Econoom Ilse Ruyssen stoort zich aan de alarmistische toon in het debat over klimaat en migratie. “De overgrote meerderheid van de mensen die in erbarmelijke omstandigheden wonen, wensen te blijven. Terwijl anderen die toch besluiten te vertrekken, hoofdzakelijk nabije bestemmingen kiezen.”

Volgens sommige voorspellingen zullen door stijgende zeespiegels en extreme droogte binnen tien jaar honderden miljoenen mensen uit Azië en Afrika op de vlucht slaan richting Europa, en staat onze samenleving zonder drastische maatregelen om grenzen te sluiten op instorten. “Dit is totaal onwaar”, stelt Ilse Ruyssen. Ze is econoom en directeur van het CliMigHealth, een internationaal netwerk dat bezig is met klimaatverandering, migratie en gezondheidszorg. In haar pas verschenen boek, ‘Vloedgolf? De complexiteit van klimaatmigratie ontrafeld’ (Owl Press), wil ze een antwoord bieden op de alarmistische toon die vaak over klimaatmigratie te horen is.
“Er doen veel onwaarheden de ronde”, stelt Ilse Ruyssen in haar bureau op de Vakgroep Economie aan de Universiteit Gent. “Op een gegeven moment circuleerden cijfers van 25 miljoen tot maar liefst 1 miljard mogelijke klimaatmigranten. Die aantallen waren niet op degelijk onderzoek gebaseerd. Klimaatverandering zal inderdaad bijdragen aan migratie. Dat doet het nu ook al. Maar hoewel er veel mensen in erbarmelijke omstandigheden wonen, wenst slechts een fractie van hen te vertrekken. De overgrote meerderheid wenst te blijven, terwijl anderen die toch besluiten te vertrekken hoofdzakelijk nabije bestemmingen kiezen. Slechts 3,6% van de wereldbevolking woont in een ander land dan waar ze geboren zijn.”
Welke cijfers over klimaatmigratie zijn dan wel juist?
“Dat weten we niet precies. Het Internal Displacement Monitoring Centre houdt cijfers bij over het aantal mensen dat door rampen en conflicten ontheemd is geraakt, maar dat gaat enkel over interne ontheemding. Internationale migratie zit daar niet in, en migratie omwille van graduele wijzigingen door klimaatverandering ook niet.
De modellen worden wel gesofisticeerder. De Wereldbank en de VN vragen daar ook naar. Maar de tendens is nu om weg te blijven van concrete cijfers, en eerder om onderzoek te doen naar de interventies die de omstandigheden van diegenen die willen blijven te verbeteren en de gemeenschappen waar de omstandigheden het echt niet toelaten om te blijven beter te ondersteunen.”
Waar is de impact van klimaatverandering op migratie het grootst?
“Europa is het snelst opwarmende continent ter wereld. Er waren de waterbom in Verviers in 2021 of in Valencia dit jaar, maar de grootste impact van klimaatverandering voelt men in het Globale Zuiden. Dat is schrijnend. De landen die het minst hebben bijgedragen aan de uitstoot, ondervinden er de grootste impact van. Een eiland in de Stille Oceaan dat door de stijgende zeespiegel dreigt te verdwijnen, is het meest tastbaar. Een onderwaterconferentie van hun premier bereikt ook onze media. Maar overstroming, verzilting, evenals verwoestijning en het verdwijnen van landbouwgebied in Afrika en Azië zijn al decennia aan de gang, en dat bereikt ons veel minder.”
En zulke langetermijntrends zorgen voor migratie, vaak van het platteland naar de stad?
“Precies. Het alarmistische verhaal van miljoenen klimaatmigranten die plots op ons afkomen, klopt niet. Mensen zelf linken hun migratie vaak ook niet aan klimaatverandering, maar eerder aan het wegvallen van economische opportuniteiten. Een meer dat opdroogt waardoor visvangst stilvalt, of een landbouwgebied waar geen oogst meer mogelijk is. Nogmaals, in eerste instantie willen mensen niet weg. Het is niet evident om de plek te verlaten waar je familie generatie op generatie heeft gewoond.
Meestal gaat het om één iemand, of een paar mensen van de familie, die vertrekken. De meesten blijven achter.
Men trekt ook vaak naar de dichtstbijzijnde plaats waar een alternatieve economische opportuniteit is. Meestal gaat het om één iemand, of een paar mensen van de familie, die vertrekken. De meesten blijven achter. Het hangt ook af wat je mogelijkheden zijn. Als je naar een ander eiland kan dat er gelijkaardig uitziet, valt dat nog mee. Maar migratie van het platteland naar de stad is een gigantisch onderneming.”
Mensen die migreren, zijn vaak diegenen met wat geld voor zo’n onderneming?
