Zelfs als het nieuwe kabinet op niets uitloopt, kan Geert Wilders daar garen bij spinnen. Hij zal de schuld in de schoenen schuiven van rechters en Europa. Het is een van de vele uitdagingen waar zijn tegenstanders voor staan.
VALKUIL 1: HET MAG NIET (VAN DE RECHTER)
Een ‘gebakken-luchtakkoord’ noemt D66-aanvoerder Rob Jetten het. Zijn GroenLinks-PvdA-collega Frans Timmermans hekelt de financiële onderbouwing als ‘drijfzand’ en ‘wensdenken’. Wetenschappers waren er nog sneller bij om gehakt te maken van het hoofdlijnenakkoord van PVV, VVD, NCS en BBB. ‘Hoogleraren in het migratierecht: een flink aantal aangekondigde asielmaatregelen is zo goed als onmogelijk’, kopte de Volkskrant.
Terechte kritiek, die toch wringt. De verre voorlopers van Jetten en Timmermans wilden de verbeelding aan de macht. ‘Wees realistisch, eis het onmogelijke’, luidt nog altijd de leus van protestbewegingen over de hele wereld. Maar oog in oog met een radicaal-rechts kabinet, dat zonder goede reden een asielcrisis wil uitroepen en de hoge stikstofuitstoot hoopt ‘op te lossen’ door de definitie te veranderen, zien oppositiepartijen zich in de rol geduwd van kleurloze technocraten. Vooral voor de progressieve fracties is dat een probleem.
Die ontwikkeling is al langer gaande. Het is uiterst rechts dat tegen de bestaande politieke verhoudingen rebelleert. Denk aan het pleidooi van PVV-leider Geert Wilders voor een totale asielstop of de (alweer verbroken) belofte het klimaatbeleid ‘door de shredder’ te halen. In reactie daarop wijzen de voormalige rebellen ter linkerzijde op internationale verdragen en wetten die dat verbieden. Actiegroepen als Mobilisation for the Environment hebben zich gespecialiseerd in het dwarsbomen van politieke besluiten via de rechter.
De juridisering van de oppositie is geen goed nieuws.
Het is de juridisering van de oppositie. Als de tekenen niet bedriegen, raakt deze ontwikkeling de komende jaren in een stroomversnelling. Dat is geen goed nieuws. Ten eerste kan Wilders, mochten de plannen van ‘zijn’ kabinet worden afgeschoten, de schuld eenvoudig afschuiven op zijn favoriete tegenstanders. De rechters hebben hem gedwarsboomd. Of anders wel Europa.
De gebeurtenissen in landen als Hongarije, Turkije en tot voor kort Polen tonen – ten tweede – aan dat geen rechtsstaat immuun is voor zo’n aanhoudende reeks aanvallen. De rechtsprekende macht is prima in staat een kabinetsperiode lang tegen de stroom in te roeien. Maar die juridische beschermingswal houdt niet eindeloos stand. Op de lange termijn kunnen ook internationale verdragen worden opgezegd of aangepast. Rechters zijn vervangbaar.
Ten derde maakt louter vertrouwen op de corrigerende kracht van de rechtspraak de oppositie passief. Je hoort het nu al in Den Haag: laat deze coalitie het maar proberen. Dan ziet de kiezer vanzelf dat er niks terechtkomt van haar voornemens. Niet alleen zijn er tal van historische voorbeelden – van Mussolini in Italië tot Trump in de Verenigde Staten – waaruit blijkt dat achteroverleunen risicovol is. Het neemt ook de prikkel weg voor de oppositie om mee te bouwen aan een brede protestbeweging van onderop.
In plaats van het te houden bij een simpel ‘mag niet’ of ‘de feiten’ te laten spreken, is het voor democraten effectiever om te focussen op de achterliggende normen.
Hoe het dan wel moet? In plaats van het te houden bij een simpel ‘mag niet’ of ‘de feiten’ te laten spreken, is het voor democraten effectiever om te focussen op de achterliggende normen. Dat schrijven medewerkers van het Center for a New American Security in een overzicht van het bestaande academische onderzoek naar hoe te reageren op rechtspopulisten. Leg daarom uit waaróm een maatregel slecht is. Vertel ook wat onze rechtsstaat en democratie zo onmisbaar maakt.
Die communicatie moet volgens het rapport hand in hand gaan met activisme in buurten, op de werkvloer, in de vakbond of via het soort lokale spreekuren voor bewoners die in Nederland de SP nog altijd organiseert. Zodra mensen elkaar daadwerkelijk tegenkomen, blijken ze namelijk minder belang te hechten aan de door uiterst rechts opgestookte culturele en etnische tegenstellingen.
