De opkomstplicht is de garantie voor een hogere opkomst én voor een gelijke(re) opkomst.
Op 14 juli 2021 keurde het Vlaams Parlement het ‘Ontwerp van decreet tot wijziging van diverse decreten, wat betreft versterking van de lokale democratie’ goed, met de afschaffing van de opkomstplicht bij de lokale verkiezingen als de meest ingrijpende bepaling. Vanaf oktober 2024 moeten Vlamingen niet meer verplicht naar de stembus bij lokale verkiezingen.
De potentiële impact van deze hervorming is groot. Daarom vragen wij 5 minuten politiek moed om deze wijziging ongedaan te maken. Twee redenen onderbouwen onze vraag.
1. DE GARANTIE VOOR EEN HOGERE OPKOMST
De opkomstplicht is eenvoudigweg de beste garantie op een hoge opkomst bij verkiezingen. Tot dusver schommelde het aandeel afwezigen bij de Belgische gemeenteraads- en parlementsverkiezingen (Kamer van Volksvertegenwoordigers) rond de 10%. FIGUUR 1 toont dat dit aandeel systematisch net iets lager was bij de gemeenteraadsverkiezingen. De nabijheid van en bekendheid met het lokaal bestuur maakt dat burgers meer geneigd zijn om naar het stemhokje te gaan bij de gemeenteraadsverkiezingen. Ook de inzet van de gemeenteraadsverkiezingen wordt vaak hoger ingeschat: de kiezer heeft meer grip op de selectie van de individuele raadsleden en op de samenstelling van het college van burgemeester en schepenen.
Na een halve eeuw stemmen zonder opkomstplicht trekt vandaag minder dan de helft van de Nederlandse kiezers naar de lokale stembus.
De afschaffing van de opkomstplicht zal grote gevolgen hebben voor de opkomst. Dat leren we van Nederland, waar de opkomstplicht in 1970 is afgeschaft. Meteen na de opheffing van deze plicht verviervoudigde het aandeel afwezigen bij de parlementsverkiezingen (Tweede Kamer) en verdrievoudigde dit bij de gemeenteraadsverkiezingen (let wel, in Nederland wordt traditioneel meer gestemd voor het parlement dan voor de gemeenteraad). Na een halve eeuw stemmen zonder opkomstplicht trekt vandaag minder dan de helft van de Nederlandse kiezers naar de stembus voor de samenstellingen van hun gemeenteraden, zo leert FIGUUR 1. Er zijn geen redenen om aan te nemen dat de opkomsttrend bij de gemeenteraadsverkiezingen in Vlaanderen een fundamenteel ander verloop zal kennen dan bij onze noorderburen. Het gegeven dat een substantieel aandeel van de bevolking neigt naar ‘exit’ bij de gemeenteraadsverkiezingen doet deze afglijden naar de status van tweederangsverkiezingen waardoor hoe dan ook de legitimiteit van het lokaal politiek systeem ondermijnd wordt. In die zin vertoont de ‘versterking van de lokale democratie’ in de aanhef van het betrokken decreet verdacht veel gelijkenis met Orwelliaanse ‘newspeak’.
2. DE GARANTIE VOOR EEN GELIJKE(RE) OPKOMST
Zonder opkomstplicht daalt niet alleen de globale participatie, maar zal ze ook meer ongelijk verlopen. In diverse studies naar het opkomstgedrag bij Nederlandse verkiezingen, uitgevoerd tussen 1974 en 2018, springen twee socio-demografische achtergrondkenmerken in het oog: leeftijd en onderwijsniveau.
