Ik ben optimistisch over vernieuwing, linkse herbronning en progressieve samenwerking. Panklare oplossingen zijn er natuurlijk niet, maar wel een aantal elementen op weg naar een nieuwe tegenhegemonie. Er broeit duidelijk wat. Ik pleit voor nieuw links dat het Europese Soberheidsverdrag verwerpt, voor een ongezouten linkse megafoon (tomatensoep-met-ballen), voor opbouwwerk onder de radar, voor een nieuwe ethische code, voor eenheid in de sociale bewegingen, en voor meer politieke verbeelding. Misschien kunnen een aantal lokale praktijken als voorbeeld dienen, zoals in Borgerhout.
OPTIMISME
Natuurlijk ben ik optimistisch. Ook over linkse herbronning en progressieve samenwerking. Ja, het zijn moeilijke tijden. Onze mensenwereld loopt in schokken, en de recente bevingen schudden de politiek vooral naar rechts. Maar geen natuurwet zegt dat dit zo moet blijven. En misschien hangt het ook wel een beetje van onszelf af. Een jaar geleden, net voor de vakantie, vroeg de Griekse kiezer in een referendum om een einde te maken aan de uitzichtloze reeks Europese besparingen. 85 procent van de jongeren tussen 18 en 24 jaar stemde ‘neen’ in dat referendum. Als er op dit continent dan al een generatiekloof zou bestaan, dan wel die tussen het elitaire Europa en de opgeofferde jonge generatie in Griekenland, Portugal, Spanje, Ierland en Italië. Het zijn officiële cijfers: één op vijf jongeren in Europa zit zonder werk. Dat zijn 4,4 miljoen jongeren. Jongeren met een open geest voor Europese samenwerking. Jongeren in verzet tegen de verstikkende Davos-consensus. Je weet wel: het primaat aan de markt, we kunnen er niet veel aan doen, behalve dan: nog minder regels, nog minder bescherming, nog meer flexibiliteit, nog meer commercie en nog meer fossiel denken. Eergisteren op straat in Griekenland, gisteren op de pleinen in Spanje en vandaag in actie in Frankrijk: de jeugd. ‘We moeten Europa opnieuw opbouwen door te luisteren naar het volk,’ vertelde de Franse premier Manuel Valls meteen na de stemming over de Brexit. Iemand antwoordde: ‘Je kan misschien in Frankrijk beginnen?’
LINKSE VERNIEUWING ZAL ZONDER SOBERHEIDSVERDRAG GEBEUREN
De Franse zeshoek staat verward op haar kop tussen terreur, sociale onrust, staat van beleg en opkomend racisme. Onmogelijk is het niet dat morgen uitgerekend extreemrechts de electorale vruchten zal plukken van zoveel onzekerheid. Een jaar geleden vernederde het Europese establishment de Griekse bevolking. Omdat de nieuwe Griekse regering een mandaat had gekregen van haar bevolking zich niet langer neer te leggen bij de uitzichtloze tunnel van besparingen, werd Hellas ritueel aan het kruis genageld. Een links antwoord buiten de begrotingsgevangenis van het Soberheidsverdrag (VSCB) mocht niet mogelijk zijn. Toen de Europese Centrale Bank de bankenkraan dichtdraaide, plooide Syriza. De Griekse regering voert nu een derde Trojka-memorandum uit, nog erger dan de twee voorgaande. De Europese elite kreeg haar goesting: geen verandering ter linkerzijde. En zo wordt de politieke deur opengezet voor extreemrechts.
De hele Europese Unie heeft zich vastgevaren in dat verhaal: ‘We besparen ons wel uit de crisis, en na het zuur zal het zoet komen.’ Het zuur kwam er, voor iedereen. Het zoet slechts voor een heel kleine toplaag. Als links wil slagen dan zullen we deze weg moeten verlaten, en wel met de eerste afslag. Wij hebben een ambitieus plan nodig, nu, om het slapende kapitaal in Europa te activeren. Om net nu te durven investeren in ecologische, sociale en industriële vernieuwing, om een politiek te voeren die vertrekt vanuit de noden van de mensen en van de planeet. Dat is vandaag onmogelijk door het Soberheidsverdrag en alle daaraan verbonden sanctiemechanismen. Elke linkse vernieuwing op nationale schaal (die iets wil betekenen) wordt door dit verdrag onmogelijk gemaakt. Na Griekenland, zullen er ongetwijfeld nieuwe botsingen komen. Linkse vernieuwing zal zonder Soberheidsverdrag gebeuren.
