Abonneer Log in

Banden met een bloedbad: noodzaak en nut van een academische boycot

  • Raoul Rombouts - Doctoraatsonderzoeker Recht en Diversiteit UGent, betrokken bij de studentenprotesten
  • Leon Adriaensen - Doctoraatsonderzoeker Atmosferische Fysica UGent, betrokken bij de studentenprotesten

Samenleving & Politiek, Jaargang 31, 2024, nr. 9 (november), pagina 17 tot 22

De Israëlische universiteiten zijn geen onafhankelijke kennisinstellingen, maar een belangrijke schakel in de zionistische machine en de daaruit voortvloeiende genocide.

© ID/Thomas Sweertvaegher

Na 76 jaar apartheid en kolonisatie heeft Israël alle internationale verdragen en VN-resoluties die een vreedzame oplossing beogen met de voeten getreden. De genocide in Gaza, ondertussen meer dan een jaar bezig, is hier dan ook de logische voortzetting van. Met de financiële, militaire en morele steun van Europa en de Verenigde staten viel de zionistische staat brutaal de Gazastrook en West Bank binnen en onderwierp het de Palestijnse bevolking straffeloos aan een gelivestreamde terreur die alle verbeelding tart. In september werd opnieuw een grens overtreden: Israël voerde twee terroristische aanslagen uit in centrum Beiroet en lanceerde zo de invasie van Libanon, bejubeld door westerse opiniemakers en politici. “Als we daar al mee weg komen”, dacht de regering, “kunnen we nog wel wat verder gaan.” Meest recente wandaad in het lijstje zijn de aanvallen op de blauwhelmen van de Verenigde Naties (VN), want zelfs de vredesmissies van de hoogste internationale organisatie kan Israël ongestraft aanvallen. En nog steeds toont Israël zich onstuitbaar.

Het Internationaal Gerechtshof, een instituut van de VN, had nochtans op 29 december 2023 al beslist dat het systematisch geweld in Gaza van dien aard was dat er een ‘verplichting om genocide te voorkomen’ geactiveerd werd. Alle staten van de Europese Unie en bij uitbreiding van de hele wereld hebben op basis van internationaal recht de plicht om alle mogelijke maatregelen te nemen om te voorkomen dat deze genocide plaatsvindt. Gezien de achteloosheid waarmee Israël het internationaal recht aan zijn laars lapt, hebben we hier in België naast een juridische verantwoordelijkheid ook een morele verantwoordelijkheid om op elke mogelijke manier druk te zetten. In dit artikel bespreken we de noodzaak en het nut van één maatregel in het bijzonder: de academische boycot.

Een volledige academische boycot houdt voor een land als België in dat alle universiteiten hun institutionele banden met Israël verbreken. Er mogen geen nieuwe partnerschappen aangegaan worden en de bestaande banden met Israëlische universiteiten en bedrijven worden stopgezet. Voor multilaterale projecten met meerdere partners betekent het dat de Belgische universiteit pleit om Israëlische partner uit het project te zetten, en als dat niet gebeurt zelf uit het project te stappen.

DE NOODZAAK VAN EEN ACADEMISCHE BOYCOT

Aangezien de universiteiten al sinds de stichting van de staat Israël een essentiële pilaar van het zionistische koloniaal project zijn, vormen zij het perfecte doel om internationaal druk te ontwikkelen. Zo hamerde David Ben Gurion, eerste premier van Israël, op het belang van wetenschap en universiteiten om de militaire slagkracht uit te breiden, het project te legitimeren en hun bevoorrechte banden met de westerse wereld te onderhouden.

David Ben Gurion, eerste premier van Israël, hamerde op het belang van wetenschap en universiteiten om de militaire slagkracht uit te breiden.