VALKUIL 2: HET HOORT NIET (VOLGENS ONS SOORT MENSEN)
Het moraliserende broertje van ‘mag niet’ heet ‘hoort niet’. Nog veel meer dan in het tijdelijke onderkomen van de Tweede Kamer is dat verweer te vinden op sociale media. Op vrijwel elke tweet van politici als Wilders en Baudet volgt sinds jaar en dag een stroom likes én een berg afkeer. Vaak kopiëren de critici het bericht voor hun volgers, met laatdunkend commentaar van eigen hand erbij. De boodschap is duidelijk. Dit soort dingen zeg je niet.
In de Verenigde Staten beseffen ze inmiddels dat dit verspilling van tijd en energie is. Vanaf zijn stormachtige opkomst in de aanloop naar de Republikeinse voorverkiezingen in 2016 deden de media verslag van zo’n beetje alles wat Donald Trump deed, zei en tweette. De vastgoedmiljardair stond garant voor spectaculaire kijkcijfers. Trumps plannen ‘mogen dan niet goed zijn voor Amerika, maar het is heel erg goed voor CBS’, merkte de toenmalige baas van de nieuwszender op.
De aanname was dat kiezers, zodra ze zagen wat voor een malloot Trump was, tot inkeer zouden komen. The Washington Post turfde zijn foutieve uitspraken als president. De krant kwam tot het duizelingwekkende getal van 30.573, oftewel 21 leugens per dag. Het had weinig effect. Ondertussen kreeg Trump al tijdens de voorverkiezingen in één maand tijd voor bijna twee miljard dollar aan gratis media-aandacht. Met hun stroom opgewonden commentaren en breaking news, analyseerde George Packer in The Atlantic, ruilen de media hun ‘geloofwaardigheid op de lange termijn in voor verdiensten op de korte termijn’.
Morele verontwaardiging zal geen enkele PVV- of BBB-stemmer van gedachten doen veranderen.
Op dezelfde manier zal morele verontwaardiging geen enkele PVV- of BBB-stemmer van gedachten doen veranderen. Het maakt juist dat de oppositie blijft reageren op de stokpaardjes van de rechts-populisten. Wilders weet daar als geen ander gebruik van te maken. Toen hij in 2009 pleitte voor een kopvoddentaks riep de rest van de Tweede Kamer ‘schande’. Ondertussen ging het debat wel weer mooi over de islam. Niet over de aanpak van de financiële crisis of andere onderwerpen waarbij de PVV zich minder thuis voelt.
Een verstandige oppositie weigert te reageren op elke proefballon, zoals die over pak ’m beet een verhuizing van de Nederlandse ambassade naar Jeruzalem. Die volgt haar eigen agenda. Dat betekent ook weerstand bieden aan de moderne verleiding om ‘pakketpolitiek’ te bedrijven. Dat is het merkwaardige fenomeen dat conservatieven die sceptisch zijn over, bijvoorbeeld, de Europese eenwording, tegenwoordig ook meteen vraagtekens zetten bij klimaatverandering en een afkeer hebben van moslims. Ter linkerzijde leek het er de afgelopen tijd op dat wie tegen het criminaliseren van uitgeprocedeerde vreemdelingen is of voor verhoging van het minimumloon, meteen ook hoort te gruwen van 130 kilometer per uur op de snelweg rijden. Enkel en alleen omdat dit kabinet er voorstander van is.
VALKUIL 3: HET IS TE DUUR (EN WE MOETEN BEZUINIGEN)
Drie tientjes. Zoveel prijziger dreigt volgens D66’er Jetten een weekendje Twente te worden. Met dank aan de in het hoofdlijnenakkoord afgesproken btw-verhoging voor hotels en theaters. Het past naadloos in de kritiek die de potentiële coalitiepartners al maanden krijgen op hun plannen: te duur. Want er moet zeventien miljard euro bezuinigd worden.
Niet dus. Die zeventien miljard komt uit een rapport dat de Studiegroep Begrotingsruimte vorig jaar publiceerde. De ambtenaren waarschuwden inderdaad voor oplopende begrotingstekorten, maar waren zo verstandig de beleidskeuzes over te laten aan democratisch gekozen politici. Een nieuw kabinet kan ervoor kiezen minder uit te geven. Het kan net zo goed ook de lasten verzwaren – denk aan een hogere effectieve belastingdruk op vermogens.
Nu zijn vriend en vijand het erover eens dat de financiële onderbouwing van het hoofdlijnenakkoord rammelt. Dat bleek ook toen het Centraal Planbureau met de doorrekening kwam. De rekenmeesters achten de bezuiniging van jaarlijks één miljard door één op de vijf rijksambtenaren te ontslaan ‘niet plausibel, zolang niet nader is ingevuld welke overheidstaken komen te vervallen’. Ook de 1,6 miljard euro korting die het kabinet wil bedingen op de afdracht aan de EU wordt doorgeprikt. Net als de voorgestelde nullijn voor ambtenaren.
