Abonneer Log in

Laten we eerlijk zijn

Samenleving & Politiek, Jaargang 31, 2024, nr. 9 (november), pagina 80 tot 82

Er is een revolutie nodig om klimaatverandering en ongelijkheid te bestrijden, stelt Anuna De Wever. En dat is geen aangename boodschap.

Laten we eerlijk zijn

Anuna De Wever
epo, Berchem, 2024

In 2018 ging de 15-jarige Greta Thunberg in schoolstaking om aandacht te vragen voor de klimaatverandering. Ze beloofde elke vrijdag post te vatten voor het Zweeds parlement tot het klimaatakkoord van Parijs uit 2015 nageleefd zou worden. Thunbergs koppige engagement vond veel weerklank in de media en inspireerde jongeren over de hele wereld tot actie. Het zag er toen naar uit dat de klimaatcrisis – eindelijk – een prominente plaats zou krijgen op de publieke en politieke agenda. In Vlaanderen werd Anuna De Wever Van Der Heyden, samen met haar vriendin Kyra Gantois, het gezicht van de scholierenacties. Daarmee begon voor haar een intensieve carrière als activiste, maar ook een snelle radicalisering, die ze zelf liever ‘volwassen worden’ noemt.

In haar boek Laten we eerlijk zijn blikt ze terug op de voorbije jaren en op de evolutie in haar denken. Haar plotse intrede op het publieke forum werd gekenmerkt door stunteligheid en naïviteit, ten opzichte van de media maar ook ten opzichte van politiek en bedrijfswereld. Ze ging er toen nog van uit dat het gebrek aan aandacht voor de klimaatverandering veroorzaakt werd door een gebrek aan informatie, en geloofde oprecht dat iedereen het goed meende en echt wel wilde meewerken aan het afwenden van de dreigende rampen. Al na een paar maanden, toen het debat over een klimaatwet op tafel kwam en het over concrete maatregelen ging, werd ze wakker uit die droom. Economische en partijpolitieke belangen bleken te primeren, en de brede steun voor de klimaatjongeren bleek vooral uit holle woorden te bestaan. Ook bleef de voorspelde groene golf bij de verkiezingen van 2019 uit.

De Wever moest het wereldbeeld van waaruit ze haar acties begonnen was, en dat ze achteraf bekeken ‘schadelijk simplistisch’ noemt, fors bijstellen.

Het klimaatdebat raakte gepolariseerd en werd naar het niveau van het individuele gedrag geduwd. Het ging over zaken zoals vlees eten, vliegen en bedrijfswagens, en in debatten moest De Wever Van Der Heyden zich steeds vaker verantwoorden voor haar eigen levensstijl. Ze zag toen ook een cultuuroorlog ontstaan: elk voorstel van links werd door rechts geframed als een aanval op ‘onze manier van leven’. De Wever Van Der Heyden moest het wereldbeeld van waaruit ze haar acties begonnen was, en dat ze achteraf bekeken ‘schadelijk simplistisch’ noemt, fors bijstellen. Niet alleen is lang niet iedereen een bondgenoot in de klimaatstrijd, maar de klimaatcrisis is ook geen op zichzelf staand probleem dat door louter klimaatbeleid kan worden opgelost. Ze werd actief in de beweging voor regularisatie van ‘niet erkende burgers’ en was er hoe langer hoe meer van overtuigd dat niet alleen klimaatcrisis en vluchtelingencrisis innig met elkaar verbonden zijn, maar dat er ook een sterke samenhang is met het economisch systeem, het patriarchaat, het imperialisme, de geopolitieke structuren, enzovoort.

Het kapitalistische Westen draagt een verpletterende verantwoordelijkheid voor ongelijkheid, armoede en vervuiling over de hele wereld. In de koloniale periode werden massaal rijkdommen weggehaald uit het Zuiden, en ook daarna werd de uitbuiting verdergezet door oneerlijke handelsrelaties en gedwongen privatisering en deregulering. “Europa exporteert de crisissen die het zelf veroorzaakt (…) maar vervolgens doen we wel alsof de rest van de wereld in chaos leeft en wij te hulp schieten”, schrijft De Wever Van Der Heyden, en ze relativeert hier meteen ook haar eigen rol. Waar ze enkele jaren geleden nog dacht dat ze bij wijze van spreken ‘de wereld kon redden’, ziet ze nu in dat ze hoogstens een puzzelstukje kan zijn in het hele verhaal. Verandering zal komen van degenen die de onrechtvaardigheid aan de lijve ondervinden, niet van westerlingen met missionarisdrang. Als we niet afstappen van onze vooroordelen en ons eurocentrisch perspectief, zullen we nooit een echte alliantie kunnen vormen met de inheemse volkeren en zullen de slachtoffers van het systeem ons niet als bondgenoten beschouwen.

De Wever werpt de vraag op of er wel echte vooruitgang mogelijk is binnen het bestaande economische systeem, en beantwoordt die meteen ontkennend.

Ze werpt ook de vraag op of er wel echte vooruitgang mogelijk is binnen het bestaande economische systeem, en beantwoordt die meteen ontkennend. Ondanks het feit dat volgens opiniepeilingen de meeste mensen achter de klimaatambities staan, gebeurt er veel te weinig op beleidsvlak. Integendeel: er wordt nog steeds fors geïnvesteerd in zaken zoals fossiele energie en verbrandingsmotoren, wat erop wijst dat de grote economische actoren er vertrouwen in hebben dat er de komende decennia geen drastische klimaatbeleid komt. De economie bepaalt wat de politiek beslist, progressieve partijen kunnen hoogstens proberen om wat scherpe randjes af te ronden. Dat hoeft niet eens te wijten te zijn aan slechte wil: politici kunnen gewoon niet op tegen de machtige lobbygroepen, en de bewegingsruimte van nationale regeringen is ook sterk ingeperkt door onder meer de regels van Europa en multilaterale instituties.