Een belangrijke strategie om de inname van Palestijns gebied te cementeren, is het oprichten van universiteiten erop. De zionisten beseften immers dat het planten van een universitaire gemeenschap een duurzamere bezettingsstrategie is dan het militair bewaken van ingenomen gebied. Zo vind je Haifa University in Galilea, Ariel University op de Westelijke Jordaanoever en Ben Gurion University in de Naqab.

Niet enkel de fysieke aanwezigheid maar ook de kennis die universiteiten produceren, staan volledig ten dienste van het zionistische project. Op verschillende universiteiten werden centra opgericht om intensief samen te werken met het leger en de wapenfabrikanten. In het door de luchtmacht en Tel Aviv University gedeelde Elrom Center ontwerpen ze wapensystemen voor raketten en aanvalsvliegtuigen. Weizmann Institute of Science en Technion werken allebei nauw samen met de bedrijven RAFAEL en ELBIT aan de ontwikkeling van biologische en chemische wapens. Aan Ben Gurion University specialiseren ze zich in cybertechnologie die onder meer wordt ingezet om bombardementsdoelwitten te bepalen.

Ook de menswetenschappen dragen hun steentje bij. Juristen en ethici van meerdere universiteiten ontwikkelden bijvoorbeeld de Dahiya-doctrine, een theorie die het inzetten van disproportioneel geweld tegen burgers en civiele infrastructuur moet rechtvaardigen. Wanneer de burgerbevolking voldoende hard wordt geterroriseerd, zullen ze zich tegen de eigen militanten keren, klinkt de logica. Andere oorlogsmisdaden die door rechtsgeleerden en ethici gerechtvaardigd worden, zijn onder meer foltering, uithongering als oorlogswapen en huurmoorden.

Het apartheidsregime dringt door tot het hart van het universiteitsleven. Arabische en Palestijnse studenten worden gediscrimineerd. Ze krijgen pas toegang tot de vakken, faciliteiten en domeinen van de universiteiten na een politieke screening. Onder het mom van ‘steunen van terrorisme’ of het ‘besmeuren van de reputatie van de universiteit’ krijgen studenten en personeel die zich uitspreken te maken met intimidatie, tuchtsancties en schorsingen. Sinds het begin van de genocide zijn dergelijke maatregelen opgedreven. De laatste jaren zijn veel kritische stemmen, zoals Maya Wind, Nadera Shalhoub-Kevorkian en Nurit Peled, vertrokken, vervolgd of aangeklaagd.

Om de zionistische doeleinden te bewaken, zijn er vaak soldaten aanwezig in de universiteiten.

Om de zionistische doeleinden te bewaken, zijn er vaak soldaten aanwezig in de universiteiten. Niet alleen lopen er infanteristen rond op de campussen, ook hogere academische posities worden bekleed door marionetten van de regering en het leger. Mede-oprichter van Haifa University, Arnon Soffer, is naast hoogleraar geografie en zwaargewicht in de academische besluitvorming bekend als de ‘Arabierenteller’, omwille van zijn obsessie met de ‘demografische dreiging van de Arabieren’. Zijn oplossing? ‘Kill and kill and kill’.

Kortom, de Israëlische universiteiten zijn geen onafhankelijke kennisinstellingen maar een belangrijke schakel in de zionistische machine en de daaruit voortvloeiende genocide. Ze bevinden zich op bezet gebied, ontwikkelen oorlogstechnologieën en propaganda om hun flagrante schendingen van het internationaal recht mee te legitimeren, en onderwerpen Palestijnen aan apartheid en discriminatie. Het imago dat de Israëlische universiteiten ophangen aan de buitenwereld staat dus in schril contrast met de werkelijkheid.

De Belgische Universiteiten van Gent, Antwerpen, Leuven, Brussel, Hasselt, Mons, Louvain-La-Neuve en Luik hebben met de hiervoor genoemde universiteiten verschillende lopende samenwerkingen, die te raadplegen zijn op academiccomplicity.be. Niet al deze samenwerkingen staan rechtstreeks ten dienste van het leger, maar zij financieren en legitimeren wel academische instellingen die onlosmakelijk verbonden zijn met het zionistisch project. Dit staaft de nood aan een volledige academisch boycot van Israël.