TOMATENSOEP-MET-BALLEN
‘Dit is een opstand tegen de elite. Onder de Europese crisis ligt een enorme crisis van het democratische systeem,’ vertelde de Nederlandse auteur Geert Mak eind juni. De onvrede zit diep. En ze is terecht. Althans, voor wie verder wil kijken dan de parlementaire stulp. Acht jaar na de crisis voltooien we bijna een verloren decennium. Een platte planeet. Met modale inkomens die al decennia niet meer stijgen. Met een grootbedrijf dat winsten maakt met heel veel cijfers en nooit zo weinig belasting heeft betaald. Met inkomensongelijkheden van het niveau van de belle époque. Met een politieke kaste die vanuit Toscane twittert hoe goed het wel niet is. Met een onnavolgbaar dédain voor ‘het gepeupel’ dat het allemaal niet begrijpt.
Links was ooit de megafoon voor dat ‘gepeupel’, de stem voor wie geen stem had, ongenadig voor het establishment. Dat is vandaag toch niet anders? Links kan enkel ongenadig hard zijn voor de Davos-consensus. Laat hen maar roepen over populisten, over laagopgeleide kiezers, over negatieve politiek. Waarom zouden wij de kritiek op de gevestigde orde overlaten aan de Marine Le Pens en Geert Wildersen van dit continent? Uiterst rechts is grofgebekt, zaait angst, oogst haat en wil een Europese stammentwist ontketenen tussen wij en zij. Identitaire tegenstellingen in plaats van sociale tegenstellingen. Tegenover het bedrog van het internationale Trumpisme hebben we geen heilige alliantie nodig die het onmogelijke status quo in Europa verdedigt. We hebben een internationaal Bernie-isme nodig, een mobiliserend project dat de wereld opnieuw op haar voeten zet en vertrekt van de strijd van de 99% tegen de 1%. We hebben dus wel wat minder stadhuistaal en wat meer grinta, passie, verbetenheid en parler vrai nodig bij links. Zoals men zegt: tomatensoep-met-ballen.
ONDER DE RADAR WERKEN
We kunnen de struisvogel doen. We kunnen doen wat de laatste dertig jaar werd gedaan: dure opiniepeilers inschakelen, de controverse verlaten, de volkswijken verlaten, het centrum induiken als universum van alle verkiezingen, de markt omarmen en elk ander alternatief veroordelen (grabbelton: extremisten, populisten, simplisten). We kunnen doen wat François Hollande, Diederik Samsom en Sigmar Gabriel doen. Maar het is heel onwaarschijnlijk dat de eindeloze doodstrijd van de Derde Weg een alternatief zal bieden op de nieuwrechtse wij-tegen-zij-strijd.
In plaats van de kiezers van de N-VA met een schoolmeestervingertje te veroordelen kunnen we ook gewoon luisteren, om een deel van hen te begrijpen. Niet diegenen die met twee of drie Jaguars door Schilde rijden, maar wel mensen in de volkswijken van de Luchtbal, de Muide of Sledderlo. Het loont de moeite om onder de radar te werken, in de volkswijken, op de werkvloer en overal waar mensen het moeilijk hebben. Daar is de bron voor een nieuwe linkse politiek, maar dan moeten de hemdsmouwen wel opgestroopt. Om te luisteren waarom mensen het niet zien zitten langer te werken, om te luisteren naar wat mensen zeggen over de wooncrisis en de schrijnende situaties in de zorgsector, om te luisteren naar de striemende kritieken op de postjesjagerij en op de zelfbedieningspolitiek.
