We komen heus niet terug getuimeld in de feodale middeleeuwen, en Elon Musk is geen Jakob Fugger.
Jakob Fugger de Rijke. Portret door Albrecht Dürer (ca. 1519)
Tuimelen we met zijn allen terug in de geschiedenis, naar een periode waarin de wereld armer en onrechtvaardiger was? Wie de titels van recente boeken in de sociologie bekijkt, krijgt in ieder geval wel die indruk. Ze beschrijven hedendaagse ontwikkelingen als 'oligarchisch' (Formisano) of 'plutocratisch' (Freeland): termen die meteen het beeld oproepen van Griekse stadsstaten met een klein aantal aristocraten en veel slaven. Anderen bestempelen het 21e eeuws kapitalisme als 'patrimoniaal' (Piketty) of zelfs 'neo-feodaal' (Kotkin), en roepen daarmee het beeld op van middeleeuwse adellijke heren en hun onvrije boeren, of van 19e eeuwse grootfinanciers en industriëlen ten tijde van Daens bekostigden.
Enig alarmisme is aan dat teruggrijpen naar samenlevingsvormen uit het verleden natuurlijk niet vreemd. Het wil ons vooral inlepelen dat we niet voor eeuwig verlost zijn van sociale onrechten uit het verleden. Dat we allemaal de erfenis van een sociaal ongelijk verleden met ons meedragen, speelde de laatste jaren natuurlijk ook een belangrijke rol in debatten over dekolonisatie en racisme. Het steeds grotere gewicht dat aan het verleden toegeschreven wordt, staat in contrast met de manier waarop sociale wetenschappers in de naoorlogse periode naar de samenleving keken. Optimisme over de bijna onvermijdelijke vooruitgang naar een meer vrije, meer welvarende, en meer rechtvaardige samenleving was toen gemeen goed. Dat we sinds kort angstig achterom kijken naar een feodaal en oligarchisch verleden dat ons dreigt in te halen, heeft volgens de Britse socioloog Mike Savage te maken met het ongelijkheidsparadigma dat sinds 2011 door Joseph Stiglitz en Thomas Piketty geïntroduceerd werd.
Tot voor kort domineerde de opvatting dat meer groei zou leiden tot minder ongelijkheid.
Tot voor kort domineerde de opvatting dat meer groei – desnoods ten lange leste – zou leiden tot minder ongelijkheid, en tot een steeds mobielere samenleving waarin uiteindelijk slechts verdienste en talent ieders positie zou bepalen. Vandaag is het toekomstbeeld stukken somberder geworden. Piketty meende een historische wetmatigheid te kunnen herkennen die voorspelde dat in normale omstandigheden de ongelijkheid onvermijdelijk zou stijgen omdat inkomsten uit vermogen sneller groeien dan de rest van de economie. Bovendien argumenteerde Piketty op basis van uitgebreid onderzoek naar het bezit van de top 1% dat niet enkel talent en verdienste maar ook erfenissen een belangrijke rol spelen in het bepalen van sociale posities. De 20e eeuwse geschiedenis van gelijkheid en sociale mobiliteit werd zo gereduceerd tot een uitzonderlijke maar korte fase in de geschiedenis van de mensheid, in plaats van de onvermijdelijke eindbestemming van moderne samenlevingen.
Het recente pessimisme neemt soms extreme vormen aan, waarbij ongelijkheid bijna onvermijdelijk wordt, of het medicijn zelfs erger dan de ziekte. Ongelijkheid hoort nu eenmaal bij elke beschaving van enige omvang, zo gaat de redenering dan, en daar valt weinig of niets aan te veranderen. Tegen de wetten van de natuur kan je niet strijden. Het idee van een wiskundige wetmatigheid die ongelijkheid voorspelt is niet nieuw. Ze werd in 1896 voor het eerst helder beschreven door de Italiaanse econoom Vilfredo Pareto. Op basis van enkele schaarse metingen van ongelijkheid doorheen de wereld – uit Italië, Duitsland, Engeland, Peru ten tijde van de Inca's en Cherokee stammen – deed Pareto een opmerkelijke vaststelling: doorheen de geschiedenis manifesteerde zich telkens opnieuw een hoge mate van ongelijkheid. Die ongelijkheid viel zelfs goed in een eenvoudige wiskundige verhouding te vatten: 80% van het vermogen is steeds in handen van 20% van de mensen. Die constante was geen toeval volgens Pareto, maar het gevolg van de manier waarop eigenschappen zoals wilskracht verdeeld waren in de menselijke natuur. Bij Pareto was er geen ruimte voor vooruitgang, democratie of gelijkheid: de meeste mensen waren gedoemd om in armoede of onzekerheid te leven, terwijl een beperkte elite altijd regeert. Zich daartegen verzetten, zou tegen de menselijke natuur ingaan zijn. Een zinloze onderneming.
Pareto's theorie werd later gretig opgepikt door het Italiaanse fascisme. Niet alleen argumenteerde hij immers dat het nastreven van gelijkheid onnatuurlijk en zinloos was, maar ook dat het inperken van ambitieuze elites onwenselijk was omdat zij het waren die voor economische groei zorgden. Benito Mussolini had als student aan de Universiteit van Lausanne les gevolgd bij Pareto en zou in Pareto's ideeën mathematische rechtvaardiging vinden voor het totalitarisme dat hij later installeerde.
Schimmen van de ongelijkheidswet van Vilfredo Pareto doemen regelmatig op.
De wetmatigheid van Pareto is reeds lang naar de vergeetput van de pseudowetenschap verwezen. Maar schimmen van zijn ongelijkheidswet doemen regelmatig op. In theorieën over ongelijkheid van neoklassieke economen zoals ze sinds het einde van de 19e eeuw ontstaan zijn, vinden we eveneens natuurwetten terug die argumenteren dat ongelijkheid rechtstreeks het gevolg is van de productiviteit die iedere productiefactor bedraagt aan het productieproces. Ongelijkheid wordt zo niet enkel een onvermijdelijk gevolg van het economisch proces, maar ook een directe reflectie van talent, vaardigheden of menselijk kapitaal. Ook in Piketty's wetmatigheid – dat ongelijkheid altijd zal stijgen tenzij er ingegrepen wordt – wordt ongelijkheid een natuurlijk en quasi onvermijdelijk fenomeen.
Maar het gewicht van het verleden hoeft ons niet te bezwaren. We komen heus niet terug getuimeld in de feodale middeleeuwen, en Elon Musk is geen Jakob Fugger. De geschiedenis is complexer dan dat. Aandachtig zijn voor de lange schaduw van het verleden hoeft nog niet te leiden tot fatalisme. Daarvoor laat de geschiedenis, zowel de hele oude als de meest recente, te veel verscheidenheid zien, zoals David Graeber en David Wengrow in hun laatste boek demonstreerden. Ongelijkheid is geen natuurwet of wiskundige constante, ook vandaag niet.
Abonneer je op Samenleving & Politiek
Het magazine verschijnt 10 keer per jaar; niet in juli en augustus.
Proefnummer? Factuur? Contacteer ons via
info@sampol.be
of op 09 267 35 31.
Het abonnementsgeld gaat jaarlijks automatisch van je rekening. Het abonnement kan je op elk moment opzeggen. Lees de
Algemene voorwaarden.
Je betaalt liever via overschrijving?
Abonneren kan ook uit het buitenland.
*Ontdek onze SamPol draagtas.