Abonneer Log in

Alle inkomsten zijn gelijk, maar sommige...

  • Jan Verschooten - Voormalig commissaris-adjunct bij het federaal planbureau

Samenleving & Politiek, Jaargang 29, 2022, nr. 1 (januari), pagina 34 tot 35

Waar zit de onmacht die de fiscale hervorming bemoeilijkt? Waar zit de macht die ze tegenhoudt?

© ID/Franky Verdickt

DE WEG NAAR EEN RECHTVAARDIG EN NEUTRAAL BELASTINGSTELSEL

Volgens het regeerakkoord bereidt de regering 'een brede(re) fiscale hervorming voor om het belastingstelsel te moderniseren, te vereenvoudigen, meer rechtvaardig, meer neutraal te maken.'

Hoe begin je hieraan? Idealiter ga je binnen de inkomstenbelastingen eerst op zoek naar een belastbaar inkomen dat zo goed als mogelijk aansluit bij de reële draagkracht van elke belastingplichtige. Vervolgens bepaal je voor iedereen via inkomensschijven en belastingtarieven een bijdrage die beantwoordt aan de gewenste budgettaire opbrengst en progressiviteit zodat de sterkste schouders de zwaarste lasten dragen.

De regering-De Croo vertrekt natuurlijk niet van een leeg blad en pakt het dan ook anders aan. Ze verwijst in het regeerakkoord naar enkele leidende principes. De hervorming zal zich richten op een verdere verlaging van de lasten op arbeid door een verbreding van de belastbare basis binnen de personenbelasting. Aftrekposten, belastingverminderingen en uitzonderingsregimes zullen zoveel mogelijk uitdoven, alternatieve verloningsvormen geleidelijk verschuiven richting verloning in euro's en optimalisatiemogelijkheden tot een minimum herleid. Ook maatregelen in kader van de klimaat- en milieudoelstellingen zullen een bijdrage leveren. Tot slot dient de hervorming budgettair neutraal te zijn waardoor reeds een eerste belangrijk twistpunt uit de weg wordt geruimd.

OP ZOEK NAAR COMPENSATIES

Meestal worden compensaties gezocht binnen de personenbelasting bij de andere (roerende en onroerende) inkomens en bij de andere belastingen (vennootschapsbelasting en indirecte belastingen).

Het regeerakkoord bevat geen expliciete verwijzing naar roerende of onroerende inkomsten, maar deze worden eventueel wel impliciet gevat door de verbreding van de belastbare basis binnen de personenbelasting waarvan ze deel uitmaken.

Een belasting op privaat verhuurde eigendommen op basis van de reële netto-huuropbrengsten en niet langer op basis van kadastrale inkomens, die hiervan sterk afwijken, zou zeker bijdragen tot een meer rechtvaardig belastingstelsel. De, wegens een Europese veroordeling, noodzakelijke harmonisering van de belasting op in België en in het buitenland verhuurde woningen, die belast werden op basis van de reële huuropbrengsten, was een ideale gelegenheid om deze situatie te corrigeren. Deze regering besliste enkele maanden geleden echter het tegendeel door de belasting op basis van een kadastraal inkomen te veralgemenen. De lobby van de vastgoedeigenaars haalde zo een eerste slag binnen. Maar de vastgoedsector dient ook een bijdrage te leveren voor het verwezenlijken van de klimaatdoelstellingen op vlak van energie-efficiënte woningen en de verdere regionalisering van de onroerende fiscaliteit vormt een potentieel onderdeel van toekomstige staatshervormingen, zodat men deze sector nu misschien liever even spaart.

Het uitzuiveren van de zeer uiteenlopende belastingregimes van financiële beleggingsproducten zou zeker de neutraliteit bevorderen. Misschien gaat de regering er vanuit dat de door vorige regering doorgevoerde verhoging van de roerende voorheffing naar 30% volstaat. Toch biedt de hervorming de mogelijkheid om het zeer diverse fiscale landschap voor financiële producten te saneren en het 30%-tarief te veralgemenen. De tijdens de voorbije jaren sterk gewijzigde omgeving met een internationale uitwisseling van gegevens, de creatie van het UBO (Ultimate Beneficial Owner)-register en het Centraal Aanspreekpunt bij de Nationale Bank bieden hiertoe zeker voorheen onbestaande kansen. Men mag echter zeker niet de creativiteit van de financiële sector onderschatten. Bovendien rekent de regering op de banken, verzekeringsmaatschappijen en beleggingsfondsen voor de ondersteuning van het door de regering beoogde relance- en investeringsbeleid.