HET NUT VAN EEN ACADEMISCHE BOYCOT

De diepe verwevenheid van de Israëlische universitaire instituten met het zionistisch project en alle misdaden die daaruit voortvloeien, wijzen ons op de morele en juridische noodzaak van een academische boycot. Echter, naast het antwoord op de vraag ‘Is een academische boycot nodig?’, is ook het antwoord op de vraag ‘Is een academische boycot nuttig?’ interessant.

In een context waarin geopolitieke belangen de handhaving van het internationaal recht verlammen, groeide de BDS-beweging (Boycot, Desinvesteringen en Sancties) uit tot een alternatief drukkingsmiddel. Deze wereldwijde, door Palestijnen geleide campagne werd in 2005 gelanceerd. Ze roept op tot druk op Israël om de rechten van Palestijnen te waarborgen door middel van economische, culturele en academische boycots. Een bewijs dat deze strategie het symbolische kan overstijgen, is de anti-apartheidsbeweging waarbij Zuid-Afrikaanse producten geboycot werden, wat doorslaggevend bleek voor de uiteindelijke afschaffing van het apartheidsregime. De gelijkenis tussen het koloniaal project Israël en de witte Zuid-Afrikaanse onderdrukking was de directe aanleiding van de oprichting van de BDS-beweging. Na bijna 20 jaar BDS-beweging staan er in Israël strenge juridische straffen op eenieder die deze beweging steunt, censuur die je niet tegen een louter symbolische maatregel voert.

In Israël staan strenge juridische straffen op eenieder die de BDS-beweging steunt.

Een effectieve boycot moet raken waar het pijn doet. Ze verschilt van doelwit tot doelwit. Een academische boycot is dus een uiterst doeltreffend drukkingsmiddel tegen Israël, dat zich profileert als centrum van kennis. De economie van de zionistische staat is een kenniseconomie, en een academische boycot is bijgevolg onmiddellijk een economische boycot.

Israël staat wereldwijd bekend als ‘start-up nation’ en wordt gezien als een centrum voor geavanceerde technologie. De tech-industrie omvat 18% van het bruto binnenlands product en zorgt voor een derde van alle belastinginkomsten van Israël. Het belang van Israëlische universiteiten voor deze industrie blijkt uit de nauwe verwevenheid tussen bedrijven en universiteiten. Waar een boycot op landbouwproducten in de landbouweconomie van het Zuid-Afrikaans apartheidsregime effectief was, is de meest effectieve economische maatregel in de huidige context een stopzetting van kennisuitwisseling met Israël. Naast een economische impact betekent de integratie van de Israëlische technologiesector in de huidige oorlogseconomie dat een academische boycot ook de brede oorlogsmachine treft. De strijd om een wapenembargo – essentieel in het tegenhouden van een genocide – en een academische boycot gaan dus hand in hand.

Ook de culturele gevoeligheid van het Israëlische volk voor een academische boycot valt niet te onderschatten. Tegen de wil van vele joden wereldwijd probeert het zionisme de joodse identiteit te claimen als de hare, om elke kritiek op het zionisme weg te zetten als antisemitisme. Die doelbewuste, vermenging van joden en zionisten wordt doorgezet in de academische cultuur. De nog geen honderd jaar oude zionistische staat claimt de vierduizend jaar oude joodse intellectuele traditie. Die traditie heeft haar wortels in de studie van religieuze teksten, waaronder de Talmoed. De rigoureuze analytische methoden en debatten in die tekst bevorderden een rijke traditie van kritisch denken en redeneren die een vruchtbare bodem bleek voor talrijke bijdragen aan religieuze studies, filosofie, wetenschap en de kunsten. Vanaf de oudheid, doorheen de middeleeuwen, tot in het heden hebben joodse denkers monumentale bijdragen geleverd aan het wereldwijde intellectuele leven. Zo vertegenwoordigen joden, die minder dan 0,2% van de wereldbevolking uitmaken, 22% van de Nobelprijswinnaars. Ondanks dat velen van die intellectuele grootheden afstand namen van de brutaliteiten van het zionistisch project, worden ze er vol trots door geclaimd. Het isoleren van de Israëlische universiteiten zou dus aan de Israëlische identiteit en hun zorgvuldig opgebouwde imago raken. Samen met de economische impact maakt de culturele gevoeligheid een academische boycot tot een uiterst doeltreffende maatregel, die het symbolische overstijgt.