Maar onbetaalbaar? Vooropgesteld dat er geen nieuwe crisis of recessie komt – wat historisch gezien onwaarschijnlijk is – blijft de economie licht groeien. Hetzelfde geldt voor de koopkracht. Ondertussen loopt de staatsschuld op tot een kleine 52 procent van het bbp. Dat is ruim beneden de Europese norm van 60%. ‘Mooi mooi mooi’, reageerde Wilders op X.
Het argument dat het te veel geld kost is niet alleen zwak, het is ook fantasieloos.
Het argument dat het te veel geld kost is niet alleen zwak, het is ook fantasieloos. De Belgische politicoloog en filosoof Chantal Mouffe hekelt dit denken al decennialang. Zij pleit voor een ‘agonistische’ democratie als medicijn tegen rechts-populisme. Daarin dekken partijen hun tegenstellingen en conflicten niet toe. Ze bestrijden elkaar op het scherp van de snede, maar met respect voor de democratische spelregels en instituties. ‘Ze zijn “tegenstanders”, geen vijanden’, vatte Mouffe het verschil samen in Over het politieke (2008).
De mythe van het al te strikte financiële keurslijf draagt daarentegen bij aan de Haagse politiek als eenheidsworst. Tom van der Meer, hoogleraar politieke wetenschappen aan de Universiteit van Amsterdam, ziet hierin een belangrijke verklaring voor de teloorgang van de middenpartijen. ‘Of het nu ging om bezuinigingen tijdens de eurocrisis, het stikstofbeleid, de aanpak van het toeslagenschandaal of de reactie op corona’, schreef hij in een essay in De Groene Amsterdammer, ‘fundamentele politieke keuzes werden geframed als onontkoombare beslissingen die het gevolg waren van gerechtelijke uitspraken, adviezen van neutrale expertcommissies, compromissen uit de polder of internationale verdragen. Dat frame plaatste verantwoordelijkheid voor inherent politieke keuzes buiten het politieke domein.’
VALKUIL 4: HET IS POLITIEK ONHAALBAAR (DUS WEES PRAGMATISCH)
‘Te duur’ en ‘juridisch onhoudbaar’ zijn niet de enige manieren om politieke plannen af te serveren als onrealistisch. Toegegeven, de kersverse coalitiepartners maken het hun critici ook wel erg gemakkelijk. Het hoofdlijnenakkoord staat bomvol tegenstrijdigheden. Denk aan het pleidooi voor maatregelen ‘die niet verder nivelleren en tegelijkertijd (kinder-)armoede in Nederland voorkomen’.
Om nog maar te zwijgen van Europa. Den Haag wil minder geld betalen aan Brussel én ‘alles op alles’ zetten ‘om de pulsvisserij weer toe te staan’. Na bijna twee decennia gematst te zijn dient er ook opnieuw een uitzondering te komen op het mestbeleid. Hetzelfde geldt voor de stikstofregels. Als klap op de vuurpijl hoopt Nederland een opt-out van het Europese asielbeleid te bedingen.
De oppositie was er als de kippen bij om erop te wijzen dat dat laatste een wijziging van het Europees Verdrag vereist. Die komt er pas als alle lidstaten akkoord gaan. De vraag is waarom ze dat zouden doen. Temeer omdat Nederland ook op andere fronten een voorkeursbehandeling eist, plus wil beknibbelen op de EU-afdracht.
Het gevaar van die voor de hand liggende verdedigingslinie is opnieuw dat de status quo wordt verdedigd. Want wat is er mis met gedurfde plannen? Met groots durven dromen? Slechts enkele jaren terug stond het stoppen van de flexibilisering van de arbeidsmarkt te boek als onhaalbaar. Ooit gold dat ook voor het vrouwenkiesrecht. Of het afschaffen van de slavernij. De als onhaalbaar weggewuifde plannen van gisteren kunnen, met andere woorden, de open deuren van morgen zijn.
Welkom op het terrein van de ‘metapolitiek’. Het waren altijd de progressieve partijen die hierin uitblonken. In plaats van zich neer te leggen bij de bestaande verhoudingen, presenteerden ze een gedurfde visie op een toekomst die vrijer en rechtvaardiger zou zijn. Ze mobiliseerden nieuwe kiezersgroepen, kaapten de politieke agenda, polariseerden naar hartenlust en trokken zo het complete politieke spectrum de kant op van hun idealen.
Wie vergezichten bestrijdt met louter pragmatisme, onderschat de behoefte van de kiezer.
