Cohousing is vooral een stedelijk verschijnsel, maar het kan evengoed in villawijken. Het bestaande zwembad wordt dan een gedeelde voorziening.
Zelfs in de eerste helft van de 18e eeuw was Brasschaet nog een gehuchtje met een 50-tal huizen, drie herbergen en een kapelletje.
Nu, pakweg 250 jaar later, is het een goed uitgeruste gemeente met 38.000 inwoners. Over hoe dat gebeurd is, gaan we het hier niet hebben. Dat beschrijven we in ons boekje 'Wonen in Brasschaat' (2022), waarin ook talrijke concrete voorstellen staan om de dorpskernen te versterken en de mobiliteit te beheersen.
We beperken ons tot de woonparken. Dat zijn gebieden die in het gewestplan een geringe woningdichtheid hebben, met een grote oppervlakte aan groene ruimte. Grote percelen per woning, zeg maar. Zoals in vele andere randgemeenten in Vlaanderen staan daar oude, mooi gerestaureerde villa's en nieuwe pareltjes van moderne architectuur op grote domeinen die – ondanks 'gazon' en zwembad – toch nog heel wat oude bomen bewaren. Ze grenzen soms aan natuurgebieden.
Maar er ligt een druk op die gebieden. Ouder wordende bewoners willen hun villa verkopen. De energiefactuur wordt te hoog, ze kunnen de tuin niet meer zelf onderhouden, ze willen liever naar een appartement met lift... Maar ze geraken niet meer zo vlot verkocht. Er is nog wel een markt voor exclusief wonen in het groen, maar die krimpt. Want renovatie kost veel geld en steeds minder mensen willen een tuin van 3.000 m2. En dus groeit de vraag om die te verkavelen naar drie of vier kleinere villagronden, tot op de grens van wat volgens het gewestplan mag of zelfs om via een RUP de densiteit van woningen te mogen verhogen.
Anderzijds liggen gemeentebesturen zoals Brasschaat onder druk om meer woongelegenheden te voorzien, omwille van de gezinsverdunning. Brasschaat heeft inderdaad nood aan huur- en koopwoningen voor jonge starters, singles, alleenstaanden met kinderen en ouderen die kleiner willen gaan wonen. De stad is geen oplossing, want even duur. Uitwijken naar het platteland staat haaks op een ruimtelijke visie die daar de open ruimte wil behouden en de aangroei van inwoners wil tegengaan.
Brasschaat heeft nood aan huur- en koopwoningen voor jonge starters, singles, alleenstaanden met kinderen en ouderen die kleiner willen gaan wonen.
De villawijken verkavelen, dan maar?
Het zou ganse wijken versnipperen met toename van de automobiliteit. Bovendien spelen die villaparken een bijzondere rol in het bomenbestand. Verkaveling betekent gedeeltelijke kaalslag. Brasschaat vormt, samen met de andere gemeenten van de Noorderkempen, de groene long voor heel Antwerpen. Het zorgt voor de zuivering van de vervuilde lucht, ook boven de ring en in de haven.
Er is wel een mogelijke oplossing. Behoud die grote percelen en de begrensde bouwdichtheid, maar laat er vormen van meergezinswoningen toe. Niet om er appartementsgebouwen van te maken, maar om de bestaande woningen geschikt te maken voor twee, drie of vier gezinnen.
Steeds meer mensen overwegen 'cohousing' om een aantal woonfuncties te delen en zo de kosten te drukken: gemeenschappelijke bergingen, was- en droogmachines, logeerkamers, een deel van de tuin en tuingerief, speelruimte, enzovoort.
Dat kan ook een optie zijn voor senioren, die op die manier huishoudhulp en eventuele thuisverzorging delen.
Ook het zogenaamd 'kangoeroe wonen' (een ouder koppel in combinatie met een jong gezin, dat voor mantelzorg instaat) kan er in voorzien worden.
Bij zo'n vormen van 'cohousing' komen bijzondere juridische en administratieve regels kijken. Mensen willen natuurlijk zelf kiezen met wie ze in zo'n woonvorm stappen. De eigendoms- en erfenisrechten moeten worden geregeld, ook bij een uitstap of overlijden. Wellicht is er een eigen rechtspersoon nodig (een vzw of coöperatie). Er zijn reeds enkele vzw's actief om zo'n processen van 'co-housing' juridisch te begeleiden, maar vandaag vergt dit veel creativiteit van een meegaande notaris en soepelheid van de bank.
Er moeten ook nieuwe 'ruimtelijke uitvoeringsplannen' worden opgemaakt. Want cohousingformules mogen geen vrijgeleide worden om appartementsgebouwen op te trekken. De uitbreiding van gebouwen moet beperkt blijven. Niet overal kan alles. Hoe dieper in het groen, hoe minder er kan.
Cohousing kan de leegstand voorkomen van grote villa's, verkaveling vermijden en het bomenbestand behouden.
Die piste kan de leegstand voorkomen van grote villa's, verkaveling vermijden en het bomenbestand behouden. Het zou meer woongelegenheden creëren, zonder nieuw ruimtelijk beslag en zonder hoogbouw.
We wonen nu eenmaal in Brasschaat. De geschiedenis ervan is wat ze is. De gemeente moet niet groeien. Ze mag zelfs niet groeien! Maar ook in de nieuwe visies op ruimtelijke ordening en stedenbouw is er differentiatie nodig. We gaan niet naar een soort communistische overheidsplanning over wie waar mag wonen.
'Groene gemeenten' hebben een specifieke rol in bijvoorbeeld grondwaterwinning, loofbossen voor CO₂-opvang, biodiversiteit, toegankelijke natuurgebieden, enzovoort.
Met een verstandig beleid kunnen die gemeenten de vraag naar meer woongelegenheden combineren met oplossingen voor het probleem van grote villapercelen.
Tot vandaag is cohousing vooral een stedelijk verschijnsel in oude (industriële) panden, maar het kan evengoed in villawijken. Het bestaande zwembad wordt dan een gedeelde voorziening.
Het zou een boeiende uitdaging zijn voor een schepen van Huisvesting.
Herman Lauwers en Wim Van der Steen zijn geboren en getogen in Brasschaat en schreven 'Wonen in Brasschaat' (2022). Verkrijgbaar via lauwersherman@telenet.be.
Samenleving & Politiek, Jaargang 29, 2022, nr. 7 (september), pagina 18 tot 19
RUIMTELIJKE ORDENING
Abonneer je op Samenleving & Politiek
Het magazine verschijnt 10 keer per jaar; niet in juli en augustus.
Proefnummer? Factuur? Contacteer ons via
info@sampol.be
of op 09 267 35 31.
Het abonnementsgeld gaat jaarlijks automatisch van je rekening. Het abonnement kan je op elk moment opzeggen. Lees de
Algemene voorwaarden.
Je betaalt liever via overschrijving?
Abonneren kan ook uit het buitenland.
*Ontdek onze SamPol draagtas.