Samen met de economische impact maakt de culturele gevoeligheid een academische boycot tot een uiterst doeltreffende maatregel, die het symbolische overstijgt.

Tijdens een live uitgezonden genocide zou de rol van de internationale gemeenschap en de academische wereld heel duidelijk moeten zijn. Des te meer omdat mensenrechtencommissies keer op keer tot de conclusie komen dat de banden met Israëlische universiteiten in strijd zijn met hun mensenrechtenbeleid. Dat rectoren zich boven deze eenduidige adviezen plaatsen, verraadt de economische en politieke prioriteiten van de universiteitsbesturen boven hun ethische waarden. Wat blijkt, de strijd wordt niet gevoerd tussen Israël en de internationale gemeenschap, maar eerder binnen de internationale gemeenschap om te durven ingaan tegen Israël. Wereldwijd voeren studenten, medewerkers en vakbonden deze strijd. Vanuit de onderbuik van de universitaire gemeenschap roepen zij hun bestuur ter verantwoording voor de medeplichtigheid aan de dagelijkse gruwel. In een tijd waarin de managers die vandaag aan het hoofd van universiteiten staan maatschappelijke impact al te vaak verwarren met lucratieve partnerships met de privésector, kan een academische boycot het politieke gewicht van een universiteit net bevestigen.

In België bleek voornamelijk het protest aan de UGent succesvol. Maandenlange acties van studenten en personeel culmineerden in een 40 dagen lange bezetting van het UFO, herdoopt tot het Refaat Alareer gebouw. Die druk dwong rector Rik Van de Walle om de banden met Israëlische universiteiten te doorbreken. Dit besluit van de UGent haalde de pers in Israël en na enkele dagen ontstond een tegenoffensief. Tamir Sheafer, rector van de Hebrew University, stuurde een persoonlijke brief en een diplomatieke delegatie naar Gent. Dit toont aan dat academische banden verbreken doeltreffend is. De grootste schrik is echter dat er een domino-effect zou ontstaan dat leidt tot een globale academische boycot. De UGent heeft dit namelijk bepleit bij de Vlaamse Interuniversitaire Raad (VLIR) en de European Research Council (ERC). Vooral het missen van de prestigieuze ERC-grants zou een streep door de Israëlische rekening zijn. Maar naast een economische zware klap, bedreigt dit ook hun culturele betrokkenheid in het Europese project. Voorlopig weigeren de Vlaamse en Europese instellingen echter hun verantwoordelijkheid te nemen, zogezegd omdat het bureaucratisch onmogelijk is. Aangezien een week na de inval in Oekraïne de academische banden met Rusland al verbroken waren, zou het waarheidsgetrouwer zijn om te zeggen dat ze niet durven, eerder dan niet kunnen. Het contrast met de Russische boycot illustreert nogmaals hoe geopolitieke belangen prioriteit krijgen over mensenrechten en onthult de Europese hypocrisie als om ethische kwesties draait. Vandaar het belang om politieke druk te blijven zetten binnen de internationale gemeenschap om een einde te maken aan de genocide.

Voorlopig weigeren de Vlaamse en Europese instellingen echter hun verantwoordelijkheid te nemen, zogezegd omdat het bureaucratisch onmogelijk is.