De Wever Van Der Heyden gelooft niet dat het mogelijk is om klimaatverandering en ongelijkheid te bestrijden zonder het systeem fundamenteel te veranderen. Hiervoor is een revolutie nodig. Dat is geen aangename boodschap, want rechts is er volgens De Wever Van Der Heyden in geslaagd om mensen in het Globale Noorden te doen geloven dat ze veel te verliezen hebben bij een beter klimaatbeleid, bij eerlijke handel, bij een gulle sociale zekerheid, bij een volgehouden strijd tegen seksisme en racisme, en bij een humaan migratiebeleid. En zo sluit De Wever Van Der Heyden haar boek af op een radicale en weinig hoopgevende toon. Maar wel eerlijk, zoals de titel al liet vermoeden en zoals ze ook beloofde bij het begin van haar verhaal.

Het doet wat vreemd aan, een drieëntwintigjarige die terugkijkt op haar nog prille volwassen leven en radicaal afstand neemt van hoe ze amper vijf jaar geleden naar de wereld keek. Haar inzet als activiste is zonder meer indrukwekkend. De kritische manier waarop ze naar zichzelf kijkt en erover schrijft, verdient bewondering. De vaststelling dat allerlei maatschappelijke problemen sterk met elkaar verweven zijn en hun oorsprong vinden in het economisch systeem kan moeilijk worden weerlegd, en hetzelfde kan worden gezegd over de observatie dat positieve veranderingen binnen dit systeem moeizaam en tergend traag of zelfs helemaal niet gebeuren. Haar desillusie en kwaadheid hierover zijn heel begrijpelijk.

Over hoe we dan wel van dit systeem af moeten geraken en over wat er dan precies voor in de plaats zou moeten komen, spreekt De Wever zich niet echt uit.

Over hoe we dan wel van dit systeem af moeten geraken en over wat er dan precies voor in de plaats zou moeten komen, spreekt ze zich niet echt uit. Dat kan haar moeilijk worden verweten, maar het laat haar afwijzing van (pogingen tot) progressief beleid binnen de bestaande politieke structuren en het bestaande economisch systeem wel wat hol klinken. Ook gaat ze zo goed als volledig voorbij aan het probleem van het draagvlak voor alternatieven. Een groot deel van de bevolking vindt wellicht dat klimaatverandering moet worden tegengehouden, maar dat betekent niet dat diezelfde mensen ook de maatregelen zullen steunen die hiervoor nodig zijn, laat staan dat ze klaar staan om het kapitalisme af te schaffen. Zonder voldoende draagvlak is om het even welk beleid onmogelijk binnen de krijtlijnen van een democratie. Het ziet er tot nader order dus naar uit dat we het zullen moeten doen met kleine (maar zo groot mogelijke) stapjes binnen het bestaande economische en politieke systeem, niet alleen in de richting van een performanter klimaatbeleid maar ook in de richting van verschuivende machtsverhoudingen en systeemveranderingen. Dat neemt niet weg dat het belang van activisme niet mag worden onderschat. Democratische rechten en sociale voorzieningen zijn er pas gekomen zijn na intensieve, volgehouden en vaak harde acties. Er is geen reden om te denken dat dit in de toekomst anders zal zijn. Gelukkig ziet het er, ondanks alle ontgoochelingen en frustraties, niet naar uit dat De Wever Van Der Heyden er snel mee zal ophouden.

Aan het einde van haar boek schrijft ze: “Als ik nu terugkijk op wie ik was, en het activisme waar ik voor stond, had ik wellicht tegen mezelf gestreden. En misschien zeg ik dat over vijf jaar opnieuw.” Ik kijk uit naar het boek dat ze dan gaat schrijven.

Dirk Van Braeckel

Samenleving & Politiek, Jaargang 31, 2024, nr. 9 (november), pagina 80 tot 82

Abonneer je op Samenleving & Politiek

abo
 

SAMPOL ONLINE

40€/jaar

  • Je leest het magazine online
  • Je hebt toegang tot het enorme archief
MEEST GEKOZEN

SAMPOL COMPLEET

50€/jaar

  • Je ontvangt het magazine in de bus
  • Je leest het magazine online
  • Je hebt toegang tot het enorme archief
 

SAMPOL STEUN

100€/jaar

  • Je ontvangt het magazine in de bus
  • Je leest het magazine online
  • Je hebt toegang tot het enorme archief
  • Je krijgt een SamPol draagtas*
 

SAMPOL SPONSOR

500€/jaar

  • Je ontvangt het magazine in de bus
  • Je leest het magazine online
  • Je hebt toegang tot het enorme archief
  • Je krijgt een SamPol draagtas*

Het magazine verschijnt 10 keer per jaar; niet in juli en augustus.
Proefnummer? Factuur? Contacteer ons via info@sampol.be of op 09 267 35 31.
Het abonnementsgeld gaat jaarlijks automatisch van je rekening. Het abonnement kan je op elk moment opzeggen. Lees de Algemene voorwaarden.

Je betaalt liever via overschrijving?

Abonneren kan ook uit het buitenland.

*Ontdek onze SamPol draagtas.