarkt – of moeten we platformbedrijven en hun uitbuitingspraktijken gedogen om gemarginaliseerde arbeiders een opstapje te gunnen? Of moeten we misschien helemaal niet kiezen? Het klinkt verrassend, maar er zijn manieren om de platformeconomie te promoten zonder de wanpraktijken van private platformbedrijven te aanvaarden. Het probleem ligt immers niet bij de platformtechnologie of bij het werk zelf, maar bij de manier waarop platformbedrijven hun werkkrachten behandelen. En nog verrassender, de oplossing komt uit het hart van Republikeins Amerika: Texas.

De Texaanse stad Austin investeerde meteen na het vertrek van private platformbedrijven in ethisch verantwoorde, publieke alternatieven.

In 2016 had het gemeentebestuur van de Texaanse stad Austin de regels in de vervoersector verstrengd ten nadele van Uber en Lyft. De platformbedrijven besloten daarom hun diensten stop te zetten om zo het gemeentebestuur op de knieën te krijgen. Wanneer consumenten zouden merken dat hun apps niet meer werkten, zouden zij de gemeente onder druk zetten om haar beleid terug te draaien. Of daar hoopten de platformbedrijven toch op. De gemeente had echter vooraf geïnvesteerd in non-profit en coöperatieve varianten, RideAustin en ATX. Dit waren ook taxi-apps, maar ze werden ofwel uitgebaat door de gemeente zelf als een non-profit of ze waren in handen van de chauffeurs zelf. Austin had meteen na het vertrek van private platformbedrijven geïnvesteerd in ethisch verantwoorde, publieke alternatieven. Uber en Lyft moesten lobbyen bij de Staat Texas om opnieuw in Austin voet aan wal te krijgen.

Een groot deel van de private platformeconomie is financieel niet levensvatbaar. Ze teert op de investeringen van durfkapitaal in de hoop ooit winstgevend te worden. Loonkosten vormen echter de Achilleshiel van private platformbedrijven. Hun bedrijfsmodel werkt niet op lange termijn als ze hun arbeiders voldoende zouden betalen. De barrage aan rechtszaken tegen platformbedrijven leggen daarmee een bom onder het bedrijfsmodel. Vakbonden hebben gelijk om dit aan te vechten, maar we hebben nood aan een plan om kluswerkers achteraf op te vangen.

Vakbonden hebben gelijk om platformbedrijven aan te vechten, maar we hebben nood aan een plan om kluswerkers achteraf op te vangen.

Ik pleit daarom voor een tegenbeweging van durfsocialisme: overheden kunnen investeren in ethische alternatieven, zoals platformcoöperatieven of publieke non-profits. Zoals de Italiaanse econoom Marianna Mazzucato heeft aangetoond, komt heel wat innovatie voort uit publieke investeringen. Ook in de platformeconomie is een rol voor de overheid weggelegd. Daarmee vermijden wij de discussie tussen het FNV en Arets: private platformbedrijven moeten inderdaad verdwijnen als ze het arbeidsrecht niet respecteren, maar de banen voor gemarginaliseerde kluswerkers hoeven niet verloren te gaan.

In plaats van ondoordacht private platformbedrijven rechtstreeks te bestrijden met rechtszaken voor het werknemersstatuut, zonder oog voor de gevolgen, moeten wij bouwen aan de publieke platformbedrijven van morgen. Austin kan daarmee tot voorbeeld dienen. Op technologisch vlak zijn de innovaties van Uber en co. immers verbluffend. De kunst is om die te kopiëren zonder het uitbuitingsmodel van private platformbedrijven over te nemen.

Abonneer je op Samenleving & Politiek

abo
 

SAMPOL ONLINE

40€/jaar

  • Je leest het magazine online
  • Je hebt toegang tot het enorme archief
MEEST GEKOZEN

SAMPOL COMPLEET

50€/jaar

  • Je ontvangt het magazine in de bus
  • Je leest het magazine online
  • Je hebt toegang tot het enorme archief
 

SAMPOL STEUN

100€/jaar

  • Je ontvangt het magazine in de bus
  • Je leest het magazine online
  • Je hebt toegang tot het enorme archief
  • Je krijgt een SamPol draagtas*
 

SAMPOL SPONSOR

500€/jaar

  • Je ontvangt het magazine in de bus
  • Je leest het magazine online
  • Je hebt toegang tot het enorme archief
  • Je krijgt een SamPol draagtas*

Het magazine verschijnt 10 keer per jaar; niet in juli en augustus.
Proefnummer? Factuur? Contacteer ons via info@sampol.be of op 09 267 35 31.
Het abonnementsgeld gaat jaarlijks automatisch van je rekening. Het abonnement kan je op elk moment opzeggen. Lees de Algemene voorwaarden.

Je betaalt liever via overschrijving?

Abonneren kan ook uit het buitenland.

*Ontdek onze SamPol draagtas.