Een academische boycot van de Israëlische universiteiten is dus niet enkel noodzakelijk omwille van morele, ethische en juridische redenen, maar ook nuttig. Het raakt Israël waar het pijn doet, zowel economisch als cultureel. Dat wordt geïllustreerd door de krampachtige reactie van de ex-partners van de UGent. Maar de gevolgen van het verbreken van een aantal banden kunnen ook niet worden overschat. De boycot moet grootschalig zijn, niet enkel vanuit Gent, maar ook vanuit België en de Europese lidstaten. Enkel op die manier kan de externe druk op Israël worden opgevoerd, wat ook de kritische stemmen intern versterkt.

De volgende brief van een Israëlische academicus, die uit angst voor represailles liever anoniem wenst te blijven, bereikte ons na de UGent boycot en vat het beter samen dan wij ooit zouden kunnen:

‘… As in most countries, universities differ. Tel-Aviv University and Haifa University are the most liberal, the rest far less so. The same goes for most of the staff, but today all but a very few are scared to express their opinion as they are immediately accused of undermining the war effort, or at least the national moral, if not outright traitors. Consequently, even those academics who are opposed to the government's policy are extremely careful in what they say/write, especially as there just this week a law has been put before Israel's parliament (the Knesset) that academic institutions that do not ‘carry the patriotic line’ will be liable to financial cutbacks.

Under the current government, which has a firm majority in parliament with no chance whatever of any internal dissent, the only thing that might change its policy is outside pressure, such as the step your university has taken. Already Israeli academics are getting increasingly frightened on being boycotted by academic journals, conferences, and joint research projects. As of today, however, in spite of the relatively wide press coverage the topic has received, government has ignored it, hoping instead to lure back Israeli scholars from abroad - and this in spite of Israel's great sensitivity to world opinion.

It is because of this last point that the step Ghent University took is important. The more such steps will be taken by more academic institutions it is likely that internal pressures will also increase, and although it is unlikely that they will change much in government policy as it now stands, it seems to be the only thing can be done …’

Samenleving & Politiek, Jaargang 31, 2024, nr. 9 (november), pagina 17 tot 22

WIE STOPT ISRAEL?

Mijn strijd voor Gaza
Caroline Gennez
EU en Israël-Palestina: institutionele hypochrisie
Jan Orbie en Hayat Kassioui
Banden met een bloedbad: noodzaak en nut van een academische boycot
Raoul Rombouts en Leon Adriaensen
Belgische wapenhandel blijft Palestijnse slachtoffers maken
Hans Lammerant
Vergeet de tweestatenoplossing voorlopig maar
Erwin Van Veen

Abonneer je op Samenleving & Politiek

abo
 

SAMPOL ONLINE

40€/jaar

  • Je leest het magazine online
  • Je hebt toegang tot het enorme archief
MEEST GEKOZEN

SAMPOL COMPLEET

50€/jaar

  • Je ontvangt het magazine in de bus
  • Je leest het magazine online
  • Je hebt toegang tot het enorme archief
 

SAMPOL STEUN

100€/jaar

  • Je ontvangt het magazine in de bus
  • Je leest het magazine online
  • Je hebt toegang tot het enorme archief
  • Je krijgt een SamPol draagtas*
 

SAMPOL SPONSOR

500€/jaar

  • Je ontvangt het magazine in de bus
  • Je leest het magazine online
  • Je hebt toegang tot het enorme archief
  • Je krijgt een SamPol draagtas*

Het magazine verschijnt 10 keer per jaar; niet in juli en augustus.
Proefnummer? Factuur? Contacteer ons via info@sampol.be of op 09 267 35 31.
Het abonnementsgeld gaat jaarlijks automatisch van je rekening. Het abonnement kan je op elk moment opzeggen. Lees de Algemene voorwaarden.

Je betaalt liever via overschrijving?

Abonneren kan ook uit het buitenland.

*Ontdek onze SamPol draagtas.