Morrelen aan het leefloon, zoals de regering-De Wever plant, heeft niks te maken met fundamentele socio-economische hervormingen doorvoeren in tijden van budgettaire krapte. Het gaat er puur om de bijstand te beperken voor wie nu al op de laagste sporten staat van de inkomensladder.

© prosto.be
België heeft zich in het kader van de Agenda 2030 en Europese pijler van sociale rechten geëngageerd om de armoede niet enkel te verminderen, maar zelfs volledig uit te roeien zodat iedereen een menswaardig leven kan leiden. Het leefloon, als onderdeel van maatschappelijke integratie, deelt deze doelstelling van een menswaardig leven.
Dat is rechtse partijen als N-VA en MR een doorn in het oog. Mensen die het hoofd boven water houden met deze ultieme reddingsboei, mensen die dus net naast het vangnet van onze sociale zekerheid grijpen, worden weggezet als profiteurs. Ze ‘genieten’ van budgetten die schaars zijn nu de besparingsdrift regeert. Ook binnen de nieuwe regering-De Wever wordt er zo geredeneerd. Sommigen spreken zelfs van een “congé à vie”. Ze hebben geen schaamte.
Voor we de ingrepen van de regering-De Wever van naderbij bekijken, toch eerst even duiden waar het om gaat.
ONVOLDOENDE VOOR DE ARMOEDERISICODREMPEL
Het leefloon krijg je niet zomaar. Om recht te hebben op een leefloon mag men niet over andere bestaansmiddelen beschikken én moet men werkbereid zijn, tenzij dit onmogelijk is om gezondheids- of billijkheidsredenen. Op zich is dat al een pijnlijke vaststelling: er zijn mensen in onze samenleving die onvoldoende middelen van bestaan hebben. Laat dat even bezinken. Het OCMW gaat dit gebrek aan bestaansmiddelen na met een sociaal onderzoek, inclusief een huisbezoek.
Over naar het budget dan. De rechtse partijen proberen steeds te doen uitschijnen alsof de federale overheid kreunt onder het aantal leefloongerechtigden. De kost van het leefloon voor de federale overheid bedraagt 1,6 miljard euro, ofwel 1,8% van de uitgaven van de federale overheid. Dat is een relatief beperkt bedrag voor de federale overheid, maar maakt het verschil tussen leven en ter nauwer nood overleven voor 166.599 zeer kwetsbare personen ofwel 1,4% van de Belgische bevolking.
Het leefloon is laag. Punt. Het bedraagt per maand 858,97 euro voor samenwonenden.
Het leefloon is laag. Punt. Het bedraagt per maand 858,97 euro voor samenwonenden, 1.288,45 euro voor alleenstaanden en 1.741,29 euro voor een samenwonende met gezinslast. Dat is onvoldoende om de armoederisicodrempel te halen. “Congé à vie”, iemand?
BIJSTANDSUITKERINGEN BEDREIGD
Toch worden de bijstandsuitkeringen beperkt en geplafonneerd.
Een eerste manier is het in acht nemen van meer bestaansmiddelen. De aanvankelijke bedoeling van N-VA en MR was om alle bijstandsuitkeringen te fusioneren in een eenheidsbijstandsuitkering. Daarmee wilden ze vooral de Inkomensgarantie voor Ouderen verlagen naar het niveau van het leefloon. Gelukkig kon Vooruit dit tegenhouden, maar er staat nog wel in het regeerakkoord dat de berekeningsmethoden van de verschillende bijstandsuitkeringen worden geharmoniseerd. Dit ‘harmoniseren van bijstandsuitkeringen’ moet in de huidige constellatie wellicht worden gelezen als ‘verlagen’.
Daarnaast worden de sociale bijstandsuitkeringen geplafonneerd. Voor deze plafonnering worden de sociale voordelen meegenomen. Die sociale voordelen moeten worden opgenomen in een Centraal Register. Alle voordelen van de meest kwetsbaren worden gekwantificeerd, maar een vermogenskadaster voor de meest rijken ontbreekt in het regeerakkoord.
Alle voordelen van de meest kwetsbaren worden gekwantificeerd, maar een vermogenskadaster voor de meest rijken ontbreekt in het regeerakkoord.
