Het volkspopulisme op rechts werd op links gepareerd met het burgerpopulisme, maar dat is een even kaduuk en uitgewoond verhaal.
Onze democratie is een soms ongemakkelijk samengaan van legaliteit en legitimiteit-door-volkssoevereiniteit. Alle macht gaat uit van het volk: het kiest autonoom haar afgevaardigden, die zo meteen ook gemachtigd zijn om bindende beslissingen te nemen. De volksvertegenwoordiging dient zich wel te houden aan de principes van de rechtsstaat. Elk parlement opereert binnen de grenzen van de grondwet: zij beschermt tegen een al te opdringerige overheid of een tirannieke meerderheid. De regelgevende assemblee is bovendien gebonden aan the rule of law: politieke beslissingen moeten in positief recht uitmonden. Dat geeft burgers de mogelijkheid om diezelfde decisies juridisch te betwisten.
Tot zover het officiële verhaal, dat Chantal Mouffe van de treffende titel de 'democratische paradox' voorzag. De werkelijkheid ziet er een beetje, tot zeer, anders uit. De parlementaire democratie vervelde tot een particratie en de uitvoerende macht overvleugelde de wetgevende macht binnen de krijtlijnen van een door partijleiders bedisseld regeerakkoord. Populistische partijen die naar eigen zeggen de macht van het volk willen herstellen, doen het niet anders: het zijn top-down geregisseerde leiderspartijen. Onder beroep op de volkssoevereiniteit knabbelen ze wel aan de legaliteit. In Hongarije en Polen, waar populisten de lakens uitdelen, gebeurt dat uithollen van de rechtsstaat sans gêne.
De slechte staat van de reële democratische staat legitimeert mee de pleidooien voor burgerdemocratie. Dan gaat het over uitgelote burgers die argumenteren en decideren. De deliberatieve uitkomsten zijn doorgaans niet bindend: de burgerdemocratie is in de regel een participatieve of adviserende democratie. Je mag je zegje je doen, je wordt gehoord – en vervolgens wordt er veel, een beetje of bijna niets met je aanbevelingen gedaan. Echte burgerdemocratie zou daarom een nieuw democratisch pact vereisen dat voorziet in een dubbele assemblee, met een burgerraad die evenwaardig is aan een gekozen parlement (ik parafraseer de titel van het manifest van filosoof Eric Clémens, Pour un pacte démocratique. L'enjeu d'une double Assemblée).
Echte burgerdemocratie zou een nieuw democratisch pact vereisen dat voorziet in een dubbele assemblee, met een burgerraad die evenwaardig is aan een gekozen parlement.
Onder progressieven raakte het inroepen van de burger en burgerschap ondertussen stevig, welja, ingeburgerd. Het volkspopulisme op rechts werd op links gepareerd met het burgerpopulisme. Dat is een overdrijving, jawel, maar ze attendeert op een forse herinterpretatie van de idee van burgerschap.
Traditioneel zijn volk en burger elk met één pijler van de democratische rechtsstaat verbonden. Het volk verleent legitimiteit via verkiezingen, het recht produceert legaliteit, onder meer via de juridische figuur van de burger. Burgerschap is inderdaad primair een juridische notie, de burger in de eerste plaats een rechtssubject. Die positie houdt vrijheden én verplichtingen in. Je mag zeggen wat je wil, maar je moet ook belastingen betalen. Strikt genomen bestaat burgerschap dus enkel doorheen een geheel van regels: het is een juridische constructie die een individu tot een burger 'verwettelijkt'.
Burgerschap schrijft iemand in binnen een staatsverband. Vanaf een bepaalde leeftijd impliceert het kiesrecht: dat is de relatie met de volksidee. 'De kiezer heeft gesproken', zo luidt het na de stembusgang, waarin overeenkomstig het in wezen mythische verhaal over het volk de volonté de tous changeert in een volonté générale. Hoe de optelsom van de stemmen van individuele burgers transformeert in een volkswil, is een goed bewaard geheim. Of juist niet natuurlijk: met aftrek van alle 'politieke theologie' (Carl Schmitt) gaat het alweer om een procedurele kwestie. De volksidee ent zich op een harde juridische kern van verkiezingsregels, die altijd ook de burgernotie insluiten.
Volksidee en burgerschap kruisen dus elkaar in verkiezingstijden. Tegelijk zijn het gescheiden quasi-realiteiten: het volk fundeert de natie en legitimeert de verkozenen (dat is een metaverhaal), de rechtstaat creëert burgerschap (dat is een juridische constructie met harde effecten). Zo zegt althans de traditionele interpretatie. Het discours over burgerdemocratie gaat daar behoorlijk tegenin. Daarbinnen is de burger niet langer een formele positie die een individu mag bezetten volgens vastgelegde regels en verwachtingen. Dat individu zélf, met eigen opinies en desiderata, is de burger. En een vergadering van zeg maar burgerlijke individuen kan in principe, net als de volksvertegenwoordiging, bindend beslissen mét legitimiteit.
Het opgerekte burgerbegrip komt met een proviso: de vergaderende burger gedraagt zich rationeel.
Het opgerekte burgerbegrip komt met twee proviso's. Eén: de vergaderende burger gedraagt zich rationeel. Die is een individu dat argumenteert en zich door goede redenen laat overtuigen, wat een behoorlijke portie emotionele zelfdwang vereist. Of nog: wég politieke passies. Twee: representatie is niet langer een zaak van verkiezing door het volk, wel van een enigszins correcte weerspiegeling van een bevolking. De legitimiteit van een burgerparlement ligt inderdaad in haar representativiteit, in de statistische betekenis. Dat komt neer op een verschuiving van een politieke naar een epistemologische notie van vertegenwoordiging, zo benadrukt onder meer ook Mark Elchardus terecht. Die permutatie is niet niks, integendeel.
Burgerdemocratie, dat zijn niet de burgers maar de bevolking die haar vertegenwoordigers aanduidt. Deze nogal onwaarschijnlijke fictie gaat hand in hand met het verletteren van het burgerbegrip: dat wordt voor het volle pond geïndividualiseerd en op reële mensen betrokken, los van juridische regels. Mij lijken die moves bijwijlen even kaduuk als het uitgewoonde metaverhaal over volkssoevereiniteit.
Abonneer je op Samenleving & Politiek
Het magazine verschijnt 10 keer per jaar; niet in juli en augustus.
Proefnummer? Factuur? Contacteer ons via
info@sampol.be
of op 09 267 35 31.
Het abonnementsgeld gaat jaarlijks automatisch van je rekening. Het abonnement kan je op elk moment opzeggen. Lees de
Algemene voorwaarden.
Je betaalt liever via overschrijving?
Abonneren kan ook uit het buitenland.
*Ontdek onze SamPol draagtas.