“De minst gegoeden kunnen het zich niet eens veroorloven om te vertrekken. De beslissing om te migreren, hangt dus af van een combinatie aan factoren. Het is ook sterk afhankelijk van de mate waarin migratie al een traditie is in de gemeenschap. In West-Afrika wil de helft van de jongeren sowieso migreren. Dat maakt deel uit van het volwassen worden en wordt als een normale strategie gezien. Andere streken kennen zo’n migratietraditie minder. Kijk je naar de migratieprofielen, dan zijn het de ouderen die achterblijven en de jongeren die vertrekken.”
Welke rol speelt sociale veerkracht? Lokale netwerken en gemeenschappen die er nog zijn?
“Een belangrijke rol. Maar het is vaak een bal die aan het rollen gaat. Als meerdere mensen in je omgeving vertrekken, ga je migratie zelf ook als opportuniteit zien. Er is veel persistentie in migratiepatronen. Als een aantal mensen in één richting trekt, volgen anderen ook. Zelfs al is dat niet de plek met de meeste opportuniteiten of betere klimatologische omstandigheden. Maar de migratieroute is dan gekend en er is daar een gemeenschap waar je op kan terugvallen.”
Hoe kunnen we klimaatmigratie best aanpakken?
“We moeten de complexiteit die ik hierboven beschrijf, meenemen in de beleidsmaatregelen die zowel klimaatmigratie ondersteunen als gemeenschappen helpen zich beter aan te passen zodat mensen kunnen blijven. Er moet worden ingezet op zowel de verdere opwarming een halt toeroepen (`mitigatie’) als het aanpassen aan de gevolgen ervan (`adaptatie’). De mogelijkheden zijn natuurlijk sterk afhankelijk van de middelen die ter plaatse aanwezig zijn. Dergelijke investeringen, of het opvangen van interne migranten, zijn vaak geen prioriteit.”
Er zijn in het Globale Zuiden duizend-en-één andere uitdagingen die om aandacht vragen?
“Het is logisch dat klimaatmigratie niet prioritair is in contexten waar conflict of armoede overheersen. Toch kan migratie bijkomende instabiliteit veroorzaken en de volksgezondheid onder druk zetten. We spraken met artsen uit verschillende landen in Sub-Sahara Afrika over hun ervaringen met klimaatverandering en migratie. Zij wezen op meer problemen rond voedselzekerheid en ondervoeding, en op het feit dat de opvolging van chronische ziekten zoals hiv of diabetes bij migratie vaak wordt onderbroken. Ook psychosociale problemen bij migranten kwamen sterk naar voren. Dat zet een druk op de gezondheidszorg, die op vele plaatsen sowieso al onderbemand is.”
Worden klimaatmigranten in de perceptie van de ontvangende bevolking beschouwd als ‘deserving’, als het ‘waard’ om geholpen te worden?
“Bij de inwoners van Tuvalu duidelijk wel. Hun eiland verdwijnt letterlijk in de Stille Oceaan. Nieuw-Zeeland heeft het Pacific Access Category-programma, dat jaarlijks visa uitreikt aan mensen die door hun zinkend eiland moeten migreren. Qua beleid is dat redelijk uniek. In de VS wordt er ook wel lokaal geïnvesteerd in de integratie van specifieke gemeenschappen die gemigreerd zijn vanuit Alaska of streken die onbewoonbaar worden. Maar we zien wereldwijd weinig van zulke programma’s. Ook omdat het moeilijk is om iemand te labelen als klimaatmigrant.”
Nieuw-Zeeland reikt jaarlijks visa uit aan mensen die door hun zinkend eiland moeten migreren. Qua beleid is dat redelijk uniek.
De term ‘klimaatvluchteling’ bestaat juridisch zelfs niet, zo lezen we in uw boek.
“Precies. De term ‘vluchteling’ is vastgelegd in het internationaal recht, maar klimaatverandering behoort niet tot de gronden op basis waarvan men internationale bescherming kan verkrijgen. En het ziet er niet naar uit dat dit snel zal gebeuren. Het is daarom niet aangewezen om te praten over ‘klimaatvluchtelingen’. Helaas wordt de term vaak ten onrechte gebruikt.”
Er staat binnenkort weer een Klimaattop gepland. Hoe zijn de verwachtingen?
“Niet groot. De Klimaattop in Bakoe van vorig jaar was wel een mijlpaal. Voor het eerst werd beloofd om het Globale Zuiden financieel te steunen voor adaptatie. Dat bedrag is verre van toereikend, maar daarmee kwam wel erkenning van het westen: wij zijn diegenen die u in deze situatie hebben gebracht en zullen helpen het probleem oplossen. Die financiering is toen wellicht gelukt, wetende dat Trump eraan kwam.