Vandaag zorgen maatschappelijk werkers soms voor een plafonnering, onder meer omdat ze daartoe worden gedwongen door een gebrek aan financiering. Maatschappelijk werkers kunnen leefloongerechtigden onvoldoende geven om een menswaardig bestaat te hebben door een gebrek aan budget. Dat zal verergeren. Waar de regering-De Croo twee keer 35 miljoen voorzag voor aanvullende financiële steun, voorziet deze hardvochtige regering-De Wever die uiteraard niet.
Het deel van de bijstandsuitkering dat nog overblijft, kan “indien er aanwijzingen zijn dat de financiële hulp niet wordt gebruikt om te voorzien in de dagelijkse basisbehoeften van de begunstigde(n), uitbetaald worden in alternatieve vormen.” Dat is behoorlijk culpabiliserend en infantiliserend, terwijl we weten dat stereotypen en vooroordelen een ernstige invloed op de geestelijke gezondheid van mensen hebben en het nog moeilijker maken om hulp te zoeken. Bovendien klopt het uitgangspunt niet: mensen maken wel degelijk verstandige keuzes en gebruiken hun inkomen om te overleven. Ze hebben echt geen voedselbonnen nodig om met hun leefloon onder de armoededrempel in de eerste plaats voeding en onderdak te voorzien.
SANCTIES VOOR LEEFLOONGERECHTIGDEN EN OCMW’S
De regering-De Wever zal de leefloongerechtigden én de OCMW’s sterker sanctioneren.
Voor leefloongerechtigden worden ‘de mogelijkheden tot sanctionering, schorsing en intrekking in contexten van kwade trouw versterkt’. De OCMW’s kunnen zich aan een ‘strenger controle- en sanctiekader’ verwachten. Ze zullen zelfs onder curatele kunnen worden geplaatst.
De eerste zorg van de OCMW’s zal echter de toevloed aan nieuwe leefloongerechtigden zijn, als gevolg van de beperking van de werkloosheid in de tijd. Er zal budget worden vrijgemaakt om hen hiervoor te compenseren, maar – en dit is een grote maar – deze verhoogde financiering is afhankelijk van het afsluiten van een geïndividualiseerd project maatschappelijk integratie (GPMI) én van de resultaten inzake de uitstroom van leefloongerechtigden naar duurzame tewerkstelling. Dit zal voor een nefaste dynamiek zorgen waarbij OCMW’s die met hun huidige budget goede resultaten voorleggen meer financiering zullen krijgen, terwijl OCMW’s die het moeilijk hebben en gebaat zouden zijn met extra ondersteuning net minder financiering ontvangen.
Het is onrealistisch om te verwachten dat OCMW’s langdurig werkzoekenden aan het werk krijgen, terwijl de VDAB daarin niet is geslaagd.
Het is compleet onrealistisch om te verwachten dat OCMW’s langdurig werkzoekenden aan het werk krijgen, terwijl de VDAB daarin niet is geslaagd. De regering-De Wever houdt er geen rekening mee dat leefloongerechtigden vaak kampen met allerlei problematieken van verslaving tot dakloosheid die werkgevers minstens zullen doen aarzelen om hen aan te werven. De OCMW’s kunnen mogelijks meer inzetten op tewerkstelling via artikel 60 van de organieke OCMW-wet van 8 juli 1976, maar de vraag is hoeveel marge daar vandaag nog is. Daarenboven is de kans op duurzame tewerkstelling sterk territoriaal gebonden. De kans is groter dat een leefloongerechtigde in Kortrijk werk vindt dan een leefloongerechtigde in Bergen.
WELVAARTSCHAUVINISME
Toekomstige nieuwkomers zullen voortaan vijf jaar moeten wachten voordat ze recht hebben op sociale bijstand (met uitzondering van personen die om medische redenen niet in staat zijn te werken). Opnieuw een uiting van wantrouwen en stigmatisering. Het klopt. Vandaag is er bij nieuwkomers een lagere werkzaamheidsgraad dan bij Belgen. Alleen is dit niet het gevolg van onwil, maar wel van taalbarrières, discriminatie en de zeer moeizame diploma-erkenning. Bovendien gaat het vaak om kortgeschoolden die ook bij de Belgen een lagere werkzaamheidsgraad optekenen.