Met betrekking tot de vennootschapsbelasting wordt binnen het regeerakkoord de door vorige regering doorgevoerde hervorming niet in vraag gesteld. Er wordt alleen gewezen op het sterk beperken van de (verdere) vervennootschappelijking. Ook ontbreekt elke verwijzing naar een verhoging van accijnzen en/of BTW-tarieven. Een verschuiving naar indirecte belastingen roept immers onmiddellijk vragen op bij de elders verdedigde ondersteuning van de koopkracht en de gewenste progressiviteit binnen het fiscale stelsel en leidt tot de traditionele, moeilijke discussies over de toepassing van de automatische loonindexering, waarover de meningen binnen de regering duidelijk verdeeld zijn.

De opkuis van niet langer verantwoorde vrijstellingen, aftrekken en uitzonderingen binnen de personenbelasting zal ook arbeidsinkomens treffen. Hierbij dient voorkomen te worden dat 'verliezers' hun lastenverhoging afwentelen op hun werkgever waardoor de loonkosten stijgen. Vele van de bestaande gunstregimes betreffen net personeelsleden die, zeker bij de huidige spanningen op de arbeidsmarkt, effectief hun verloning binnen bedrijven kunnen negotiëren. Ook hier is dus enige voorzichtigheid geboden.

PROGRESSIEVE TARIEVEN

Zodra het gecorrigeerde belastbare inkomen beter aansluit bij de reële draagkracht van elke belastingplichtige en de regering de meeropbrengsten van de correcties kent, kan ze binnen de personenbelasting inkomensschijven en belastingtarieven bepalen in functie van de gewenste progressiviteit en herverdeling. Maar welke progressiviteit wenst men, en op welk niveau? Wenst de regering een progressief belastingstelsel waarbinnen de inkomstenbelastingen ook het eventueel degressieve karakter van de indirecte belastingen opvangen of wordt de progressiviteit beperkt tot de personenbelasting?

Vraag is of alle politieke partijen wel een duidelijke visie hebben op de door hen gewenste progressiviteit.

Vraag is of alle politieke partijen wel een duidelijke visie hebben op de door hen gewenste progressiviteit, of ze het lef hebben hierrond duidelijk te communiceren en of ze in staat zijn hierrond binnen de regering een consensus te bereiken? De ondertussen door alle politieke partijen gehanteerde verwijzing naar de 'hard werkende Belg' waarvoor de belastingdruk dient verminderd te worden, levert hierbij weinig houvast. De resultaten van het onderzoek, gepubliceerd in Samenleving & Politiek (november 2021), wijzen erop dat er binnen de bevolking toch wel belangrijke meningsverschillen bestaan over de wenselijke en 'aanvaardbare' belastingtarieven voor lage en hoge inkomens. Maar wat zijn 'lage' en 'hoge' inkomens? Is er voldoende betrouwbare kennis van de inkomens(verdeling) in dit land beschikbaar om dit op een objectieve manier te bepalen en is deze voldoende gekend? Nochtans is het juist inschatten van de eigen positie binnen de inkomensverdeling erg belangrijk. Wie zichzelf kan plaatsen binnen de hogere inkomensdecielen en voldoende contact heeft met mensen uit lagere inkomensgroepen zal ongetwijfeld positiever staan tegenover herverdeling dan personen met een hoog inkomen die zich vooral vergelijken met anderen die het nog beter hebben.

Gezien de omvang en verspreiding van een aantal (eventueel) te corrigeren maatregelen zoals de waardering van salariswagens, maaltijdcheques, … wordt bovendien gepleit voor een gefaseerde benadering die zelfs de duur van de lopende legislatuur zou overstijgen. Ook dit wordt politiek een moeilijke discussie. Want elke politieke partij zal er ongetwijfeld naar streven om voor een volgende verkiezing zoveel mogelijk positiefs te realiseren voor haar eigen achterban en potentiële kiezers. Ook vandaag merken we hoe bij de tijdens de begrotingsbesprekingen goedgekeurde gefaseerde afschaffing van de bijzondere bijdrage voor sociale zekerheid nog steeds een discussie loopt of deze afschaffing eerst voor de hoogste dan wel voor de lagere inkomens dient doorgevoerd te worden en dit voor een wijziging die normaal volledig binnen deze regeerperiode wordt afgerond. Een herverdelende rechtvaardigheid nastreven binnen elke fase van de hervorming wordt, zelfs los van politieke voorkeuren en de resultaten van volgende verkiezing, dan ook zeker geen eenvoudige oefening.

WINNAARS EN VERLIEZERS

Een verschuiving van lastendruk leidt onvermijdelijk tot winnaars en verliezers. Winnaars zullen niet overtuigd moeten worden, maar welke boodschap brengt men naar de verliezers? Al de te corrigeren uitzonderingen, vrijstellingen en aftrekken werden in het verleden door een politieke meerderheid goedgekeurd en verdedigd. Hier nu op terugkomen doet de vraag rijzen of politici in het verleden de verkeerde beslissingen namen en zal door de betrokken belastingplichtigen/kiezers gezien worden als woordbreuk. In beide gevallen ondermijnt dit het vertrouwen in de politiek.