Wie vergezichten bestrijdt met louter pragmatisme, onderschat de behoefte van de kiezer. ‘We leven in een tijd van crisis’, zei hoogleraar en auteur van The Far Right Today Cas Mudde hierover in De Groene. ‘Moeilijke keuzes moeten worden gemaakt, de welvaartsstaat moet worden hervormd, defensie is weer een issue, klimaatverandering… Mensen willen hierin geen pragmatische “there is no alternative”-oplossing, ze willen een betere wereld.’
VALKUIL 5: HET KAN NIET ANDERS (WANT DE KIEZER WIL HET)
Dat het niet mag van de rechter of volgens de geldende fatsoensnormen is, kortom, een zwaktebod. Net als het argument dat een plan onrealistisch is. Hetzij vanwege de financiën, hetzij door de Europese Unie. Veel kwalijker is het als de oppositie in de vijfde en laatste valkuil tuimelt. Volgens die denkfout zit er weinig anders op dan schoorvoetend akkoord te gaan met de nieuwe politieke werkelijkheid. ‘De’ Nederlander heeft in november immers gesproken.
De afgelopen maanden interviewde De Groene naar aanleiding van de verkiezingswinst van uiterst rechts een keur aan binnen- en buitenlandse denkers. Dat leverde uiteenlopende perspectieven op, maar ten minste één analyse deelden de wetenschappers zonder uitzondering: de kiezer verkiest vrijwel altijd het origineel. Het heeft daarom weinig zin om als sociaaldemocratische partijen een rabiaat asielbeleid door te voeren, zoals in Denemarken is gebeurd. Net zoals de poging van de VVD om Wilders in de verkiezingsstrijd te verslaan op zijn favoriete onderwerp – immigratie – gedoemd was te mislukken.
Zulke fatale strategieën komen voort uit een ‘u vraagt, wij draaien’-opvatting van politiek. Dat miskent het belang van de aanbodzijde. Niet de kiezer dus, maar de politici. Wat zijn de problemen die zij agenderen? Op welke manier praten ze daarover? ‘Dertig jaar geleden plaatsten de meeste Europeanen zich politiek in het midden en dat is nog altijd zo’, concludeerde de Duitse socioloog Steffen Mau op basis van opinieonderzoek in diverse landen. Zo was en is vrijwel iedereen het ermee eens dat mensen zich mogen kleden zoals het hun dunkt. Of liefhebben wie zij willen. Het verschil is dat het debat tegenwoordig vooral gaat over wat Mau ‘trigger points’ noemt. Begin over genderneutrale toiletten, en ineens lijkt de kiezer tot op het bot verdeeld over seksuele identiteit.
Het is zaak de kiezer consequent aan te spreken op de bredere overtuigingen waarover wél overeenstemming heerst.
De oppositie moet volgens Mau niet meegaan in zulke frames. Het is zaak de kiezer consequent aan te spreken op de bredere overtuigingen waarover wél overeenstemming heerst. Zoals dat mensen die daadwerkelijk vluchten voor geweld gastvrijheid verdienen. Dat is dus niet hetzelfde als dit heikele onderwerp negeren. Het huidige asielbeleid is een mislukking – ook mensen die meeleven met de duizenden verdronken vluchtelingen op de Middellandse Zee zullen dat erkennen. Maar het is absoluut niet de existentiële dreiging die uiterst rechts ervan maakt.
Dit sluit aan bij de eerdergenoemde oplossingen. Leg uit waarom een plan slecht is voor Nederland, in plaats van het enkel te diskwalificeren als onhaalbaar. Verdedig niet de status quo, maar durf te dromen en bouw mee aan een brede oppositie van onderop. Ga niet mee in de uiterst rechtse frames. Formuleer je eigen speerpunten en bijbehorende tegenstellingen.
En als Wilders en consorten er inderdaad een potje van maken? Dan is dat een mooie bonus. Weinig conservatieve kiezers houden van vier partijen die uitblinken in chaos. Zolang het ze maar niet te makkelijk wordt gemaakt om hun critici de schuld te geven van die stuurloosheid, want dan zal Wilders nog groter worden. Alleen een oppositie die zich richt op de inhoud voorkomt dat.
(Dit stuk is overgenomen uit De Groene Amsterdammer, nr. 22, 29 mei 2024)
Deze bijdrage verscheen in de Zomerreeks 2024 - Verzet van Samenleving & Politiek.
Abonneer je op Samenleving & Politiek
Het magazine verschijnt 10 keer per jaar; niet in juli en augustus.
Proefnummer? Factuur? Contacteer ons via
info@sampol.be
of op 09 267 35 31.
Het abonnementsgeld gaat jaarlijks automatisch van je rekening. Het abonnement kan je op elk moment opzeggen. Lees de
Algemene voorwaarden.
Je betaalt liever via overschrijving?
Abonneren kan ook uit het buitenland.
*Ontdek onze SamPol draagtas.