Wellicht is het eerder de bedoeling van de regering-De Wever om vluchtelingen, tja, euh … weg te jagen.
Het is onduidelijk waarvan deze nieuwkomers moeten leven. Zullen ze recht hebben op een equivalent leefloon? In principe wel, maar wellicht is het eerder de bedoeling van de regering-De Wever om deze mensen, tja, euh … weg te jagen. Het zal hoogstwaarschijnlijk leiden tot een toename van het aantal daklozen, terwijl België vandaag al 32.000 daklozen telt.
En dat is niet alles. Erkende vluchtelingen die recht hebben op een leefloon, zullen een versterkt integratietraject moeten volgen in samenwerking met de deelstaten. Doen zij dit niet, wordt hun bijstand verminderd. Begunstigden van subsidiaire bescherming en de tijdelijk ontheemde personen zullen hun verlaagde sociale hulp kunnen aanvullen met bonussen op basis van hun integratie-inspanningen (zoals het volgen van een inburgerings- en taalcursus, het actief zoeken naar een job en het volgen van een opleiding).
EEN PAAR GOEDE VOORNEMENS
Het moet gezegd. Vooruit is erin geslaagd om tegen de stroom in enkele elementen in het luik Armoedebestrijding te krijgen die daadwerkelijk de armoede in plaats van de armen bestrijden.
Eén daarvan betreft de cumulregeling voor de integratietegemoetkoming en beroepsinkomen. De regering-De Croo zorgde voor een verhoging van de vrijstellingsdrempel van de beroepsinkomsten voor het behoud van de integratietegemoetkoming (IT), zodat werken financieel voordelig is. Het probleem is dat wie vervolgens ziek of werkloos wordt de integratietegemoetkoming kan verliezen, want de cumuldrempel met vervangingsinkomens is veel lager. Het regeerakkoord voorziet een verbetering van de cumulregeling voor integratietegemoetkoming met uitkeringen na tewerkstelling zodat een periode van tewerkstelling niet leidt tot verlies van de integratietegemoetkoming.
Het regeerakkoord bevat ook verschillende goede maatregelen om de schuldindustrie aan te pakken.
Verder bevat het regeerakkoord verschillende maatregelen om de schuldindustrie aan te pakken, zoals meer bescherming tegen wanpraktijken van schuldinvorderaars, het stimuleren van de procedure minnelijke invordering en het hervormen van de collectieve schuldenregeling.
VALSE RETORIEK
Wij voorspellen dat op het einde van de regering-De Wever de armoede gestegen zal zijn. Ondanks de retoriek in het regeerakkoord over het stimuleren van mensen om aan het werk te gaan.
Recent bewees een studie van Ides Nicaise en andere onderzoekers dat personen die hogere sociale uitkeringen ontvangen sneller uit armoede kunnen ontsnappen en op langere termijn ook minder kwetsbaar zijn voor het risico om in armoede te belanden. Omgekeerd doen personen met lage uitkeringen er veel langer over om uit armoede te ontsnappen. Uitkeringen verlagen helpt mensen niet sneller aan het werk. Dat was eerder al aangetoond door een langetermijnstudie van de RVA die stelde dat de versterkte degressiviteit van de werkloosheidsuitkeringen mensen niet hielp om sneller te werk te vinden.
Al die wetenschap doet er voor deze regering-De Wever niet toe. Het gaat er puur om de bijstand te beperken.
Abonneer je op Samenleving & Politiek

Het magazine verschijnt 10 keer per jaar; niet in juli en augustus.
Proefnummer? Factuur? Contacteer ons via
info@sampol.be
of op 09 267 35 31.
Het abonnementsgeld gaat jaarlijks automatisch van je rekening. Het abonnement kan je op elk moment opzeggen. Lees de
Algemene voorwaarden.
Je betaalt liever via overschrijving?
Abonneren kan ook uit het buitenland.
*Ontdek onze SamPol draagtas.