Vele nu te corrigeren maatregelen werden bedongen door economische sectoren en bevolkingsgroepen met rechtstreekse toegang tot het politieke niveau.

Vele nu te corrigeren maatregelen werden bedongen door economische sectoren en bevolkingsgroepen met rechtstreekse toegang tot het politieke niveau. Ze vormen dikwijls ook een belangrijk onderdeel van de sociale leefomgeving van politici, experten en kabinetsmedewerkers, die deze hervorming zullen negotiëren en beslissen, en kunnen/zullen hen hier dan ook regelmatig op aanspreken. Deze groepen vinden ook gehoor binnen de media en zullen niet nalaten ook via deze weg hun huidige privileges te verdedigen. Vraag is of de regering in staat zal zijn om als tegenmacht een globaal samenhangend verhaal op te bouwen waardoor bij de bevolking een draagvlak kan gecreëerd worden voor de verschillende onderdelen van de hervorming. Wanneer ze hierin niet lukt zou de regering zelf wel eens de belangrijkste verliezer van deze hervorming kunnen worden.

WACHTEN OP VIVALDI

Voorlopig bestaat er politiek zeker nog geen consensus over een uitgewerkt voorstel voor een bredere fiscale hervorming. De regering moet hierbij echter niet van nul starten. Het advies uit 2020 van de afdeling fiscaliteit en parafiscaliteit van de Hoge Raad voor Financiën bevat een indrukwekkende opsomming van de vele uitzonderingen, aftrekken en vrijstellingsregimes binnen de personenbelasting en de sociale bijdragen, hun kost en de spreiding van het gebruik ervan over de inkomensdecielen. Ze plaatst deze binnen een brede waaier van mogelijke lastenverminderingen en compenserende maatregelen. Een recenter rapport (2021) dat hierop verder bouwt zou de vertrekbasis vormen van de voorstellen die een expertengroep voor minister Vincent Van Peteghem aan het uitwerken is en die de minister in februari in het parlement zou indienen.

De gesprekken ter voorbereiding van de begroting 2022 temperen ondertussen ons optimisme.

De gesprekken ter voorbereiding van de begroting 2022 temperen ondertussen ons optimisme. De discussies rond de fasering van de schrapping van de bijzondere bijdrage voor de sociale zekerheid en de beperking van de gunstregimes binnen de sportsector en het niet beëindigen van de federale belastingsteun voor aankoop van een tweede woning bewijzen hoe moeilijk het was om binnen de regering en tussen regeringspartijen een consensus te bereiken over deze eerste, eerder beperkte stappen.

Er is dus erg veel werk aan de winkel om de neuzen in dezelfde richting te krijgen en een geloofwaardig wervend verhaal op te bouwen.

Samenleving & Politiek, Jaargang 29, 2022, nr. 1 (januari), pagina 34 tot 35

MACHT

Exorbitante marktmacht maakt economie ziek
Jan Eeckhout
De aard van de 1%
Diliara Valeeva
Alle inkomsten zijn gelijk, maar sommige...
Jan Verschooten
Hoe sterk is het sociaal overleg nog?
Maarten Hermans
De weg naar meer democratisch bestuur in de onderneming
Isabelle Ferreras en Julie Battilana
Als je werkgever een app is
Lode Lauwaert
Stop Facebook
Jeroen Baert
Don't look up: de antiklimaatlobby
Hans Van Scharen
De (on)macht van Alexander De Croo
Kris Hoflack
Het tijdperk van de demagoog
Rob Devos
Taal is klassenstrijd
Karim Zahidi en Robrecht Vanderbeeken
We zijn meer dan veredelde partijsoldaten
Jaro Verberck

Abonneer je op Samenleving & Politiek

abo
 

SAMPOL ONLINE

40€/jaar

  • Je leest het magazine online
  • Je hebt toegang tot het enorme archief
MEEST GEKOZEN

SAMPOL COMPLEET

50€/jaar

  • Je ontvangt het magazine in de bus
  • Je leest het magazine online
  • Je hebt toegang tot het enorme archief
 

SAMPOL STEUN

100€/jaar

  • Je ontvangt het magazine in de bus
  • Je leest het magazine online
  • Je hebt toegang tot het enorme archief
  • Je krijgt een SamPol draagtas*
 

SAMPOL SPONSOR

500€/jaar

  • Je ontvangt het magazine in de bus
  • Je leest het magazine online
  • Je hebt toegang tot het enorme archief
  • Je krijgt een SamPol draagtas*

Het magazine verschijnt 10 keer per jaar; niet in juli en augustus.
Proefnummer? Factuur? Contacteer ons via info@sampol.be of op 09 267 35 31.
Het abonnementsgeld gaat jaarlijks automatisch van je rekening. Het abonnement kan je op elk moment opzeggen. Lees de Algemene voorwaarden.

Je betaalt liever via overschrijving?

Abonneren kan ook uit het buitenland.

*Ontdek onze SamPol draagtas.