Jonge kiezers blijven meer thuis dan oudere leeftijdsgroepen. Electorale participatie groeit nu eenmaal met de opgebouwde politieke kennis en met de mate waarin mensen een vaste stek vinden op de arbeidsmarkt. Drie van deze studies geven ook aan dat de oudste kiezers verhoudingsgewijze meer afhaken. Vaak hangt dit samen met het vertrek uit de arbeidsmarkt gevolgd door toenemende gevoelens van maatschappelijk isolement. Beleidsmatig is dit een uitermate belangrijke vaststelling. Zowel de jongsten als de oudsten doen immers sterk beroep op collectieve voorzieningen. Denk maar aan het belang van onderwijs bij de jongsten, maar ook brede sociale voorzieningen en steun bij de oudsten. Als net deze groepen electoraal minder zullen participeren, rijst de vraag naar de impact hiervan op de beleidsaandacht ten aanzien van hun noden.
In Nederland bleef de opkomst systematisch hoger bij langgeschoolden dan bij kortgeschoolden.
Daarnaast bleef in Nederland de opkomst systematisch hoger bij langgeschoolden dan bij kortgeschoolden. Wie langer genoot van het onderwijs, bouwde niet alleen meer politieke kennis en vaardigheden op, maar beschikt in regel ook over een hoger inkomen en dus hogere maatschappelijke status. De opkomstplicht afschaffen, versterkt dus de diplomacratie. Wie de politieke kanalen minder kent en bevaart, wie maatschappelijk minder sterk in de schoenen staat, participeert ook electoraal minder en maakt op die manier veel minder kans om in het blikveld van beleidsvoerders te lopen.
Voorstanders zijn ervan overtuigd dat de afschaffing van de opkomstplicht politici extra stimuleert om naar de bezorgdheden van kiezers te luisteren en hen te motiveren om te gaan stemmen. Onderzoek toont echter aan dat alternatieve maatregelen om burgers warm te maken om te gaan stemmen, zelden of nooit even effectief zijn als de opkomstplicht. Heel lang geleden verwoordde Bertold Brecht het in de Dreigroschenoper met: ‘Denn die einen sind im Dunkeln Und die anderen sind im Licht. Und man sieht nur die im Lichte. Die im Dunkeln sieht man nicht.’ Politici zijn rationele wezens, waarom zouden ze investeren in maatschappelijke categorieën zonder electorale ‘return on investment’?
TOT SLOT
Electorale participatie hangt uiteraard niet enkel samen met bovenstaande socio-demografische kenmerken. Ook allerhande politieke houdingen en gevoelens bepalen mee de kans om op te duiken in de stemhokjes. Wie weinig vertrouwen stelt in politiek, leeft met het aanvoelen dat het politiek systeem minder begaan is met hun lot of ronduit negatieve gevoelens koestert tegenover het politieke spel, blijft vaker thuis. Dit hangt deels samen met (opnieuw) het onderwijsniveau, maar niet volledig. Misschien is hun stemgedrag vandaag onwelriekend, het heeft minimaal de verdienste maatschappelijke koortsopstoten zichtbaar te maken.
Met hen door de opheffing van de opkomstplicht weg te houden uit de stemhokjes, verzwakken misschien die signalen in de verkiezingsstatistieken en krijgen lokale bestuurders ogenschijnlijk meer politieke rust. Maar ‘Die in Dunkeln’ verdwijnen hiermee niet uit de samenleving.
Deze bijdrage steunt op: Sofie Hennau & Johan Ackaert (2022), ‘Compulsory Voting and Voter Turnout in the Low Countries. A Research Overview’, in: Politics of the Low Countries 2022 (4) 3, pp. 281-308.
Deze bijdrage verscheen in de Zomerreeks 2023: 5 minuten politieke moed van Samenleving & Politiek.
Abonneer je op Samenleving & Politiek
Het magazine verschijnt 10 keer per jaar; niet in juli en augustus.
Proefnummer? Factuur? Contacteer ons via
info@sampol.be
of op 09 267 35 31.
Het abonnementsgeld gaat jaarlijks automatisch van je rekening. Het abonnement kan je op elk moment opzeggen. Lees de
Algemene voorwaarden.
Je betaalt liever via overschrijving?
Abonneren kan ook uit het buitenland.
*Ontdek onze SamPol draagtas.