DE ETHISCHE CODE VAN ADA COLAU
‘Tic-tac-tic-tac, het uur van sociale verandering is gekomen’, zo scandeerden bijna 100.000 Spanjaarden vorig jaar. ‘Podemos cambiar la historia’, we kunnen de geschiedenis veranderen. De coalitie tussen Podemos en Izquierda Unida brak nationaal nog niet door, maar wist vorig jaar wel een aantal grote steden te veroveren. Opvallend: bij de aanvang van haar mandaat als burgemeester van Barcelona besliste de linkse Ada Colau haar salaris voortaan met 60 procent te korten. Ze verdient nu 2.200 euro netto per maand, een bedrag waarvoor een aantal politici in ons land niet eens uit hun huis komen. Wij volgen dezelfde ethische code als Colau: al onze mandatarissen en kaderleden leven aan een gemiddeld werknemersloon. Omdat je geen geloofwaardigheid kan opbouwen door links te lullen en rechts te vullen. Als wij een verbod op cumul vragen tussen politieke en private bestuursmandaten, en een minimale ontluizingsperiode van vijf jaar, dan is het daarom. Wie corruptie aanklaagt, zelfverrijking op de korrel neemt en de hele Davos-consensus op de schop wil nemen, moet sterk in de schoenen staan en zelf onbesproken zijn. Links heeft een sterke ethische code nodig: Practice What you Preach, ofte geen woorden maar daden. Die integriteit is ook een van de elementen die Ada Colau, Jeremy Corbyn en Bernie Sanders verbinden. Het zal een hoeksteen zijn van elke linkse herbronning.
EMANICPEREND EN INCLUSIEF
Het is, denk ik, geen toeval dat de nieuwe, complexloos linkse partijen en boegbeelden van onderuit zijn opgestaan. Ze zijn niet het resultaat van congresresoluties of kommaveranderingen in de politiek. Ik denk niet dat Jeremy Corbyn te begrijpen valt zonder de grote Anti-War Movement. Tegen de blairisten in heeft hij zich altijd verzet tegen de militaire interventies die het hele Midden-Oosten hebben gedestabiliseerd. Dat Corbyn midden in de vluchtelingencrisis naar Calais is gegaan, is een sterk signaal, ver weg van het identitaire wij-zij-discours en de zogenaamd flinkse oplossingen. Ik denk niet dat Podemos te begrijpen valt zonder de pleinbezettingen van de jeugd, zonder de honderden en honderden actiecomités in de wijken tegen de uithuiszettingen door banken of zonder de brede en creatieve acties tegen de privatisering van de Spaanse gezondheidszorg.
Links mag mensen niet reduceren tot kiezers en passieve consumenten van politieke beslissingen. Dat is een elitaire redenering die politiek beperkt tot een laag van uitverkoren beroepspolitici. Links moet emanciperend en inclusief zijn en dat betekent dat het sociale terrein de basis is. Zoals einde 19de eeuw de eerste socialistische partijen ontstonden in een bruisend kader van de opkomende vakbonden, mutualiteiten en coöperatieven en zoals na mei 1968 nieuwe socialistische en ecologische partijen het leven zagen, zo groeit vandaag een nieuw alternatief uit het bontgekleurde en creatieve verzet zelf.
NIET WACHTEN OP DE VERKIEZINGEN VAN 2019
Ja, er broeit heel wat. Ook in ons land, ook in Vlaanderen. Je krijgt geen 120.000 mensen op de been tegen een rechtse regeringspolitiek - de vakbondsbetoging van november 2014 - zonder dat er een brede sociale onderstroom bestaat. Een progressieve frontvorming is voor alles een frontvorming met de mensen in beweging, en geen kwestie van politique politicienne. Sommigen denken dat de verkiezingen van 2019 plotsklaps alles zullen oplossen. Maar als wij vandaag al geen tegenkracht opbouwen op het terrein, dan zal er in 2019 niets veranderen (ook niet electoraal trouwens). De enige verandering zal dan zijn: de nog grotere ongelijkheid en tegenstelling tussen arm en rijk. Voor de 1,65 miljoen mensen in België die in armoede leven, is dat geen optie. Voor de mensen die tot 67 jaar moeten werken en die gaan uitvallen met burn-outs en psychische problemen, is dat geen optie. De enige optie is weerstand bieden aan deze regering en samen een globale tegenbeweging opbouwen.
In plaats van de ene na de andere sociale actie en stakingsbeweging te veroordelen, zouden we samen kunnen zoeken naar een globaal antwoord. Een antwoord voor alle sectoren, privé en openbaar. Een antwoord waarin Walen, Brusselaars en Vlamingen samen strijden en niet tegen elkaar worden opgezet. Een antwoord waarin de groene en de rode vakbond samenwerken. Een antwoord waarin het actieve middenveld samenwerkt met de vakbonden (en andersom). Want het zijn niet alleen de vakbonden die niet gehoord worden. De regering blijft ook doof voor de klimaatbeweging, voor de jeugdbeweging, voor de vrouwenbeweging, voor de studenten, voor de kunstenaars en voor zowat iedereen die geen bankrekening bezit met tiencijferige getallen. In de thatcheriaanse visie wordt democratie herleid tot een top-downgebeuren (genre: ‘u hebt gestemd, u hebt vervolgens uw stem vijf jaar lang afgestaan’), zonder enige dynamiek van levende tegenkrachten in de samenleving. Het is een van de verdiensten van de burgerbeweging Hart boven Hard om de tegenbewegingen samen te brengen en, met de woorden van Wouter Hillaert, ‘voorbij het eigen veldje en voorbij de eigen navel’ te laten uitstijgen.