Voor de komende top in Brazilië verwacht ik weinig grote doorbraken: de internationale context is erg gepolariseerd en de urgentie om echt bindende afspraken te maken ontbreekt. Terwijl net daar nood aan is: een veel groter en stabieler fonds voor adaptatie, en duidelijke afspraken over hoe klimaatschade gecompenseerd wordt.”
Wat hoopt u dat beleidsmakers uit uw boek halen?
“Het besef dat migratie altijd deel heeft uitgemaakt van het menselijk bestaan. Sinds het begin van de mensheid is het een manier geweest om met veranderende omstandigheden, waaronder klimaat, om te gaan. Dat zal in de toekomst niet anders zijn, hoe strikt het migratiebeleid ook wordt. We hoeven ons niet aan een vloedgolf van klimaatmigranten te verwachten, maar migratie zal er wel altijd zijn.
En die hoeft niet louter als probleem gezien te worden. Reguliere migratie – mensen die naar hier komen om te werken – kan net een duidelijke meerwaarde hebben voor onze economie, zoals we ook vandaag al zien in Europa. Het is belangrijk om daar op te anticiperen met beleid. Want daar valt ook voor ons veel uit te halen.”
Nu spreekt de econoom in u.
“Veel economen zijn inderdaad eerder positief over migratie. Verlies aan inkomen zet mensen aan elders werk te zoeken. Zet dat naast de vele openstaande vacatures die we hier hebben, in combinatie met de aankomende vergrijzing, en dan kan migratie, ook wanneer ze deels door klimaatverandering wordt gestuurd, net kansen bieden voor onze arbeidsmarkt en economie.”
Dat geluid komt maar weinig door in onze media.
“De aandacht ligt sterk op alles wat irreguliere migratie betreft: het tegengaan van illegale migratie, hervestiging, grenscontrole. Daardoor raakt onderbelicht dat er tegelijk veel reguliere migratie plaatsvindt en dat onze arbeidsmarkt die instroom ook nodig heeft. Op economisch vlak hoeft migratie dus niet als een probleem te worden gezien. Het kan ook een oplossing zijn. Bijvoorbeeld voor sectoren waar fysieke arbeid nodig is, zoals de groene transitie.”
Migratie kan ook een oplossing zijn, bijvoorbeeld voor sectoren waar fysieke arbeid nodig is zoals de groene transitie.”
Europa warmt het snelst op, zei u al. Verwacht u hier dan ook meer klimaatmigratie?
“Voor mij is de definitie van klimaatmigratie: alles was mobiliteit bevat – intern en internationaal, korte en lange termijn, tijdelijk en permanent. Na de waterbom in Verviers kunnen sommige mensen nog altijd niet terug naar huis. Ook dat is een vorm van klimaatmigratie. Maar het klopt: hier stijgt de zeespiegel niet zo snel dat mensen gedwongen worden te verhuizen. Al is er op de Waddeneilanden wel al een bouwstop in bepaalde regio’s. In Europa zijn er dus minder acute migratiestromen te verwachten, omdat hier meer capaciteit aanwezig is voor adaptatie.
(pauzeert) Ik heb het gevoel dat er maar weinig begrip is voor de redenen waarom mensen in het Globale Zuiden migreren. Het is natuurlijk niet eenvoudig om je te vereenzelvigen met situaties als de opdroging van het Tsjaadmeer of het zinken van een eiland in de Stille Oceaan. Maar het is niet omdat het zich hier nog niet afspeelt, dat de situatie in Tsjaad of Tuvalu niet acuut is. Bij klimaatmigratie speelt echt een pusheffect om te vertrekken, veel minder een pulleffect van een beter leven elders. En men migreert al zeker niet ‘om hier te komen profiteren’.”
Misschien dat de recente natuurrampen in Europa het begrip over klimaatmigratie wat vergroot?
“In recente bevragingen zie je alleszins een toename van het aantal jongeren dat denkt zelf te zullen moeten verhuizen door klimaatverandering. De bewustwording neemt toe. Door de waterrampen hier wordt het plots tastbaar.”
Samenleving & Politiek, Jaargang 32, 2025, nr. 7 (september), pagina 36 tot 41
Abonneer je op Samenleving & Politiek

Het magazine verschijnt 10 keer per jaar; niet in juli en augustus.
Proefnummer? Factuur? Contacteer ons via
info@sampol.be
of op 09 267 35 31.
Het abonnementsgeld gaat jaarlijks automatisch van je rekening. Het abonnement kan je op elk moment opzeggen. Lees de
Algemene voorwaarden.
Je betaalt liever via overschrijving?
Abonneren kan ook uit het buitenland.
*Ontdek onze SamPol draagtas.