DE POLITIEKE VERBEELDING
Emancipatie en politieke verbeelding zaten ooit in het DNA van links. Tot dat ideaal werd opgeofferd aan de bonentellers van de markt. Het eenheidsdenken hees zich op de troon. Geld werd god en god werd geld en iedereen volgde de nieuwe religie. Geen probleem ter wereld of de overheid was de schuldige. Crisis? Schaf de hoogste belastingschalen af. Woningnood? Ontmantel de sociale woningbouw. Koolstofuitstoot? Breng die uitstoot naar de beurs. Slechte scholen? Privatiseer het onderwijs. Doe meteen ook maar de kindercrèches. Het middenveld? Weg met collectieve actie en empowerment, maak er caritatieve instellingen van.
In deze tijd zonder ideeën werd elk radicaal idee van tafel geveegd. ‘Te gek voor woorden’, zo klinkt het dan. Nieuwe publieke banken die kunnen investeren in de reële economie? Radicale arbeidsherverdeling om de productiviteitswinsten van de robotisering opnieuw te investeren? Fossielvrije productie? Stringente antiracistische testen en wetgeving? Patentvrije ontwikkeling? Ambitieuze woningplannen en sociale urbanisatie? Een actieve vredespolitiek zonder militaire interventies? Allemaal ‘te gek voor woorden’ genoemd. Laten we maar pragmatisch zijn, en realistisch en ons dieptezicht beperken tot de volgende kromming in de bocht. Die pensée unique sterft langzaam af. Overal laten bewegingen, academici, jongeren, auteurs en cultuurscheppers vernieuwende dromen en praktijken horen. Natuurlijk, het is pril, het is broos. Het zal opstaan, het zal vallen, het zal weer opstaan. Maar voor wie het wil zien: het is daar. Het gonst opnieuw van voorstellen en structurele oplossingen die het status quo bevragen. Links, dat is buiten de lijntjes en buiten de grenzen van de grote Davos-consensus.
DE ZITTENDE KEIZER IN ANTWERPEN VERDRIJVEN
Ja, ik ben optimistisch. Maar panklare oplossingen, om snel een nieuwe linkse hegemonie te beleven, zijn er niet. In deze tekst heb ik een aantal elementen opgesomd die mij essentieel lijken in de herbronning en heropbouw van links. Vernieuwing en herbronning komen er niet zomaar, er zal tijd voor nodig zijn. Er zullen ervaringen nodig zijn. Veel ervaringen. Binnen bewegingen zoals Hart boven Hard, binnen de vakbonden, binnen sociale bewegingen zoals de Europese beweging tegen het vrijhandelsverdrag TTIP. Maar ook binnen lokale politieke ervaringen zoals bijvoorbeeld in Barcelona. En, veel kleiner en bescheidener, bij ons in Borgerhout. Dat zijn hoopvolle voorbeelden, niet toevallig op lokaal vlak. Voorbeelden die morgen misschien ook mogelijk worden in Antwerpen, om daar de zittende keizer te verdrijven. Een Borgerhout-scenario in heel Antwerpen, het zou veel dynamiek kunnen losmaken.
Peter Mertens
Nationale voorzitter PVDA
Het Sienjaal - progressieve frontvorming - PVDA
Samenleving & Politiek, Jaargang 23, 2016, nr. 7 (september), pagina 36 tot 41
HET SIENJAAL: 20 JAAR LATER
Abonneer je op Samenleving & Politiek
Het magazine verschijnt 10 keer per jaar; niet in juli en augustus.
Proefnummer? Factuur? Contacteer ons via
info@sampol.be
of op 09 267 35 31.
Het abonnementsgeld gaat jaarlijks automatisch van je rekening. Het abonnement kan je op elk moment opzeggen. Lees de
Algemene voorwaarden.
Je betaalt liever via overschrijving?
Abonneren kan ook uit het buitenland.
*Ontdek onze SamPol draagtas.